Thema 2 les 1

• Engels
• Praktijkonderwijs
• Leerjaar 1

Thema 2 les 2

What did we do last week?

Lesson program 

• Startopdracht
• Woorden en zinnen 
• This & that 
• Puzzle & words 
• Luisteropdracht 
• Oefenen 

Lesson goal 

• After this lesson I know new words and sentences. 
  
  
• I have learned when to use 'this' and 'that'. 

Start opdracht 

• Je gaat nadenken over wonen. Bekijk de foto 
  
  
• Lees en maak de vragen 1 t/m 6 bij opdracht 1 op blz. 45 

Woorden en zinnen 

1. Lees bij opdr. 3 woordblok 'Je huis laten zien' op blz. 46
2. Maak ook de bijbehorende vragen. 
   
   
3. Lees bij opdr. 6 Uitlegblok 'Je huis laten zien' op blz. 49 
4. Daarna doe je luisteroefening Thema 2 Wonen - opdr. 6.1 en 6.2 

Luister link 

This & that

• This gebruiken we als iets of iemand dichtbij een plaats of in tijd is. 
  
  
• That gebruiken we als iets verder weg is. 
  
  
  
• Lees de Uitlegblok bij opdr. 7 op blz. 50 en maak de opdracht. 

Puzzle & words

Maak opdracht 8 op blz. 51 

Lees opdr. 11 woordblok en maak de bijbehorende opdracht. 

Lees bij opdr. 11 op blz. 52 Woordblok en maak de bij behorende opdracht. 

 Listening 

• Lees bij opdr. 14 de uitlegblok
  
  
• Maak de luisteropdracht (vragen opdracht 14) Link

Practise 

• Lees bij opdr. 15 woordblok en maak de bijbehorende opdracht. 
  
  
• Maak opdracht 16 op blz. 57
  Welke Engelse woorden zijn ruimtes en welke Engelse woorden zijn dingen?
  Schrijf ze in de juiste cirkel.
  Het eerste antwoord is al gegeven. 

What new words and sentences did I learn in this lesson?

When do I use 'this'?

When do I use 'that'?

Next week 

• Leer je iets over je  huis te vertellen in het Engels. 
• Leer je het werkwoord 'to be' (zijn) in het Engels.