What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
B&F, Taal, thema Amsterdam woordenschat
Taal: thema Amsterdam
Doel: herhaling woordenschat
Woorden van het thema Amsterdam oefenen.
1 / 24
next
Slide 1:
Slide
Taal
Basisschool
Groep 6
This lesson contains
24 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Taal: thema Amsterdam
Doel: herhaling woordenschat
Woorden van het thema Amsterdam oefenen.
Slide 1 - Slide
Deze woorden ga je oefenen:
Slide 2 - Slide
Het plegen van misdaden. Bijvoorbeeld stelen of geweld gebruiken.
A
de aangifte
B
heling
C
de criminaliteit
D
de overlsst
Slide 3 - Quiz
Aan de politie vertellen dat er een misdaad is geweest.
A
de aangifte
B
heling
C
de overlast
D
preventief
Slide 4 - Quiz
Parken en plantsoenen in een woonwijk.
A
de buitenwijk
B
het portiek
C
de afkomst
D
de groenvoorziening
Slide 5 - Quiz
Als er in gebouwen lange tijd niemand woont of werkt.
A
heling
B
de eengezinswoning
C
de leegstand
D
rumoerig
Slide 6 - Quiz
Met veel lawaai.
A
de overlast
B
rumoerig
C
heling
D
massaal
Slide 7 - Quiz
Hinder, je hebt ergens last van.
A
de overlast
B
rumoerig
C
heling
D
de criminaliteit
Slide 8 - Quiz
Het kopen van spullen waarvan je weet dat ze gestolen zijn.
A
de aangifte
B
preventief
C
heling
D
massaal
Slide 9 - Quiz
Een woning in een deel van een gebouw. Bijvoorbeeld in een flat.
A
de eensgezinswoning
B
de galerij
C
het appartement
D
het portiek
Slide 10 - Quiz
Een huis dat geschikt is voor een gezin. Bijvoorbeeld een rijtjeshuis.
A
de eensgezinswoning
B
de bovenwoning
C
het appartement
D
de galerij
Slide 11 - Quiz
De manier waarop een volk leeft.
A
de overlast
B
de cultuur
C
massaal
D
de nationaliteit
Slide 12 - Quiz
Welk woord past hierbij?
A
de galerij
B
de portiek
C
de bovenwoning
D
de buitenwijk
Slide 13 - Quiz
Wat is waar?
A
Een bovenwoning is nooit op de begane grond.
B
Een bovenwoning heeft altijd een portiek.
Slide 14 - Quiz
Wat is waar?
A
Een buitenwijk ligt vaak in het centrum van een stad.
B
Een buitenwijk is een stadsdeel buiten de binnenstad.
Slide 15 - Quiz
Wat is waar?
A
Als je de Belgische nationaliteit hebt, kom je uit België.
B
Als je de Nederlandse nationaliteit hebt, kom je uit Noord- of Zuid-Holland.
Slide 16 - Quiz
Wat is waar?
A
Massaal betekent verschillende gewoontes van iedereen.
B
Massaal betekent met heel veel tegelijk.
Slide 17 - Quiz
Welke woorden hebben met woningen te maken? (2 antwoorden)
A
de afkomst
B
de bovenwoning
C
de buitenwijk
D
de cultuur
Slide 18 - Quiz
Welke woorden hebben met woningen te maken? (3 antwoorden)
A
multicultureel
B
de galerij
C
de hoogbouw
D
het portiek
Slide 19 - Quiz
Welk woord van de week hoort er bij?
galerij-lift-trappenhuis-balkon-rumoerig-appartement-massaal
Slide 20 - Open question
Welk woord van de week is het?
Zo noem je de manier waarop een volk leeft.
Slide 21 - Open question
In de wijk wonen mensen met verschillende culturen en godsdiensten. De wijk is .......
Slide 22 - Open question
Noem een ander woord voor de familie of het land waar je vandaan komt.
Slide 23 - Open question
Goed gewerkt!
Slide 24 - Slide
More lessons like this
B&F, taal, thema Amsterdam les 5
January 2021
- Lesson with
34 slides
Taal
Basisschool
Groep 6
Kidsweek woordenschat week 5 A + B + C
April 2024
- Lesson with
16 slides
Woordenschat
Lager onderwijs
Oefentoets thema Amsterdam woordenschat
September 2020
- Lesson with
33 slides
Taal
Basisschool
Groep 6
Nederlands Via Vooraf Op weg naar 1F H4 moeilijke woorden
September 2024
- Lesson with
16 slides
Nederlands
Voortgezet speciaal onderwijs
Leerroute 1
Mijn wijk
June 2020
- Lesson with
20 slides
by
Kidsweek in de Klas
Wereldoriëntatie
Lezen
+3
Basisschool
Groep 5,6
Kidsweek in de Klas
Herhaling thema Amsterdam
June 2022
- Lesson with
15 slides
Taal
Basisschool
Groep 6
Thema Wonen - Authentieke Advertenties en Woordenschat Quiz
June 2024
- Lesson with
15 slides
Arm en rijk 'De Geo hs 3'
June 2022
- Lesson with
33 slides
Aardrijkskunde
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 3