Zuren en basen les 2

• Scheikunde
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 4

Les 2

Wat weten we nog?

Doelen van de les

Je kent verschillende zure oplossingen.

Je kunt een oplosvergelijking opstellen.

Je weet wat een zuurrest-ion is.

Je kent verschillende basen.

Zuren en zure oplossingen

Er zijn 5 belangrijke zuren die je moet kennen.

Als je waterstofchloride (zoutzuur) in water oplost, dan krijg je H⁺-ionen en Cl^--ionen

Het oplossen van een zuur

HNO₃

-->

H⁺

NO₃^-

+

(l)

(aq)

(aq)

Zuurrest-ion

Wat is een zuurrestion?

1. Het negatieve ion van een zout
2. Het negatieve ion van een zuur
3. Het positieve ion van een zout
4. Het positieve ion van een zuur

Wat is het zuurrestion van zwavelzuur

1. Sulfaat
2. Waterstof
3. Nitraat
4. Sulfide

Eigenschappen van zuren

Basen en basische oplossingen

Er zijn 4 belangrijke basische deeltjes die je moet kennen.

Wat is de naam van de volgende base?

CaOH

1. Calciumcarbonaat
2. Natriumhydroxide
3. Kaliumoxide
4. Calciumhydroxide

Wat is de naam van de volgende base?

Ammoniak

1. OH​−​​
2. O​2−​​
3. NH​3​​
4. CO​3​2−​​

Belangrijke triviale en rationele namen

Eigenschappen van basen

Wat weet je nu over
zuren en basen?

Huiswerk

Maak de opdrachten van 10.2