A2c - Periode 1, Les 6 - GSE (24-09-2021)

Bienvenidos
1 / 17
next
Slide 1: Slide
SpaansMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 17 slides, with interactive quiz, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Bienvenidos

Slide 1 - Slide

El programa 
  1. Comprobar los deberes 
  2. SO
  3. LA FAMILIA
  • Vídeo + Vocab 3.2 (VOC p.2-3) - 10m
  • Frases clave 2 'La familia', (VOC p.6) - 10m
  • 'Familias' TB p.46 ejercicio 3AB - 10m
  • Stamboom WB p.31 oef 5 - 10m
4. EVALUACIÓN, DEBERES
                   ¿Terminado? Practicar: 
                   Bezittelijk vnw. VOC p.12 oef 3-4
                   Werkw. presente VOC p.17 oef 5



Slide 2 - Slide

Comprobar los deberes
leren: 
(SO) El aspecto físico: 3.1 (beide richtingen) + frases 1(S-N) + werkwoorden ser, tener, hablar, lamarse

afmaken: 
WB p.30 oef 3AB (5 broers beschrijven) -> slide (ejemplo)
WB p.32 oef 7 (bijw. van hoeveelheid) -> oral
Voc p.11 oef 1-2 (bez. vnw) en p.16 oef 3-4 (werkwoorden) -> slide

Slide 3 - Slide

Werkboek p. 30 
3a: voorbeelduitwerking 
Eustaquio lleva gafas, lleva bigote y tiene el pelo rizado
Rigoberto tiene el pelo rizado y lleva gafas. 

3b
1. fulgencio, casimero
2. casimero, inocencio, timoteo, anastasia, fulgencio, 
3. fulgencio, rosendo, anastasio, eustaquio, timoteo
4. timoteo, inocencio, rosendo
5. inocencio, rosendo, eustaquio, rigoberto
6. inocencio, anastasio, rosendo, rigoberto, eustaquio. 

Slide 4 - Slide

VOC p. 11, oef 2
Oefening 2.
  1. Mis
  2. tus
  3. Sus
  4. Nuestros
  5. Sus

Slide 5 - Slide

VOC p. 16, oef 3, 4
Oefening 3.
 1. tiene, es
2. tengo, soy
3. eres
4. somos
5. tengo
6. tienen

7. tenemos
8. tienes
9. tenemos
10. tenéis
11. sois
12. es, es
Oefening 4. 
1.  hablo
2. hablas
3. hablan. 
4. habla
5. habláis
6. hablamos, hablan
7. hablas, hablo
8. hablan

Slide 6 - Slide

SO

Slide 7 - Slide

La familia: 
Apunta las palabras, escucha el vídeo y traduce.
  1. vader 
  2. moeder 
  3. ouders 
  4. broer 
  5. zus 
  6. oom
  7. tante 


8. oma 
9. opa 
10. neef 
11. nicht 
12. ............ (zelf kiezen)
13. ............. (zelf kiezen)

Slide 8 - Slide

Vocabulario 3.2

  1. Escucha y repite (luister en zeg na)
  2. Aprende el vocabulario (leer de woordenlijst, eerst S-N, daarna N-S)
timer
2:00

Slide 9 - Slide

Frases clave 'La familia' 
Frases clave 2 (VOC p.6)

HACER:
  1. Oefen de zinnen in tweetallen
  2. Alle zinnen gedaan? Wissel van rol.

¿Terminado? Estudiar las frases y el vocabulario 3.2.

timer
5:00

Slide 10 - Slide

Leer y escribir sobre la familia - 20m
HACER:
  1. TB p.46 ejercicio 3A: lee los textos y combina con el dibujo (combineer met het plaatje)
  2. TB p.46 ejercicio 3B: escribe sobre tu familia (neem een van de teksten als voorbeeld en pas die aan voor jouw eigen gezin)
  3. WB p.31 oef 5 (lees en maak de opdracht over de stamboom, cuántos = hoeveel)

¿Terminado? -> Hacer los ejercicios:
  • Bezittelijk vnw. VOC p.12 oef 3-4
  • Werkwoorden presente VOC p.17 oef 5

Slide 11 - Slide

Wat heb je geleerd?
Wat vind je nog moeilijk?

Slide 12 - Mind map

Deberes
aprender: 
VOC: p.2-3 vocab 3.2 + p.6 frases clave 2 'la familia', alles leren in beide richtingen

hacer:
  • afmaken opdracht TB p.46 oef 3AB. Neem de teksten in het boek als voorbeeld en pas het aan voor jouw eigen gezin.
  • voc p.12 oef 3-4 (bez. vnw.)
  • voc p.17 oef 5 (werkwoorden)
  • WB p.31 oef 5 (stamboom, cuántos = hoeveel)


Slide 13 - Slide

 Practicar en Internet
- Oef 1 (bijvoeglijk naamwoord)
- Oef 2 (kleuren - voca)
- Oef 3 (werkwoorden, verbuga)
Bij oef 3: 
Klik aan bij werkwoorden: beber, comer, hablar, ser, tener, llamarse
Klik aan bij tijden: presente

Klaar? Oefenen frases clave 

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Video

Beschrijf het 
uiterlijk...
Min. 3 zinnen per persoon

Slide 16 - Slide

nieuw: VOC p. 17 oef 5
Oefening 5. 
1. te llamas
2. me llamo
3. me llamo, se llama
4. se llama
5. me llamo, se llama
6. os llamáis
7. nos llamamos
8. se llaman

Slide 17 - Slide