Les 4

MEDICATIE
Basiskennis over medicatie - les 2
1 / 25
next
Slide 1: Slide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 3

This lesson contains 25 slides, with text slides.

Items in this lesson

MEDICATIE
Basiskennis over medicatie - les 2

Slide 1 - Slide

Terugblik
3 Stellingen

Handen omhoog = waar
Handen omlaag = niet waar

Slide 2 - Slide

Handen omhoog = waar
Handen omlaag = niet waar

Een UA middel is een middel dat Uitsluitend bij de Apotheek verkrijgbaar is. 

Slide 3 - Slide

Handen omhoog = waar 
Handen omlaag = niet waar

Een AV-middel betekent dat het medicijn Algemeen Verkrijgbaar is.

Slide 4 - Slide

Handen omhoog = waar 
Handen omlaag = niet waar

Sint-Janskruid is een natuurlijk medicijn dat niet gevaarlijk is in combinatie met andere medicatie, vandaar dat het ook gewoon bij de Kruitvat te koop is. 

Slide 5 - Slide

Opdrachten vorige week bespreken


Opdr. 4: Algemene kennis medicijnen
Opdr. 5: Receptplichtig of niet
Opdr. 7: Begrippen begrepen

Slide 6 - Slide

Aan het einde van deze les heb je dit geleerd:
4 belangrijke punten:

  1. Indicatie
  2. Contra-indicatie
  3. Algemene of plaatselijke werking
  4. Doel van medicatie: Curatief, symptoombestrijding, substitutie, preventie, het stellen van een diagnose
  5. Dosering

Slide 7 - Slide

Indicatie
- De aandoening, ziekte of het symptoom

2 OPTIES:
-Dezelfde indicatie, verschillende soorten medicatie
Bijv. Hypertensie (hoge bloeddruk): plastabletten, ACE-remmers.

- Verschillende indicaties met één medicijn
Bijv. Paracetamol: werkt koortsverlagend maar ook tegen pijn

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Contra-indicatie
Een reden om het medicijn NIET te gebruiken omdat het medicijn een aandoening of ziekte verergert.
- verslechterde nierfunctie
- leverfunctiestoornissen
- hoge bloeddruk
- allergie

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Algemene of plaatselijke werking
- Algemene werking (systematisch): opgenomen in het bloed
- Plaatselijke werking: doet zijn werk op de plaats waar het wordt aangebracht


Slide 12 - Slide

Doel van medicijnen
- curatief
- symptoombestrijding
- substitutie
- preventie
- het stellen van een diagnose

Slide 13 - Slide

Dosering
De hoeveelheid die de cliënt in één keer dient in te nemen
(soms één keer per dag, soms drie keer per dag)

Slide 14 - Slide

< Baxter 

Slide 15 - Slide

Aan het werk
Lezen: Theoriebron Werking en indeling van medicatie
Maken: Opdracht 9 Werking en indeling van medicijnen


Klaar? Lezen Theoriebron: Toedieningswijze
Maken: Opdracht 13: Toedieningswijze





timer
25:00

Slide 16 - Slide

5 belangrijke begrippen:
Indicatie 
Contra-indicatie
Werking (van de stof)
Algemene of plaatselijke werking
Doel van medicatie: Curatief, symptoombestrijding, substitutie, preventie, het stellen van een diagnose
Dosering

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Afbraak medicijnen
Halfwaardetijd:
Geeft aan hoe lang het duurt voordat de werkzame stof uit een medicijn voor de helft uit het lichaam is verdwenen


Denk aan urine, zweet, speeksel, 
uitgeademde lucht, moedermelk

Slide 20 - Slide

Aan het werk
Maken opdracht:
12 en 13 (blz. 16)

Tip: voor het maken van bovenstaande opdrachten, lees de:
- Theoriebron Medicijnen in vaste vorm
- Theoriebron Medicijnen in vloeibare vorm
- Theoriebron Toedieningswijze
timer
15:00

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Poster maken in tweetallen
Er worden medicatiefouten gemaakt omdat cliënten soms (zelfzorg) medicijnen slikken die niet bekend zijn bij de behandelend arts, apotheek of zorgverlener. Dit lijdt soms tot gevaarlijke situaties. 
 
Maak een poster waaruit voor cliënten duidelijk wordt dat ze zowel hun voorgeschreven als zelfzorgmedicijnen gebruik moeten melden bij zorgverleners. 
- bespreek de doelgroep met elkaar 
- wat is de reden waarom het belangrijk is dat het medicijn gebruik bekend is bij zorgverleners? 
- bedenk op welke manier je de boodschap het duidelijkst over kunt brengen 
- hang de poster op in het lokaal

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide