Werkwoordspelling

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1

Hij heb naar huis gebeld / gebelt. 

Hij belt/beld naar huis

Je leert:

- de persoonsvorm tegenwoordige tijd spellen;

- het voltooid deelwoord spellen;

- werkwoorden in de tegenwoordige tijd en de voltooide tijd die je hetzelfde uitspreekt correct spellen;

- lastige woorden spellen.

werkwoordspelling

1. Het hout is opgebrandt.
2. Het hout is opgebrand.

Vin.. jij werkwoordspelling moeilijk om te leren?

1. Vindt
2. Vind
3. Vint
4. Vintd

Weet je wel wat het beteken.... als je werkwoordspelling echt beheerst!

1. betekend
2. betekent
3. betekende
4. betekente

werkwoordspelling
(worden) ... je vader boos als je een onvoldoende haalt?

1. word
2. wordt

werkwoordspelling
Het sexy fokschaap / x 't kofschip hoort bij....

1. De verleden tijd
2. De tegenwoordige tijd

Zelfstandig werken

Ga naar learnbeat en werk aan je studieplanner. 

Werkwoordspelling

1. De oude man heeft de brief verstuurd.
2. De oude man heeft de brief verstuurt.

Werkwoordspelling

1. De oude man verstuurt de brief.
2. De oude man verstuurd de brief.

werkwoordspelling

1. hij heeft de boel belazerd.
2. hij heeft de boel belazert.

Schrijf op waarom je belazerd in de vorige zin met een 'd' schrijft.