H4 Spelling - Afkortingen en symbolen

Welkom!
Pak je leesboek.

Verder vandaag: start Spelling H4 
1 / 18
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Welkom!
Pak je leesboek.

Verder vandaag: start Spelling H4 

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Video

Wat gaan we doen?

  • Spelling H4
  • Zelf/samen oefenen

Doel: Ik weet hoe ik afkortingen, letterwoorden, initiaalwoorden, verkortingen en symbolen moet schrijven.

Slide 3 - Slide

Op welke manier kan je woorden korter schrijven? 

Slide 4 - Slide

Spelling H4 - Woorden korter schrijven
Het is fijn om soms woorden af te korten of korter op te schrijven. Er zijn vijf manieren waarop je woorden of woordgroepen korter kunt schrijven. 
  • afkorting: e.d.
  • letterwoord: pin
  • initiaalwoord: btw
  • verkorting: wifi 
  • symbool: ml 

Tip: leer deze manieren uit je hoofd met behulp van (m.b.v.) een voorbeeld.

Slide 5 - Slide

Spelling H4 - Woorden korter schrijven
Een afkorting Z.M. > Zijne Majesteit):
  • is een weergave van een woord of woordgroep met een beperkt aantal letters; 
  • spreek je uit als het oorspronkelijke woord;
  • schrijf je met een of meer punten;
  • schrijf je met een hoofdletter als deze ook in het oorspronkelijke woord voorkomt.

Slide 6 - Slide

Spelling H4 - Woorden korter schrijven
Een letterwoord (havo > hoger algemeen voortgezet onderwijs):
  • bestaat uit de eerste letters van een naam of woordgroep;
  • spreek je uit als een woord;
  • schrijf je zonder punten; 
  • schrijf je met hoofdletters als deze ook in het afgekorte woord voorkomt.

Slide 7 - Slide

Spelling H4 - Woorden korter schrijven
Een initiaalwoord (NS > Nederlandse Spoorwegen, pc > personal computer):
  • wordt gevormd volgens dezelfde regels als een letterwoord;
  • spreek je uit als losse letters (in tegenstelling tot een letterwoord)

Slide 8 - Slide

Spelling H4 - Woorden korter schrijven
Een verkorting (airco > airconditioning):
  • is opgebouwd uit een of meer (delen van) lettergrepen;
  • spreek je uit als een woord.

Slide 9 - Slide

Spelling H4 - Woorden korter schrijven
Een symbool (GB > gigabyte):
  • is een notatie van een wetenschappelijk begrip, een eenheid of een valuta;
  • spreek je uit als het woord waar het voor staat;
  • is (inter)nationaal afgesproken;
  • schrijf je zonder punt.

Slide 10 - Slide

Checken!
Inloggen in LessonUp is niet nodig.

Slide 11 - Slide

CS (Centraal Station) is een ...
A
afkorting
B
symbool
C
letterwoord
D
initiaalwoord

Slide 12 - Quiz

Li (Lithium) is een ...
A
afkorting
B
symbool
C
letterwoord
D
initiaalwoord

Slide 13 - Quiz

blz. (bladzijde) is een ...
A
afkorting
B
symbool
C
letterwoord
D
initiaalwoord

Slide 14 - Quiz

EHBO is een ...
A
afkorting
B
symbool
C
letterwoord
D
initiaalwoord

Slide 15 - Quiz

Horeca is een ...
A
afkorting
B
symbool
C
verkorting
D
initiaalwoord

Slide 16 - Quiz

Aan de slag!
Maak Spelling H4: opdr. 1 t/m 5. Opdracht 4 hoeft niet.

Klaar? 
Maak de extra opdracht (4), begin vast met opdr. 7 en 8
 of ga lezen uit je leesboek.

Slide 17 - Slide

Wat heb je deze les geleerd?

Slide 18 - Slide