This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slides.
Items in this lesson
Bereken de kostprijs van een kilo tomaten
Slide 1 - Slide
This item has no instructions
Leerdoel
Aan het eind van de les kun je de kostprijs van een kilo tomaten berekenen.
Slide 2 - Slide
Deze slide kan worden gebruikt om het doel van de les te introduceren.
Wat weet je al over de kostprijs van een kilo tomaten?
Slide 3 - Mind map
This item has no instructions
Wat is een kostprijs?
Een kostprijs is het bedrag dat het kost om een product te maken.
Slide 4 - Slide
Leg uit wat een kostprijs is en geef voorbeelden.
Kosten van tomaten
De kosten van tomaten bestaan uit de inkoopprijs, transportkosten en eventuele andere kosten.
Slide 5 - Slide
Beschrijf waaruit de kosten van tomaten bestaan en leg uit wat de inkoopprijs is.
Inkoopprijs
De inkoopprijs is het bedrag dat betaald moet worden om één kilo tomaten te kopen.
Slide 6 - Slide
Leg uit wat de inkoopprijs is en hoe deze te vinden is.
Transportkosten
Transportkosten zijn kosten die gemaakt worden om de tomaten van de leverancier naar de winkel te brengen.
Slide 7 - Slide
Leg uit wat transportkosten zijn en hoe deze te vinden zijn.
Andere kosten
Andere kosten zijn bijvoorbeeld kosten voor verpakking, opslag en arbeid.
Slide 8 - Slide
Leg uit wat andere kosten zijn en hoe deze te vinden zijn.
Berekenen van de kostprijs
Om de kostprijs van een kilo tomaten te berekenen, tel je alle kosten bij elkaar op.
Slide 9 - Slide
Laat zien hoe je alle kosten bij elkaar optelt om de totale kostprijs te berekenen.
Voorbeeldberekening
Stel dat de inkoopprijs €1,50 per kilo is, de transportkosten €0,25 per kilo zijn en de andere kosten €0,20 per kilo zijn, wat is dan de kostprijs per kilo?
Slide 10 - Slide
Geef een voorbeeldberekening en laat de leerlingen de kostprijs berekenen.
Antwoord voorbeeldberekening
De totale kosten zijn €1,50 + €0,25 + €0,20 = €1,95. De kostprijs per kilo is dus €1,95.
Slide 11 - Slide
Laat het antwoord op de voorbeeldberekening zien en leg uit hoe deze te vinden is.
Oefening 1
Stel dat de inkoopprijs €2,00 per kilo is, de transportkosten €0,35 per kilo zijn en de andere kosten €0,15 per kilo zijn, wat is dan de kostprijs per kilo?
Slide 12 - Slide
Geef een oefening en laat de leerlingen de kostprijs berekenen.
Antwoord oefening 1
De totale kosten zijn €2,00 + €0,35 + €0,15 = €2,50. De kostprijs per kilo is dus €2,50.
Slide 13 - Slide
Laat het antwoord op de oefening zien en leg uit hoe deze te vinden is.
Oefening 2
Stel dat de inkoopprijs €1,75 per kilo is, de transportkosten €0,30 per kilo zijn en de andere kosten €0,25 per kilo zijn, wat is dan de kostprijs per kilo?
Slide 14 - Slide
Geef een oefening en laat de leerlingen de kostprijs berekenen.
Antwoord oefening 2
De totale kosten zijn €1,75 + €0,30 + €0,25 = €2,30. De kostprijs per kilo is dus €2,30.
Slide 15 - Slide
Laat het antwoord op de oefening zien en leg uit hoe deze te vinden is.
Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.
Slide 16 - Open question
De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.
Slide 17 - Open question
De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.
Slide 18 - Open question
De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.