H5 Goniometrie Quiz 2

• Wiskunde
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 3

QUIZ 2

GONIOMETRIE

AFSPRAKEN:

- Schrijf eerst de berekening in je schrift en

 typ daarna het antwoord in. 

- Punten tellen, tijd telt dus niet. 

20 opdrachten

INSTRUCTIE LES 2 deel 1 (par. 5.2)

In 2 delen.

Rechthoekige driehoek

Rechthoekige driehoek

Een rechthoekige driehoek heeft 

3 zijden:

overstaande rechthoekzijde

aanliggende  rechthoekzijde

schuine zijde 

Voorbeeld

Wat is de overstaande rechthoekzijde van     L?

Wat is de aanliggende  rechthoekzijde van     L? 

∠

∠

Welke zijde is de overstaande rechthoekszijde van M?

∠

Welke zijde is de aanliggende rechthoekszijde van M?

∠

Welke zijde is de overstaande rechthoekszijde van R?

∠

Welke zijde is de aanliggende rechthoekszijde van M?

∠

INSTRUCTIE LES 2 deel 2 (par. 5.2)

In 2 delen.

     HELLING versus RECHTHOEKIGE DRIEHOEK 

        Rechthoekige driehoek

     HELLING versus

(percentage) 

RECHTHOEKIGE DRIEHOEK

( tangens)

​200​​15​​

hellingspercentage =           x 100 = 7,5 = 8%

VOORBEELD

TANGENS HOEK 

Bereken de tan    R. 

∠

EZELSBRUGGETJE 

Bereken tan       L.

∠

3 : 4 = 0,75

Bereken tan     M.

∠

3 : 2 = 1,5

Bereken tan     K1.

∠

2 : 3 = 0,667

Bereken tan     K2.

∠

4 : 3 = 1,333

Waarom kun je

 tan     N

niet berekenen?

∠

Hoek N heeft geen overstaande rechthoekzijde. 

Bereken tan R.

∠

Bereken tan P.

∠

Bereken tan L.

∠

Bereken tan K.

∠

Bereken tan P.

∠

Bereken tan A.

∠

Bereken het hellingspercentage van E.
Typ: ...%

∠

Bereken tan E.

∠

Wat hebben de tangens en
het hellingspercentage
met elkaar te maken?

1. De tangens is 100 keer het hellingspercentage.
2. Het hellingspercentage is 100 keer de tangens van een hoek.

Welke hoek van de driehoek ADC is
de rechte hoek?

1. hoek A
2. hoek D
3. hoek C1
4. hoek C2

Welke zijde van driehoek ADC is
de overstaande rechthoekzijde van C 1 ?

∠

1. AD
2. CD
3. AC

Welke zijde van driehoek ADC is
de aanliggende rechthoekzijde van C 1 ?

∠

1. AD
2. CD
3. AC

Bereken tan C1.

∠

Bereken tan C2.

∠

Bereken tan E.

∠

Bereken tan G.

∠