H3 NN 2-KGT Woordenschat

Voorvoegsels
Bij sommige woorden kun je een stukje vóór het woord toevoegen; een voorvoegsel
De betekenis van het woord verandert door een voorvoegsel.

Voorbeeld: onrustig = on (voorvoegsel) + rustig = niet rustig
1 / 37
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

This lesson contains 37 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Voorvoegsels
Bij sommige woorden kun je een stukje vóór het woord toevoegen; een voorvoegsel
De betekenis van het woord verandert door een voorvoegsel.

Voorbeeld: onrustig = on (voorvoegsel) + rustig = niet rustig

Slide 1 - Slide

Voorvoegsels

VOORVOEGSELS definitie

- voorvoegsels zijn deeltjes die je voor woorden kunt plakken:

ONmogelijk (ON is het voorvoegsel)

EX-vriend (EX is het voorvoegsels)


- Door de voorvoegsels verandert de betekenis van de woorden




Slide 2 - Slide

Voorvoegsels
Sommige woorden bestaan uit een woord + een voorvoegsel. 
Bijvoorbeeld: De heropening van de winkels was een succes. 
Heropenen is dus opnieuw openen
Veel voorkomende voorvoegsels die je moet leren:
  • non- = niet, zonder
  • on- = niet
  • mis- = verkeerd, fout
  • wan- = slecht, verkeerd
  • her- = weer, opnieuw
  • ex- = niet meer, van vroeger
  • inter- = tussen (twee of meer gebieden)

Slide 3 - Slide

Oefenen
We gaan nu de voorvoegsels oefenen. 

Slide 4 - Slide

Een voorvoegsel is een...
A
voorzetsel
B
een deel van het woord met eigen betekenis
C
een deel van het woord zonder eigen betekenis
D
bijvoeglijk naamwoord

Slide 5 - Quiz

Een voorvoegsel kan je helpen om
A
een woord in de verleden tijd te zetten.
B
de betekenis van een woord te vinden.
C
een woord te verkleinen.
D
het lidwoord goed te gebruiken.

Slide 6 - Quiz

voorvoegsels zijn
A
on, her ,lijk
B
on -ver -lijk
C
on-her-lijk
D
on -her- non

Slide 7 - Quiz

wat is het voorvoegsel?
A
geklets
B
gezwam
C
oeverloos
D
misverstand

Slide 8 - Quiz

Wat is het voorvoegsel in 'onmisbaar'?
timer
1:00
A
onmis
B
mis
C
on
D
baar

Slide 9 - Quiz

Wat is het voorvoegsel van dit woord:
'onaardig'
A
aardig
B
ig
C
on
D
aar

Slide 10 - Quiz

Wat is GEEN voorvoegsel?
A
mis-
B
inter-
C
ge-
D
aan-

Slide 11 - Quiz

Wat is GEEN voorvoegsel?
A
bij
B
ex
C
her
D
ont

Slide 12 - Quiz

Wat betekent het voorvoegsel 'her-'
A
klein
B
opnieuw
C
niet
D
slecht

Slide 13 - Quiz

Ongelijk
(woord met voorvoegsel)
Wat is hier de betekenis van?
A
wel hetzelfde
B
niet hetzelfde
C
niet mogelijk
D
wel mogelijk

Slide 14 - Quiz

Wat is een voorbeeld van een voorvoegsel?
A
anti
B
In
C
Naast
D
Open

Slide 15 - Quiz

Wat is een woord met een voorvoegsel?
A
hergebruiken
B
smakeloos

Slide 16 - Quiz

Wat is de betekenis van het voorvoegsel mis-?
A
zonder
B
opnieuw
C
niet meer
D
verkeerd

Slide 17 - Quiz

Wat betekent het voorvoegsel anti-
A
voor
B
tegen

Slide 18 - Quiz

Wat betekent het voorvoegsel -on?
A
geen
B
weinig
C
mis
D
niet

Slide 19 - Quiz

Wat is de betekenis van het voorvoegsel wan-?
A
zonder
B
opnieuw
C
niet meer
D
slecht

Slide 20 - Quiz

Wat is de betekenis van het voorvoegsel her-?
A
zonder
B
opnieuw
C
niet meer
D
niet

Slide 21 - Quiz

Wat is de betekenis van het voorvoegsel inter-?
A
naast
B
tussen 2 of meer gebieden
C
in het
D
internationaal

Slide 22 - Quiz

Wat is geen voorvoegsel?
A
non-
B
her-
C
achter-
D
anti-

Slide 23 - Quiz

wat is het woord met een voorvoegsel?
A
geklets
B
gezwam
C
oeverloos
D
misverstand

Slide 24 - Quiz

Wat is de betekenis van het voorvoegsel ex-?
A
zonder
B
opnieuw
C
niet meer
D
slecht

Slide 25 - Quiz

Wat betekent het voorvoegsel "non"?
A
iemand uit een klooster
B
niet
C
opnieuw
D
tussen

Slide 26 - Quiz

Wat is een voorvoegsel?

Slide 27 - Open question

Voorvoegsels.
Wat is het voorvoegsel van onverschrokken?

Slide 28 - Open question

Wat is het voorvoegsel van mislukt?

Slide 29 - Open question

Wat is het voorvoegsel?
bekijken

Slide 30 - Open question

Wat is het voorvoegsel van herexamen?

Slide 31 - Open question

onmogelijk/onhandig.
on- is een voorvoegsel en betekent dat het niet mogelijk is of niet handig.

Geef een woord met het voorvoegsel mis- en met het voorvoegsel her-.

Slide 32 - Open question

Wat betekent het voorvoegsel -on?

Slide 33 - Open question

Wat betekent het voorvoegsel
mis-

Slide 34 - Open question

Wat betekent het voorvoegsel: wan-

Slide 35 - Open question

Wat betekent het voorvoegsel inter?

Slide 36 - Open question

Wat betekent het voorvoegsel 'anti'?

Slide 37 - Open question