What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Klas 1 chapitre 5 (grammaire)
Bonjour!!!!
On commence dans.....
Aan het einde van deze les .....
... Ken ik de woorden van H5 (Bron A, B, E, F)
....Heb ik geoefend met de grammatica van passé composé en bijvoeglijk naamwoord
... Ken ik de phrases-clés van H5 (Bron C & G)
1. De les duurt 45 min
2. Wat je nodig hebt: opgeladen laptop, boek B
3. En bonne humeur
timer
2:00
1 / 39
next
Slide 1:
Slide
Frans
Middelbare school
vmbo g, t
Leerjaar 1
This lesson contains
39 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Bonjour!!!!
On commence dans.....
Aan het einde van deze les .....
... Ken ik de woorden van H5 (Bron A, B, E, F)
....Heb ik geoefend met de grammatica van passé composé en bijvoeglijk naamwoord
... Ken ik de phrases-clés van H5 (Bron C & G)
1. De les duurt 45 min
2. Wat je nodig hebt: opgeladen laptop, boek B
3. En bonne humeur
timer
2:00
Slide 1 - Slide
Comment ça va?
A
émoji rouge (ça va mal)
B
émoji orange foncé (donker oranje) (un peu)
C
émoji orange clair (licht oranje)
D
émoji vert (ça va super bien)
Slide 2 - Quiz
Vocabulaire chapitre 5
Leren woorden op pg. 42-43 (FR-NL/NL-FR)
timer
5:00
Slide 3 - Slide
Quiz & herhaling chapitre 5 (Grammaire)
Passé Composé & Bijvoeglijk naamwoord (vorm)
Slide 4 - Slide
On a habité
A
présent
B
passé composé
Slide 5 - Quiz
Il cherche
A
Présent
B
Passé composé
Slide 6 - Quiz
Vous avez travaillé
A
Présent
B
Passé composé
Slide 7 - Quiz
Passé composé
Slide 8 - Slide
Zet het werkwoord in de passé composé: Je (travailler)
A
je travaille
B
j'ai travailler
C
j'ai travaillé
D
je travaillé
Slide 9 - Quiz
Zet het werkwoord in de passé composé: Nous (donner)
A
Nous donnons
B
Nous avons donné
C
Nous donné
D
Nous avez donné
Slide 10 - Quiz
Zet het werkwoord in de passé composé: Vous (rencontrer)
A
Vous rencontrez
B
Vous donné
C
Vous avons rencontré
D
Vous avez rencontré
Slide 11 - Quiz
Zet het werkwoord in de passé composé: Sara (aimer)
A
Sara a aimé
B
Sara ont aimé
C
Sara a aime
D
Sara as aimé
Slide 12 - Quiz
Zet het werkwoord in de passé composé: Sara et Thimo (adorer)
A
Sara et Thimo a adore31
B
Sara et Thimo ont adoré
C
Sara et Thimo avons adoré
D
Sara et Thimo avez adoré
Slide 13 - Quiz
Présent (o.t.t) / Passé composé (v.t.t)
Tegenwoordige tijd (présent) : ik
eet
een appel
Voltooide tijd (passé composé): ik
heb
een appel
gegeten
Je gebruikt de passé composé om te vertellen:
* wat er is gebeurd
* wat je hebt gedaan
Slide 14 - Slide
Nu in het Frans!
Je danse
betekent ik dans. Wat zou
j'ai dansé
kunnen betekenen?
De passé composé bestaat ALTIJD uit:
1: een hulpwerkwoord
2: voltooid deelwoord
Slide 15 - Slide
Hulpwerkwoorden
voltooid deelwoorden
J'ai
parlé
nous avons
regardé
Il a
mangé
Slide 16 - Drag question
Passé composé
Onderdeel 1:
het
hulpwerkwoord
Kies de vorm van
avoir
(hebben) die bij het onderwerp van de zin past.
Let op:
deze vormen van
avoir
moet je dus uit je hoofd kennen!
J'
ai
Ik heb
Tu
as
Jij hebt
Il/elle
a
Hij/zij heeft
On
a
We hebben /
men heeft
Nous
avons
Wij hebben
Vous
avez
Jullie hebben /
u heeft
Ils/elles
ont
Zij hebben
Slide 17 - Slide
Passé composé
Onderdeel 2:
het
voltooid deelwoord
Stappenplan:
1. Neem het hele werkwoord
2. Haal -er er af (de stam)
3. Voeg een é toe aan de stam
Voorbeelden
:
1. danser 1. visiter
2. dans 2. visit
3. dansé 3. visité
1. parler 1. regarder
2. parl 2. regard
3. parlé 3. regardé
Slide 18 - Slide
Passé composé
J' (ik)
ai
parlé
Tu (jij)
as
parlé
Il/elle/on (hij/zij/wij)
a
parlé
nous (wij)
avons
parlé
Vous (jullie/u)
avez
Parlé
Ils/elles (zij)
ont
parlé
Ik heb gepraat
Verleden tijd: passé composé
Onregelmatig:
Eu, été, fait
Slide 19 - Slide
Het bijvoeglijk naamwoord
Slide 20 - Slide
Wat voeg je toe aan het bijvoeglijk naamwoord als het vrouwelijk is?
A
niks
B
e
C
s
Slide 21 - Quiz
Wat voeg je toe aan het bijvoeglijk naamwoord als het meervoud is?
A
niks
B
e
C
s
Slide 22 - Quiz
Wat voeg je dan toe als het vrouwelijk meervoud is
A
niks
B
e
C
s
D
es
Slide 23 - Quiz
Le (petit) père
A
petit
B
petite
C
petits
D
petites
Slide 24 - Quiz
La (petit) mère
A
petit
B
petite
C
petits
D
petites
Slide 25 - Quiz
La robe (rouge)
A
rouge
B
rougee
C
Rouges
D
Rougees
Slide 26 - Quiz
La (joli) robe
A
joli
B
jolie
C
jolis
D
jolies
Slide 27 - Quiz
Les (joli) robe
A
joli
B
jolie
C
jolis
D
jolies
Slide 28 - Quiz
La (grand) classe
A
grand
B
grande
C
Grands
D
Grandes
Slide 29 - Quiz
Les jeans sont (gris)
A
Grise
B
Grises
C
Gris
D
Griss
Slide 30 - Quiz
Kies het juiste antwoord.
J'ai deux cousins ______________. (français) > tip: un cousin
A
française
B
français.
Slide 31 - Quiz
Het bijvoeglijk naamwoord
Un film
intéressant
. >> mannelijk enkelvoud
Une série
intéressant
e
. >> vrouwelijk enkelvoud
Deux films
intéressant
s
. >> mannelijk meervoud
Deux séries
intéressant
es
. >> vrouwelijk meervoud
In het Frans past het bijv nw zich aan naar het zelfst nw.
Slide 32 - Slide
Slide 33 - Slide
Stappenplan:
1. Wat is het zelfst nw waar het bij hoort?
2. Is het zelfst nw mannelijk, vrouwelijk, meervoud, enkelvoud?
3. Noteer het bijv nw in de juiste vorm
Slide 34 - Slide
Hoe goed ging de grammatica?
0
100
Slide 35 - Poll
Maakwerk
Ga naar classroom en maak opdrachten van grammatica H5
timer
10:00
Slide 36 - Slide
Noteer
Dinsdag 9 mei 2023
Leren:
voor de toets van woensdag (10-05).
H5 (Bron A t/m H) op pg. 42 t/m 45
(af) Maken:
opdrachten in de classroom.
Slide 37 - Slide
Vocabulaire & phrases-clés
oefen woorden met Blooket.
De docent geeft de code van het spel.
Slide 38 - Slide
Slide 39 - Slide
More lessons like this
L'adjectif
March 2024
- Lesson with
27 slides
Frans
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 1
H5: Bijvoeglijk naamwoord + herhaling imparfait
April 2021
- Lesson with
34 slides
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3
Het bijvoeglijk naamwoord
April 2024
- Lesson with
19 slides
Frans
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 1
passé composé + futur proche
September 2022
- Lesson with
35 slides
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
klas 2TL - bij Hfd. 1 - uitleg de vorm van het bijvoeglijk naamwoord (1)
June 2023
- Lesson with
19 slides
Frans
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 2
Het bijvoeglijk naamwoord
April 2022
- Lesson with
19 slides
Frans
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 1
klas 2TL - bij Hfd. 3 - uitleg de vorm van het bijvoeglijk naamwoord (1)
September 2020
- Lesson with
20 slides
Frans
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 2
L'adjectif
October 2022
- Lesson with
24 slides
Frans
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 1