De Konjunktiv

1 / 12
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

This lesson contains 12 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

 Konjunktiv
De Konjunktiv is een bijzondere werkwoordsvorm. 
Je gebruikt hem om je beleefd uit te drukken, ook kan je hem gebruiken om een wens uit te drukken. 
Het meest wordt de Konjunktiv gebruikt om aan te geven dat iets mogelijk zou zijn (geweest)

Slide 2 - Slide

Hoe maak je een Konjunktiv ?
In de meeste gevallen kun je een zou- constructie maken met een vorm van werden en een regelmatig werkwoord


Ich würde das nicht machen.
Wie würdet ihr diese Aufgabe lösen ?
Wir würden gerne ein Eis kaufen.

Slide 3 - Slide

Vormen van het werkwoord werden :
ich würde
du würdest
er, sie, es würde
wir würden
ihr würdet
sie würden
Sie würden

Slide 4 - Slide

Voorbeelden:
Ich würde das nicht machen.
Wie würdet ihr diese Aufgabe lösen ?
Wir würden gerne ein Eis kaufen.

Slide 5 - Slide

Uitzondering
De werkwoorden: werden, haben, sein, de modale werkw en wissen hebben een eigen Konjunktiv-vorm.
vorming:
stam van de verleden tijd+ " + pers. uitgang
werden- vt = wurden- würden
haben- vt= hatten- hätten
sein- vt= waren- ....


Slide 6 - Slide

               zou                   zou hebben                 zou zijn               zou kunnen            zou graag willen

Slide 7 - Slide

Als ik genoeg geld zou hebben, zou ik dat kopen

Slide 8 - Open question

Zou u me dat alstublieft nog een keer uit kunnen leggen ?

Slide 9 - Open question

We zouden dit jaar graag naar China willen reizen

Slide 10 - Open question

Wat zouden jullie hebben gedaan ?

Slide 11 - Open question

Ik zou dat niet kopen als ik jou zou zijn (was)

Slide 12 - Open question