Opdracht 1: dihybride kruising
Bij beren wordt de vacht type en kleur bepaald door twee genen.
Het allel voor een gekrulde vacht (G) is dominant over het allel voor een gladde vacht (g).
Het allel voor een zwarte vacht (Z) is dominant over het allel voor een bruine vacht (z).
2 beren paren met elkaar. De moederbeer heeft Genotype GGZZ en de vaderbeer heeft het genotype ggzz.
Maak een kruisingsschema.
Een mannetje uit de F1 kruist verder met een vrouwtje uit de F1.
Maak weer een kruisingsschema en schrijf de verhouding fenotypen op