Verhaalsommen fietsenmaker

De fietsenwinkel
Rekenles
1 / 12
next
Slide 1: Slide
RekenenBasisschoolGroep 3

This lesson contains 12 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

De fietsenwinkel
Rekenles

Slide 1 - Slide


De fietsenmaker had altijd 13 schroevendraaiers.
Nu heeft hij er nog maar 8.
Hoeveel is hij er kwijt?
A
6
B
5
C
3
D
8

Slide 2 - Quiz


In een wiel zitten 25 spaken.
Door een valpartij zijn er 6 spaken afgebroken.
Hoeveel spaken zijn er over?
A
19
B
31
C
18
D
20

Slide 3 - Quiz

Het is druk in de fietsenwinkel!
Er worden nu 5 klanten geholpen.
Er staan 12 klanten te wachten.
Hoeveel klanten zijn er in totaal?
A
13
B
7
C
17
D
12

Slide 4 - Quiz

Er staan in de winkel 21 fietsen te koop.
Een meneer koopt er 1 voor zichzelf.
Hij koopt er ook 1 voor zijn vrouw.
Hoeveel fietsen staan er nu nog te koop?
A
18
B
12
C
19
D
20

Slide 5 - Quiz

Tijd voor pauze.
Er werken 5 mensen in de winkel.
Ze hebben allemaal 2 boterhammen mee.
Hoeveel boterhammen hebben ze in totaal?
A
2
B
10
C
5
D
12

Slide 6 - Quiz


Er moeten 8 fietsen gemaakt worden vandaag.
De helft is al klaar.
Hoeveel fietsen moeten ze nog maken?
A
6
B
5
C
3
D
4

Slide 7 - Quiz


Een mevrouw betaalt de reparatie aan haar fiets.
Ze moet €8 betalen. Ze geeft een briefje van €10.
Hoeveel geld krijgt ze terug?

A
€8
B
€4
C
€3
D
€2

Slide 8 - Quiz


Op het stuur zitten 5 schroeven.
3 schroeven zitten los.
Hoeveel schroeven zitten nog vast?
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 9 - Quiz

De fietsenmaker gaat een stukje fietsen.
Hij wil 12 kilometer fietsen.
Hij heeft al 6 kilometer gehad.
Hoeveel kilometer moet hij nog?
A
5
B
4
C
13
D
6

Slide 10 - Quiz

De dag is klaar! De fietsenmaker gaat naar huis.
Hij moet 25 kilometer rijden.
Hij is al 5 kilometer onderweg.
Hoeveel kilometer moet hij nog rijden?


A
22
B
20
C
19
D
18

Slide 11 - Quiz

Slide 12 - Slide