Voorbeelden: verkleinwoorden
Regels:
1 woorden eindigend op -ng --> kortinkje / leerlingetje
2 woorden eindigend op een lange klinker --> agendaatje
3 woorden eindigend op -i --> tostietje
4 woorden eindigend op -y --> baby'tje / cowboytje
(behalve als er voor de y een klinker staat)
5 bij een letter, cijfer of afkorting --> 6'je | A4'tje