This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 60 min
Items in this lesson
Lesplanning
* stillezen in je leesboek (10)
* terugblik vorige les (5)
* bespreken huiswerk (10)
* oefeningen (30)
* afsluiting (5)
Lesdoel
Aan het eind van de
les kan/weet ik:
* de kernzin van een alinea vinden.
* hoofd- en bijzaken in een tekst vinden.
timer
10:00
Slide 1 - Slide
Hoofdzaken en bijzaken
De belangrijkste zaken in een tekst noem je hoofdzaken.
Minder belangrijke zaken als uitleg, toelichting en voorbeelden noem je bijzaken.
Slide 2 - Slide
Schrijf op
Waar kan je vaak de hoofdzaak/hoofdzaken in een tekst vinden? (Wat zijn de voorkeursplaatsen?)
Wat is het verschil tussen hoofd- en bijzaken?
Wat zou een bijzaak kunnen zijn? Geef een voorbeeld.
timer
2:00
Slide 3 - Slide
Opdracht 3
We starten samen met opdracht 3 en 4.
Eerst lezen we bij opdracht 3 de woorden en betekenissen en bekijken daarna het filmpje over achternamen. Leid de betekenis van de woorden af uit de context.
Slide 4 - Slide
apps.noordhoff.nl
Slide 5 - Link
Opdracht 3
Maak de juiste combinaties.
timer
2:30
Slide 6 - Slide
Antwoorden
Slide 7 - Slide
Opdracht 4
Lees onderstaande vraag (vraag 1) en kijk daarna deel 1 van het filmpje opnieuw.
1. Welke zinnen bevatten de belangrijkste informatie uit dit deel?
timer
2:00
Slide 8 - Slide
apps.noordhoff.nl
Slide 9 - Link
Opdracht 4
Lees onderstaande vraag (vraag 2) en kijk daarna deel 2 van het filmpje opnieuw.
2. Welke zin bevat de belangrijkste informatie uit dit deel?
timer
2:00
Slide 10 - Slide
Opdracht 4
Lees de rest van de vragen (vraag 3 t/m 6) en kijk daarna het laatste deel van het filmpje opnieuw.
Als je vraag 3 t/m 6 hebt gemaakt, ga je verder met vraag 7. Vraag 8 van deze opdracht hoef je niet te maken.
timer
10:00
Slide 11 - Slide
Huiswerk
Do 25-04:
§5 m. opdracht 8 en 9
Slide 12 - Slide
Bespreken huiswerk
Meer dan lezen §5 opdracht 1 en 2
Slide 13 - Slide
Afsluiting
Slide 14 - Slide
Hoofdzaak of bijzaak?
A
Hoofdzaak
B
Bijzaak
Slide 15 - Quiz
Wat is het juiste antwoord over hoofdzaken?
A
De hoofdzaken staan alleen in de inleiding.
B
De hoofdzaken staan alleen in het slot.
C
De hoofdzaken staan alleen in het middenstuk .
D
De hoofdzaken staan in de inleiding en in het slot.
Slide 16 - Quiz
Bijzaken zijn het tegenovergestelde van hoofdzaken. Dit kunnen zijn (meerdere opties):
A
voorbeelden
B
belangrijke informatie
C
herhaling
D
uitleg
Slide 17 - Quiz
Ik kan nu de kernzin van een alinea vinden?
Ja, dat is makkelijk.
Meestal wel, maar nog niet altijd.
Eigenlijk niet, ik moet nog meer oefenen.
Slide 18 - Poll
Ik kan nu de hoofd- en bijzaken in een tekst vinden?