Moment

Het moment van krachten
1 / 17
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Het moment van krachten

Slide 1 - Slide

Programma
  • Aankomende vrijdag 10 april 21.00 Ontwerpopdracht
  • Toets Thema 3 op vrijdag 17 april 11.00 tot 12.00
  • Keuzemoment
  • Leerdoelen
  • Instructie aan de slag
  • Stappen plan

Slide 2 - Slide

Keuzemoment
  1. Direct aan de slag met het werkblad (zie it'slearning) en 10 minuten voor het einde terug.
  2. Volgen van de instructie, daarna aan de slag.

Slide 3 - Slide

Bestudeerd de volgende afbeeldingen ...

Slide 4 - Slide

Wat was de overeenkomst tussen deze afbeeldingen?

Slide 5 - Open question

Leerdoelen
  1. Je kunt uitleggen wat het begrip moment betekent en daarbij uitleggen hoe deze afhangt van de kracht en de arm.
  2. Je kunt de momentenwet toepassen om kracht, arm of moment te berekenen in een gegeven situatie.

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Link

Moment is de mate van … door een kracht om een vaste draai-as.

Een moment kan … (met de klok mee) of … (tegen de klok in) zijn.

Hoe groter het moment, des te … zal een voorwerp gaan draaien.

Het moment hangt af van de … en de ....

De arm is ...

Hoe groter de kracht en/of de arm, hoe …

draaing
rechtsom
sneller
linksom
kracht
Arm
korste afstand van draaipunt naar kracht
groter het moment

Slide 8 - Drag question

Moment is de mate van draaiing door een kracht om een vaste draai-as.
Een moment kan rechtsom (met de klok mee) of linksom (tegen de klok in) zijn.
 
Hoe groter het moment, des te sneller zal een voorwerp gaan draaien.
Het moment hangt af van de kracht en de arm

De arm is de korste afstand van het draaipunt tot een kracht

Hoe groter de kracht en/of de arm, hoe groter het moment

Slide 9 - Slide

Moment berekenen
  • Moment = Kracht x arm
  • M = F * r
  • [Nm] = [N] * [m]

Slide 10 - Slide

Voorbeeld moment berekenen

Slide 11 - Slide

Momentwet
  • Bij evenwicht zijn de momenten links- en rechtsom even groot, zodat geldt: Mrechtsom = Mlinksom

Slide 12 - Slide

Voorbeeld momentwet toepassen

Slide 13 - Slide

Aan de slag
  • Werkblad op It'slearning
  • Nakijken met nakijkblad
  • Vragen in teams
  • Voorbeeld stappenplan [Over 30 minuten] 

Slide 14 - Slide

Stappenplan

Slide 15 - Slide

Voorbeeld met stappenplan

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide