Par 4.4 Momenten

Par 4.4 Momenten
1 / 19
next
Slide 1: Slide
NatuurkundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Par 4.4 Momenten

Slide 1 - Slide

Opdracht
Bekijk het volgende filmpje goed. Hierin wordt het begrip moment uitgelegd.
Het is vooral belangrijk dat je begrijpt hoe je de arm bepaald en wanneer het moment nul is. 

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Video

Moment
  • Moment van een kracht = de draaineiging van een kracht.
  • Bijvoorbeeld een scheef hangend schilderij. 

Slide 4 - Slide

Moment
  • Er is altijd een kracht en een draaipunt aanwezig.
  • Het voorwerp draait net zolang totdat de werklijn van de kracht door het draaipunt gaat.

Slide 5 - Slide

Moment
  • Moment heeft ook een richting.
  • De richtingen zijn linksom of rechtsom.
  • Linksom = tegen de klok in.
  • Rechtsom = met de klok mee.
  • Op het moment van loslaten draait het schilderij met de klok mee, dus het moment is rechtsom.


Slide 6 - Slide

Moment van een kracht
     linksom                                                                                          rechtsom




                                                  evenwicht

Slide 7 - Slide

Het moment van
F1
A
is linksom
B
is rechtsom
C
is 0 Nm

Slide 8 - Quiz

Het moment van
F2
A
is linksom
B
is rechtsom
C
is 0 Nm

Slide 9 - Quiz

Het moment van
F3
A
is linksom
B
is rechtsom
C
is 0 Nm

Slide 10 - Quiz

Het moment van
F4
A
is linksom
B
is rechtsom
C
is 0 Nm

Slide 11 - Quiz

Belangrijk
Het is belangrijk dat je snapt hoe je de arm van de kracht kunt bepalen. Lees en bekijk de volgende slide aandachtig. 

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

moment = grootte van kracht x lengte van arm



Kracht is in newton
r is de lengte van arm is in meter
Moment is in newton meter

Soms wordt er voor de lengte van de arm een ander symbool gebruikt:
l of d                                                                
                                                                                            of   
M=Fr
M=Fl
M=Fd

Slide 14 - Slide

De eenheid van kracht is:
A
N
B
F
C
kg
D
Nm

Slide 15 - Quiz

De eenheid van krachtmoment is:
A
N/m
B
Nm
C
N
D
Ncm

Slide 16 - Quiz

Een kracht van 750N grijpt loodrecht aan op een hefboom. De arm is 3780mm. Hoe groot is het krachtmoment?
A
3215 Nm
B
2780 Nm
C
2835 Nm
D
2935 Nm

Slide 17 - Quiz

Om bij een hefboom evenwicht te krijgen moet:
A
De kracht aan de linkerkant gelijk zijn aan de kracht aan de rechterkant.
B
Het krachtmoment aan de linkerkant gelijk zijn aan het krachtmoment aan de rechterkant.
C
De massa aan beide zijden gelijk zijn.
D
Geen van bovenstaande antwoorden.

Slide 18 - Quiz

Huiswerk
  • Lees par 4.4
  • Maak vraag 16 t/m 18.

Slide 19 - Slide