6.1 en 6.2 - Bescherming & Afweer + herhaling thema 5

homeostase =Het vermogen om het inwendig milieu (lichaamsvloeistoffen) voor de cellen zo constant mogelijk te houden

Waar ging het ook alweer over? 
Thema 5
1 / 36
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

This lesson contains 36 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

homeostase =Het vermogen om het inwendig milieu (lichaamsvloeistoffen) voor de cellen zo constant mogelijk te houden

Waar ging het ook alweer over? 
Thema 5

Slide 1 - Slide

'Homeostase' = Het vermogen om het
inwendig milieu (lichaamsvloeistoffen)
voor de cellen zo constant mogelijk te houden

Welke dingen houden we constant?

Slide 2 - Mind map

Thema 5 Gaswisseling & Uitscheiding

Basisstof 1 Gaswisseling
Basisstof 2 Longventilatie
Basisstof 3 De lever
Basisstof 4 De nieren
Basisstof 5 De huid

Slide 3 - Slide

Ik beheers de stof van H5 Gaswisseling en Uitscheiding
😒🙁😐🙂😃

Slide 4 - Poll

Slide 5 - Video

Zit het al in jullie lange termijn geheugen? (= geleerd)

Slide 6 - Slide

Wat zijn de 3 stappen
in vorming van urine?

Slide 7 - Open question

Stap 1:
Stap 2:
Stap 3:
Stap 4:
Stap 5:
Stap 6:
Stap 7:
Stap 0:  Je bent flink aan het sporten geweest, je hebt gezweet
Sensoren in de hypothalamus registeren een te hoge osmotische waarde (te weinig water in bloed).

De hypothalamus wordt hierdoor gestimuleerd om ADH te maken en via hypofyse uit te scheiden
Via de hypofyse komt ADH in het bloed.

ADH bereikt de nieren en nieren gaan minder water uitscheiden.

De osmotische waarde van het bloed daalt.

Sensoren in de hypothalamus registeren de lagere osmotische waarde.

De hypo-thalamus wordt geremd in de afgifte van ADH.

Slide 8 - Drag question

Zweten vs. kippenvel

Slide 9 - Slide

Thermoregulatie in de huid:
oorzaak en gevolg.
Sleep de gebeurtenis naar het bijbehorende effect. 
Er komt minder bloed onder het oppervlak van de huid. Daardoor vindt er minder warmteverlies plaats.
Haartjes gaan recht overeind staan. Hierdoor wordt de stroom van (koude lucht bemoeilijkt. Het lichaam koelt minder af
Verdamping van vloeistof op de huid onttrekt warmte aan het lichaam. Dit geeft een koelend effect.
De huid wordt rood en straalt veel warmte af
zweetafgifte
vernauwen van slagadertjes in lederhuid
verwijden van slagadertjes in lederhuid
samentrekken van haarspiertjes

Slide 10 - Drag question

T6 AFWEER
T6 AFWEER
Beginnen met stukje nostalgie uit 1986

Slide 11 - Slide

5

Slide 12 - Video

00:33
Wat produceren planten dat wij inademen?

Slide 13 - Open question

00:48
Waarom verkleuren de rode bloedcellen nu ineens?

Slide 14 - Open question

01:00
Wat zijn de kleine 'mannetjes' met veel armpjes? Wat is hun functie?
(bonusvraag: waar vindt je dit terug in de Binas?)

Slide 15 - Open question

01:11
Wat zijn de politieagenten die deze vreemde gasten aanvallen?

Slide 16 - Open question

01:26
Deze laatste afweerreactie tegen bacterien (ze infecteren een wond) vindt plaats met kleine witte 'robotjes'. Wat zouden die voorstellen?

Slide 17 - Open question

Bescherming 
We worden ziek door pathogenen = ziekteverwekkers 
Als deze binnendringen in je lichaam/cellen noemen we dit infectie



  • Wat voor soort 'cellen' kunnen pathogenen zijn?
  • welke rol zou koorts spelen bij een infectie? 
  • waarom krijg je soms antibiotica voorgeschreven? (wanneer heeft dit geen zin?)

Slide 18 - Slide

Eerste verdedigingslinie
Extern, aspecifiek:
  • Mechanische afweer :
    huid, slijmvliezen. 

       
  • Chemische afweer:
    zoutzuur in maagsap, pH huid
*(basaal membraan)
(huid heeft ook rol bij thermoregulatie, bescherming tegen uitdroging en UV-licht)

Slide 19 - Slide

Afweer bij planten
mechanische afweer:
- stekels en doornen

chemische afweer:
- (bittere) smaak
- zure stoffen
- signaal stoffen (vb. rups en sluipwesp)

Slide 20 - Slide

Bescherming
Lees evt. 6.1 door 
Maak opdrachten 1 t/m 3. 


Slide 21 - Slide

Welke long is het kleinst?
Waarom?
A
Rechterlong. Het hart zit aan die kant.
B
Rechterlong. De maag zit aan die kant
C
Linkerlong. Het hart zit aan die kant.
D
Linkerlong. De maag zit aan die kant.

Slide 22 - Quiz

Wat is de
vitale capaciteit?
Gebruik BiNaS!
A
1 + 2
B
2 + 3
C
3 + 4
D
3 + 4 +5

Slide 23 - Quiz

Als de pO2 van de longen lager is dan de pO2 van de haarvaten in de longen dan..
A
gaat er zuurstof naar het bloed
B
gaat er geen zuurstof naar het bloed

Slide 24 - Quiz

Wat betekent vitale capaciteit?

A
Hoeveel lucht er in je longen past
B
ongeveer 0,5 liter
C
de hoeveelheid lucht die je maximaal kan in- of uitademen
D
hoeveel lucht je in en uitademt

Slide 25 - Quiz

Als de longen uitzetten (bij inademing) ontstaat er een ...
A
Luchttekort
B
Vacuüm
C
Onderdruk
D
Bovendruk

Slide 26 - Quiz

De eilandjes van Langerhans (hormoonklieren) liggen in de
A
Nieren
B
Alvleesklier
C
Hersenen
D
Hersenstam

Slide 27 - Quiz

Stap 1:
Stap 2:
Stap 3:
Stap 4:
Stap 5:
Stap 6:
Stap 7:
Stap 0:  Je bent flink aan het sporten geweest, je hebt gezweet
Sensoren in de hypothalamus registeren een te hoge osmotische waarde (te weinig water in bloed).

De hypothalamus wordt hierdoor gestimuleerd om ADH te maken en via hypofyse uit te scheiden
Via de hypofyse komt ADH in het bloed.

ADH bereikt de nieren en nieren gaan minder water uitscheiden.

De osmotische waarde van het bloed daalt.

Sensoren in de hypothalamus registeren de lagere osmotische waarde.

De hypo-thalamus wordt geremd in de afgifte van ADH.

Slide 28 - Drag question

Wat is de reactie van de huid via het cz als de koude-zintuigen in de huid geprikkeld worden?
A
zweten en bloedvat-spieren trekken samen
B
zweten en bloedvat-spieren ontspannen
C
kippenvel en bloedvat-spieren trekken samen
D
kippenvel en bloedvat-spieren ontspannen

Slide 29 - Quiz

6.2 Afweer

Slide 30 - Slide

Tweede verdedigingslinie:
Afweer door het imuunsysteem (witte bloedcellen) 

  • Aangeboren = (niet specifiek, tegen alle lichaamsvreemde stoffen)
    macrofaag/fagocyt* 



  • Aangeleerd / verworven = (wel specifiek, je moet eerst ziek zijn geweest en geheugencellen aanmaken)
  B- en T-cellen 

Slide 31 - Slide

Aantekening 

Slide 32 - Slide

Slide 33 - Slide

Cellulaire afweer
Humorale afweer
B-cellen maken antistoffen die binden aan ziekte-verwekkers
T-cellen prikken geïnfecteerde lichaamscellen kapot

Slide 34 - Slide

Slide 35 - Video

6.2 Afweer
Lees blz. 114-120
Maak (1, 2, 3) + 5 t/m 11  + Context 13 - wereldziektes

Klaar? Maak examen- trainer van Thema 5. 

Slide 36 - Slide