This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Welkom bij Geschiedenis
Slide 1 - Slide
Programma
1. Herhaling
2. Koningstijd, republiek, keizertijd
Nooit meer een koning
En het Romeinse volk?
Burgeroorlogen
De keizertijd
Slide 2 - Slide
De Grieks-Romeinse cultuur
Slide 3 - Mind map
Meedoen of macht kwijt: De Bataafse opstand
Slide 4 - Mind map
Voor we beginnen: Wat is het verschil tussen een monarchie en een republiek?
Slide 5 - Mind map
Nooit meer een koning!
Eerst versloegen de Romeinen de Etrusken.
De Etrusken hadden een monarchie (koning)!
De Romeinen wilden het anders hebben:
Een persoon moest nooit meer zoveel macht hebben!
De macht van vader op zoon moest ook verdwijnen.
Hoe doen de Romeinen dat dan?
Rome werd een republiek: ‘Een land waar om de zoveel tijd een nieuwe leider wordt gekozen’ (één jaar).
Een leider? TWEE! We noemen ze consuls.
De consuls konden niet alleen zo’n groot rijk besturen. Voor hulp en advies hadden ze de senaat.
Waar zijn we?
Leerboek blz. 62
Slide 6 - Slide
En het Romeinse volk?
De Romeinse samenleving was verdeeld in 2 groepen: patriciërs en plebejers.
Patriciërs: mensen van adel
Plebejers: de rest van het Romeinse volk.
Wie van deze zouden in het senaat en consul zitten?
Volksvergaderingen
De volksvergaderingen waren er voor het gewone volk.
Volkstribunen
Bescherming belangen plebejers
Vetorecht ten opzichte van de volksvergadering, de senaat en de consuls
Waar zijn we?
Leerboek blz. 62
Slide 7 - Slide
Burgeroorlogen
Legercommandanten werden machtiger dan senaat!
Julius Caesar was de eerste generaal die het lukte om de macht te grijpen (dictator). Greep de macht in 45 v. Chr. en werd dictator. Een jaar later werd hij vermoord…
…….wie heeft nu de macht?
Gevechten onderling en er kan er maar een de winnaar zijn!
Waar zijn we?
Leerboek blz. 63 en 64
Slide 8 - Slide
De keizertijd
Met de overwinning van Octavianus (Augustus) start de Romeinse keizertijd.
Na zijn dood zal dit ook niet veranderen, Consuls, senaat, volkstribuun bleven gewoon bestaan, maar de keizer was de baas!
Naast het senaatsbestuur ontstond een apart keizerlijk bestuur.