Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 2
This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.
Lesson duration is: 50 min
Items in this lesson
Herhaling Hoofdstuk 4
Slide 1 - Slide
Lesdoelen:
Jullie weten aan het einde van de les wat urbanisatie is .
Jullie weten wat imperialisme is.
Jullie weten wat vakbonden zijn.
Jullie weten hoe de kinderarbeid minder werd in de 19e eeuw.
Slide 2 - Slide
Samenvatten:
Welke begrippen zijn belangrijk?
Wat is de hoofdgedachte?
Wat zijn de verbanden tussen de begrippen?
Kies zelf een vorm: geschreven, visueel met schema's etc.
Slide 3 - Slide
Wat weten jullie nog over de industriële revolutie?
Slide 4 - Mind map
Industriële revolutie
Handmatig landbouw werk werd geautomatiseerd met nieuwe landbouwmachines.
Mensen verhuisde daardoor naar de stad om daar werk te vinden.
De stad groeide op dat moment enorm . De groei van steden noem je ook wel urbanisatie.
Industrie en handel werd een belangrijk onderdeel van het bestaan.
Slide 5 - Slide
Slide 6 - Video
Imperialisme
Er kwam meer vraag naar producten uit de fabrieken.
De fabrieken hadden dus meer grondstoffen nodig.
Veel grondstoffen kwamen uit de koloniën.
Je kon makkelijker aan grondstoffen komen als je het gebied waar ze vandaan kwamen, veroverde. Dat zorgde ook voor meer macht en rijkdom.
Vanaf ongeveer 1870 veroverden Europese industrielanden als Groot-Brittannië en Frankrijk grote gebieden in Afrika en Azië.
Dat uitbreiden van je eigen gebied om machtiger en rijker te worden heet imperialisme.
Slide 7 - Slide
Het imperialisme zorgde niet voor:...
A
Macht
B
Rijkdom
C
Meer grondstoffen.
D
Minder vraag naar producten
Slide 8 - Quiz
Vakbonden
Door de industrialisatie werd veel geld verdiend, maar de rijkdom werd niet eerlijk verdeeld.
Arbeiders verdienden te weinig om een gezin van in leven te houden.
Hun kinderen moesten daarom ook werken.
Fabrieksarbeid was zwaar. Arbeiders, ook kinderen, werkten wel twaalf uur op een dag.
Het werk was gevaarlijk met al die bewegende machines.
Arbeiders waren ontevreden en richtten vakbonden op.
Dat waren verenigingen die met werkgevers onderhandelden over beter werkomstandigheden
Slide 9 - Slide
Slide 10 - Video
Kinderarbeid
Rond 1860 kwam er steeds meer kritiek op kinderarbeid.
Dokters en onderwijzers legden uit dat het werk ongezond was.
Fabrieksdirecteuren merkten dat ze meer hadden aan kinderen die konden lezen en schrijven.
De fabriekseigenaren hadden ook minder kinderhanden nodig, omdat steeds meer werk door machines werd gedaan.
Toen de lonen van de ouders stegen en ze de extra inkomsten dus minder nodig hadden, stuurden ze hun kinderen naar school.
Slide 11 - Slide
Heb je de volgende lesdoelen behaald? Jullie weten aan het einde van de les wat urbanisatie is . Jullie weten wat imperialisme is. Jullie weten wat vakbonden zijn. Jullie weten hoe de kinderarbeid minder werd in de 19e eeuw.