OEFENTOETS 3 HV hoofdstuk 3 Chili

Toets hoofdstuk 3 Chili
1 / 22
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Toets hoofdstuk 3 Chili

Slide 1 - Slide

Instructie
  • Om te oefenen voor jullie GPW, ik heb er alle vertrouwen in!


Slide 2 - Slide

Iemand doet twee uitspraken:
I Op het noordelijk halfrond heeft de wind een afwijking naar rechts.
II Soms ontstaan aardbevingen en tsunami’s in Chili op hetzelfde moment,
maar meestal niet.
A
Uitspraak I is juist. Uitspraak II is onjuist
B
Beide uitspraken zijn juist
C
Beide uitspraken zijn onjuist
D
Uitspraak I is onjuist Uitspraak II is juist

Slide 3 - Quiz

Welke begrippen hebben te maken met aardbevingen in Chili
A
Convergentie, oud gebergte, subductie
B
Divergentie, jong gebergte, tsunami
C
Divergentie, oud gebergte, subductie
D
Convergentie, subductie, tsunami

Slide 4 - Quiz

Een seismisch gat is:
A
een groot gat voor de kust van Chile waar veel tsunami’s voorkomen.
B
een gebied waar al lang geen zware aardbeving is voorgekomen.
C
een gebied waar door de vele vulkanen veel seismische trillingen ontstaan.
D
de naam die in Chile wordt gegeven aan grote aardbevingen waarbij gaten in de grond ontstaan.

Slide 5 - Quiz

Waar ontstaan de meeste vulkanen op aarde?
A
bij convergentie van een oceanische en een continentale plaat
B
bij convergentie van twee continentale platen
C
bij divergentie van twee platen
D
midden op platen

Slide 6 - Quiz

Iemand doet twee uitspraken:
I Het hooggebergteklimaat komt in Chili zowel in het noorden als in
het zuiden voor.
II Het zuiden van Chili heeft een mediterraan klimaat door
overheersende aanlandige winden.
.


A
Uitspraak I is juist. Uitspraak II is onjuist
B
Beide uitspraken zijn juist
C
Beide uitspraken zijn onjuist
D
Uitspraak I is onjuist Uitspraak II is juist

Slide 7 - Quiz


Welk klimaat komt niet voor in Chili?
A
Poolklimaat
B
Woestijnklimaat
C
Landklimaat
D
Tropisch klimaat

Slide 8 - Quiz

Iemand doet twee uitspraken:
I Het eiland het verst weg van een hotspot is het oudste eiland van de
hotspot-archipel.
II Het voorkomen van hotspots in de Grote Oceaan is een van de
verklaringen voor het ontstaan van warme zeestromen.
A
Uitspraak I is juist. Uitspraak II is onjuist
B
Beide uitspraken zijn juist
C
Beide uitspraken zijn onjuist
D
Uitspraak I is onjuist Uitspraak II is juist

Slide 9 - Quiz

Stratovulkaan
Schildvulkaan
Stroperig magma
Effusief
Explosief
Vloeibaar magma

Slide 10 - Drag question

Sleep het getal steeds naar juist als de stelling klopt en onjuist als de stelling niet klopt.
1. Bij hotspots ontstaan meestal schildvulkanen.
2. Bij schildvulkanen kan ook sprake zijn van pyroclastische stromen
3. Een verstopte kraterpijp is een oorzaak van explosieve vulkaanuitbarstingen.
4. Metamorf gesteente ontstaat door vulkanisme. 
Onjuist
Onjuist
Onjuist
Onjuist
Juist
Juist
Juist
Juist
1
2
3
4

Slide 11 - Drag question

Sleep het getal steeds naar juist als de stelling klopt en onjuist als de stelling niet klopt.
1. De Humboldstroom is een koude zeestroom. 
2.Omdat Chili op het westelijk halfrond ligt, lopen zij 1 seizoen achter.
3. Tussen de 20° en 40° Z.B. ligt boven Chili een lagedrukgebied . 
4. Door de aanlandige wind ontstaan stuwingsregens in Noord-Chili. 
Onjuist
Onjuist
Onjuist
Onjuist
Juist
Juist
Juist
Juist
1
2
3
4

Slide 12 - Drag question

Convergente breuk
Divergente breuk
Transforme breuk
Nieuwe aardkorst
Aardbevingen
Korst verdwijnt
Mid-oceanische rug
Gebergtevorming / plooiing
Aardbevingen

Slide 13 - Drag question

Sleep de begrippen naar de juiste plek. 
Je houdt begrippen over
Gesteentesoort
Gesteentesoort
Stratovulkaan
Oceanische korst
Continentale korst
Trog
Mantel
Subductie
Basalt
Graniet
Opstijgend magma
Schildvulkaan
Marmer
lava

Slide 14 - Drag question

Sleep de afbeelding naar het juiste klimaatgebied.

Slide 15 - Drag question

Stollingsgestente
Afkoeling
Verwering en erosie
Smelten
Sediment
Metamorf gesteente
sedimentgesteente
samenpersen
Hitte en druk

Slide 16 - Drag question

Leg aan de hand van een klimaatfactor uit waarom de boomgrens in Andes niet overal op dezelfde hoogte liggen.

Slide 17 - Open question

Bekijk de afbeelding
Leg uit hoe deze krater is ontstaat als gevolg van een uitbarsting. Je antwoord moet een oorzaak-gevolgrelatie bevatten.

Slide 18 - Open question

Bij de evenaar valt meer neerslag dan bij de Kreeftskeerkring en de
Steenbokskeerkring. Leg het ontstaan van dit verschil in neerslag uit aan de hand van de overheersende luchtdruk bij de evenaar en de overheersende luchtdruk bij de keerkringen.

Slide 19 - Open question

Bekijk de afbeelding
De Himalaya beïnvloedt de hoeveelheid neerslag in het gebied ten zuiden en het gebied ten noorden van dit gebergte. Beschrijf op welke wijze de Himalaya van invloed is op de hoeveelheid neerslag in het gebied ten zuiden en ten noorden van dit gebergte.

Slide 20 - Open question

Het eiland Hawaii maakt deel uit van een keten van eilanden midden in de Grote Oceaan. Deze keten van eilanden wordt de Hawaiirug genoemd. Beschrijf het ontstaan van deze keten van eilanden.

Slide 21 - Open question

Wat vond je van de toets?

Slide 22 - Open question