Herhaling paragraaf 2.2

Welkom bij de herhaling van paragraaf 2.2
Je bent stil en werkt zelfstandig
1 / 18
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Welkom bij de herhaling van paragraaf 2.2
Je bent stil en werkt zelfstandig

Slide 1 - Slide

Wat ga je tijdens deze stilteopdracht doen?
1. Bekijk en lees in de komende slides de gegeven uitleg terug. Dit is een samenvatting van paragraaf 2.2
2. Maak daarna de meerkeuze vragen
3. Maak daarna de sleepopdrachten

Eerder klaar? Op de laatste dia vind je een uitleg hoe je verder kunt gaan. 

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

De primaire sector is..?
A
De industrie
B
Dienstensector
C
Landbouwsector
D
Sector voor onderwijs

Slide 9 - Quiz

Wat is de
voedselverwerkende industrie?
A
Bedrijven die voedsel verkopen
B
Bedrijven die van landbouwproducten voedsel maken
C
Bedrijven die van voedsel eten maken .....
D
Bedrijven die voedsel inkopen

Slide 10 - Quiz

Wat is bnp?
A
Bruto nationaal product
B
Bruto product spullen
C
Bruto namelijk primair
D
Bruto binnenlands product

Slide 11 - Quiz

De VS verkoopt ongeveer 20% van de landbouw producten aan het buitenland. Dit noem je import.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 12 - Quiz

Mensen die in de voedselverwerkende industrie werken, werken in de secundaire sector.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 13 - Quiz

Wat is export?
A
het invoeren van goederen
B
een ander woord voor economie
C
een soort hockey
D
het uitvoeren van goederen

Slide 14 - Quiz

Wat is import?
A
Het uitvoeren van goederen
B
Het samenvoegen van producten
C
Het invoeren van goederen
D
Het verspreiden van goederen

Slide 15 - Quiz

Slepen maar! Welke producten importeert de V.S.? En welke exporteert de V.S.?
Import
Export
bakkerijproducten
Soja
Zuivel
Granen
Veevoer
Dranken
Dranken

Slide 16 - Drag question

Slepen maar!
Welke kenmerken horen bij kapitaal intensieve landbouw en bij arbeidsintensieve landbouw
Kapitaal intensief
Arbeids
intensief
kapitaal
veel kennis
grote machines
weinig arbeiders
veel kennis
grote boerderijen
veel arbeiders

Slide 17 - Drag question

Zet in de juiste volgorde
Hoe werkt de voedselverwerkende industrie?
1
2
3

Slide 18 - Drag question