00. Neologismen / ww tt / examenvoorbereiding - 417CH - 11 januari 2019

1 / 38
next
Slide 1: Slide
NederlandsMBOStudiejaar 2

This lesson contains 38 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Wat gaan we doen vandaag? 
  1. neologismenquiz (10 min.)
  2. wat hebben we vóór de kerstvakantie gedaan? (10 min.)
  3. planning (5 min.)
  4. werkwoordspelling: pv in tt (15 min.)
  5. opdracht lees- en luisterexamen (laatste uur)
  6. leerstof lees- en luisterexamen (laatste uur)

Slide 2 - Slide

Wat is een neologisme?

Slide 3 - Open question

Wat doe je als je de betekenis van een woord niet weet?

Slide 4 - Open question

Wat betekent een drieklapskus?
A
een bekende drie zoenen geven als begroeting
B
drie klappen geven i.p.v. drie kussen
C
dit is een soort bloem

Slide 5 - Quiz

Wat betekent plogging?
A
het inpluggen van een USB-stick
B
tijdens het joggen afval oprapen
C
op de wc een blog maken

Slide 6 - Quiz

Wat betekent brotox?
A
dit is een soort vergif
B
een gezond drankje waar je vriendelijk van wordt
C
botox voor mannen

Slide 7 - Quiz

Wat is een wifirollator?
A
heel traag internet
B
een snelle rollator
C
rollator die uitgerust is met een wifihotspot

Slide 8 - Quiz

Wat is een pillenklok?
A
een medicijnwekker
B
een bakje voor pillen
C
een nieuw soort xtc

Slide 9 - Quiz

Wat is een olifantenpad/olifantenpaadje?
A
niet-officieel fietspad/wandelpad: om af te snijden
B
een speciaal soort pad (kikker)
C
een heel groot wandelpad

Slide 10 - Quiz

olifantenpad
Niet-officieel fietspad of wandelpad dat in de loop van de tijd ontstaat doordat fietsers of wandelaars een stuk afsnijden van de route van het normale fietspad of wandelpad (kortste route). 

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Ik ben op zoek naar jullie doeprikkel.

Wat betekent dit? 

Slide 13 - Slide

doeprikkel

Slide 14 - Mind map

doeprikkel
Iets wat iemand prikkelt om iets te ondernemen, om iets met plezier en veel inzet te gaan doen ...

Slide 15 - Slide

Wat hebben we allemaal vóór de vakantie gedaan?

Slide 16 - Open question

Iets vergeten?

Slide 17 - Slide

Lees rustig je motivatiebrief door!

Slide 18 - Slide

Planning
Zie lesplanning in het taaldossier!


Slide 19 - Slide

Wat gaan we doen vandaag? 
  1. neologismenquiz (10 min.)
  2. wat hebben we vóór de kerstvakantie gedaan? (10 min.)
  3. planning (5 min.)
  4. werkwoordspelling: pv in tt (15 min.)
  5. opdracht lees- en luisterexamen (laatste uur)
  6. leerstof lees- en luisterexamen (laatste uur)

Slide 20 - Slide

Werkwoordspellin: pv tt
(spelen, tokkelen)                1. Mirianda …… op het drumstel terwijl Jente op haar banjo ……
(verwachten, optreden)    2. Van Miranda ……. ik dat ze morgen ……..
(worden, zijn)                         3. Jente …….. veertien, ze …….. iets jonger dan Miranda.
(oefenen, vertellen)            4. Ze …….. graag op het drumstel, ……… ze aan haar.
(vinden, klinken)                   5. ……. je ook niet, dat een banjo prachtig ………?

(verzinnen, typen, bereiden)                   6. ……. je het hele verhaal terwijl je de tekst …… of …… je het 
                                                                              schrijven voor door eerst een plot te maken?
(schrijven, bereiden)                                   7. Mijn vader …… ook, maar hij ……. nooit iets voor.
(brainstormen, schrijven, worden)       8. Hij …… terwijl hij ……. , omdat volgens hem het  
                                                                              schrijfproces daardoor eenvoudiger ……

Slide 21 - Slide

Werkwoordspellin: pv tt
  1. Mirianda speelt op het drumstel terwijl Jente op haar banjo tokkelt
  2. Van Miranda verwacht ik dat ze morgen optreedt
  3. Jente wordt veertien, ze is iets jonger dan Miranda.
  4. Ze oefent graag op het drumstel, vertelt ze aan haar.
  5. Vind je ook niet, dat een banjo prachtig klinkt?
  6. Verzin je het hele verhaal terwijl je de tekst typt of bereid je het schrijven voor door eerst een plot te maken?
  7. Mijn vader schrijft ook, maar hij bereidt nooit iets voor. 
  8. Hij brainstormt terwijl hij schrijft, omdat volgens hem het schrijfproces daardoor eenvoudiger wordt.

Slide 22 - Slide

Wat gaan we doen vandaag? 
  1. neologismenquiz (10 min.)
  2. wat hebben we vóór de kerstvakantie gedaan? (10 min.)
  3. planning (5 min.)
  4. werkwoordspelling: pv in tt (15 min.)
  5. opdracht lees- en luisterexamen (laatste uur)
  6. leerstof lees- en luisterexamen (laatste uur)

Slide 23 - Slide

Opdracht voorbereiding leesexamen

Maak de opdracht!
timer
10:00

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Slide

Slide 28 - Slide

Slide 29 - Slide

Slide 30 - Slide

Slide 31 - Slide

Slide 32 - Slide

Slide 33 - Slide

Slide 34 - Slide

Slide 35 - Slide

Slide 36 - Slide

Doornemen notitie voorbereiding lees- en luisterexamen

Slide 37 - Slide

Vooruitblik volgende week:
  1. Boeken mee! Hebben jullie hoofdstuk 2 op blz. 39 e.v. al gemaakt? 
  2. Volgende week: TD-toets lezen en woordenschat (hoef je niet voor te leren)
  3. Over twee weken (25 januari): FNV gastles = actieve deelname!

Slide 38 - Slide