3K 1.5 omgekeerd evenredig verband

• Wiskunde
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 3

1.5 omgekeerd evenredig verband

Hoofdstuk 1 formules en grafieken

Wat gaan we 

doen vandaag?

• Herhaling vorige les
• Uitleg
• Oefenen
• Aan het werk
  
• Vragen en afsluiting

Leerdoelen

• Je leert hoe je een omgekeerd evenredig verband herkent
• Je leert hoe je een formule maakt en een grafiek tekent bij een omgekeerd evenredig verband

Leerdoelen

Opgave 28

Herhaling: Bepaal bij de wortelformule de kleinste x-waarde die je kan invullen

y=√​x−3​​​

y=√​2x−12​​​

1. 2
2. 6
3. -2
4. -4

John wil een rechthoekig zwembad maken met een oppervlakte van 120 m2. Bereken de breedte van het zwembad als de lengte 10 meter is.

1. 110
2. 20
3. 8
4. 12

John wil een rechthoekig zwembad maken met een oppervlakte van 120 m2. Kan je voor de lengte of breedte 0 meter kiezen?

1. ja
2. nee

John wil een rechthoekig zwembad maken met een oppervlakte van 120 m2. Wat gebeurd er als je de lengte 2 keer zo groot wordt?

1. dan wordt de breedte 2 keer zo groot
2. dan wordt de breedte 2 keer zo klein
3. dan blijft de breedte gelijk
4. dan wordt de breedte 2 meter kleiner

y=​x​​5​​

is hetzelfde als y x x = 5

Een formule als                    hoort bij een omgekeerd evenredig verband.

Je kan niet delen door 0, dus die vul je niet in in de tabel. 

y=​x​​5​​

De grafiek bestaat meestal uit 2 delen

Is dit een omgekeerd evenredig verband?

1. Ja
2. Nee

Wat is de formule van dit omgekeerd evenredig verband?

1. y=​x​​24​​
2. y⋅x=−24
3. y=​x​​−24​​
4. y⋅x=24

Aan het werk

De eerste 10 min. ga je in stilte aan het werk! 

Daarna mag er zachtjes worden overlegd.

Bladzijde 26, 27 en 28

Maak opdracht: 30 tot en met 35

Klaar?: Laten zien en Nakijken

Klaar, Klaar? Maak opdracht U7 (bladzijde 29)

• Hoe je een omgekeerd evenredig verband herkent
• Hoe je een formule maakt en een grafiek tekent bij een omgekeerd evenredig verband

Wat hebben we vandaag geleerd?