Giahn en Naomi

Giahn en Naomi
Duits Quiz
1 / 18
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slide.

time-iconLesson duration is: 20 min

Items in this lesson

Giahn en Naomi
Duits Quiz

Slide 1 - Slide

Combineer het juiste Nederlandse vraagwoord met de vertaling in het Duits.
wie
hoe
wat
waar
waarom
welk/welke
warum
welch-
was
wer
wo
wie

Slide 2 - Drag question

Vul het goeie woord in
"Ich reise ... die Schweiz"
A
zu
B
in
C
nach
D
ik weet het niet

Slide 3 - Quiz

Hoe sluit je een persoonlijke brief af? Er zijn meerdere antwoorden mogelijk.
A
Mit Freundlichen Grüßen
B
Herzliche Grüße
C
Tschüs
D
Viele Grüße

Slide 4 - Quiz

vertaal de zin in het Duits.
"In het weekend ga ik graag naar de disco."

Slide 5 - Open question

Combineer de juiste Nederlandse signaalwoorden met de vertaling in het Duits
aber
dennoch
außerdem
obwohl
schließlich
tenslotte
bovendien
hoewel
en tóch 
maar

Slide 6 - Drag question

Als du het onderwerp van de zin is, waarop eindigt dan het bijbehorende persoonsvorm.
A
-t
B
-d
C
-st
D
-e

Slide 7 - Quiz

vertaal de volgende zin in het Duits,
"Ik woon in het noorden van Nederland."

Slide 8 - Open question

Combineer de juiste Nederlandse verbindingswoorden met de vertaling in het Duits.
zuerst
aber
nämlich
zum Schluss
dagegen
namelijk
ten slotte
daarentegen
echter
allereerst

Slide 9 - Drag question

wat doe je in de eerste alinea van je brief?
A
Jezelf voorstellen en vertellen waarom je schrijft
B
Je verzoek duidelijk maken en toelichten waarom je dit graag wilt
C
Aangeven dat je erg hoopt op hun medewerking
D
Geen idee

Slide 10 - Quiz

vertaal de volgende zin in het Duits,
"Doe ook je ouders de groeten."

Slide 11 - Open question

welke woorden schrijf je zonder een hoofdletter?
A
zelfstandige naamwoorden
B
Namen
C
eerste woord van de zin
D
werkwoorden

Slide 12 - Quiz

vertaal de volgende zin in het Duits. "we krijgen altijd veel huiswerk."

Slide 13 - Open question

wat is juist bij het schrijven van de plaatsnaam en datum? er zijn meerdere antwoorden goed.
A
na de plaatsnaam altijd een punt
B
na de plaatsnaam altijd een komma
C
na het cijfer van de dag en van de maand altijd een punt
D
na het cijfer van de dag en de maand altijd een komma

Slide 14 - Quiz

in welke vorm schrijf je een persoonlijke brief?
A
de ich-vorm
B
de du-vorm
C
de er/sie/es-vorm
D
geen idee

Slide 15 - Quiz

vertaal de volgende zin in het Duits.
"Ik ben het daar helemaal mee eens."

Slide 16 - Open question

Wanneer gebruik je "als" in het Duits?
A
na een vergrotende trap
B
maakt niet uit wanneer je het gebruikt
C
na een vergelijking

Slide 17 - Quiz

Hoe open je een persoonlijke brief? Er zijn meerdere antwoorden mogelijk.
A
Liebe Heidi
B
Hallo Freunde
C
Guten Tag
D
Sehr geehrte

Slide 18 - Quiz