3HV zakelijke e-mail

Welkom
Mindmap op tafel! 
1 / 14
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 14 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Welkom
Mindmap op tafel! 

Slide 1 - Slide

Doelen deze week



  • Je weet waarop je brief beoordeeld wordt
  • Je hebt een oefenopdracht (brief) geschreven
  • Je kent de voorwaarden voor herkansing Taaltoets

=> TEA 3: toets schrijfvaardigheid


     

    Slide 2 - Slide

    Herkansing Taaltoets
    • Taaltoets is onderdeel van Taalbeleid (taalbeheersing t.b.v. elk vak) en daarom wordt uitzonderlijk herkansing toegestaan.
    • In de week van 13 mei -> tweede les die week
    • Toets is te herkansen als leerling kan laten zien dat hij/zij serieus geoefend en gewerkt heeft. 
    • Extra hulp? Schrijf je via Magister activiteiten in voor steunles leesvaardigheid/taaltoets.
    • Aanmelden: op maandag 13 mei een mailtje aan de docent met overzicht van verrichte inspanningen.

    Slide 3 - Slide

    Briefconventies

    Slide 4 - Slide

    Zakelijke e-mail: inhoud
    • Begin met: Geachte mevrouw Van der Sloot
    • Regel wit 
    • Inleiding, eerste alinea start met hoofdletter. Maak duidelijk wie je bent (maar begin je eerste zin nooit met 'Ik')
    • Schrijf waarom je de e-mail stuurt
    • Regel wit
    • Schrijf in de kern wat je vraag / opmerking / verzoek is
    • Regel wit
    • Schrijf in het slot wat je van de ander verwacht. 
    • Regel wit 

    Slide 5 - Slide

    Zakelijke e-mail: vorm
    • Schrijf beleefd (gebruik u (persoonlijk vnw) en uw (bezitt. vnw)
    • Bovenaan: van: jouw e-mailadres
    • aan: e-mailadres van ontvanger(s)
    • CC (wie deze brief ook moet lezen) en BCC (als de lezers elkaars e-mailadres niet mogen zien)
    • Witregel
    • Vermeld het onderwerp als volgt: Voorstel voor reisgids



    Slide 6 - Slide

    Zakelijke e-mail: vorm 2

    • Afsluiting: Met vriendelijke groet, (of Hoogachtend,)
    • (witregel)
    • Je voor- en achternaam


    In de toets schrijf je de e-mail op papier

    Slide 7 - Slide

    Schrijf op papier 
    Herschijf het volgende bericht tot een nette, formele e-mail
    Noteer het onderwerp
    Schrijf de aanhef (gebruik hiervoor mijn gegevens)
    En verbeter de spelfouten 
    timer
    10:00

    Slide 8 - Slide

    Herschrijf de volgende tekst
    Hallo Mevrouw sorry voor deze late mail maar wij anuleren de tafeltjes avond want mijn ouders dachten dat het gewoon even kletsen was enzovoort dus dat wilde ik even zeggen sorry als het nu helemaal anders loopt en dat het moeilijk word voor u mijn excuses groetjes ... (naam) en tot morgen

    Slide 9 - Slide

    Onderwerp: afmelden tafeltjesavond

    Beste mevrouw Hartmann,

    Deze mail schrijf ik, omdat mijn ouders het gesprek voor de tafeltjesavond willen annuleren. Mijn ouders dachten dat het gesprek bedoeld was om kennis te maken, maar dat is niet zo. Ik heb geen vraag voor u, dus daarom is het niet nodig om een gesprek te hebben.

    Sorry als uw planning nu helemaal anders loopt. 

    Tot morgen.

    Met vriendelijke groet,
    Anne Hartmann 

    Slide 10 - Slide

    Betogende / overtuigende tekst
    • bevat steekhoudende argumenten
    • tekst wordt sterker als die argumenten gepaard gaan met beeldspraak en stijlfiguren:
    • "Veel middelbare scholen gebruiken laptops voor onderwijs, met forse kosten als gevolg. Dat is geen goede zaak." =>
    • "Het leeuwendeel van de middelbare scholen heeft gekozen voor laptoponderwijs. Het gevolg is dat scholieren en ouders opgescheept zitten met pittige kosten. Dat is niet goed, dat is erbarmelijk, ja, dat is een pure ramp voor ouders! 

    Slide 11 - Slide

    Stijlfiguren 
    • Herhaling (repetitio): bepaalde woorden of woordgroepen worden herhaald -> macht, macht en nog eens macht
    • Opsomming (enumeratio): woorden of woordgroepen worden opgesomd -> dagen, maanden, jaren vliegen als een schaduw heen
    • Alliteratie: de beginklank van opeenvolgende woorden komt overeen -> vreemde vogel, zingende zee, Coca Cola

    Slide 12 - Slide

    Beeldspraak 
    • Vergelijking: beeld én object worden genoemd
    Je kamer lijkt wel een zwijnenstal
    -> Hij ging er als een haas vandoor
    • Metafoor: alleen het beeld wordt genoemd. Spreekwoorden zijn metaforen. Je moet zelf uit de context halen wat er met het beeld bedoeld wordt
    -> Wat een zwijnenstal!

    Slide 13 - Slide

    Zelfstandig werken

    • Beoordeel de brief van Sara Burgerhart in duo's. Hoeveel punten zou ze van jullie krijgen? 
    • Straks samen bespreken


    Slide 14 - Slide