Poëzie - S5

Poëzie
1 / 28
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Poëzie

Slide 1 - Slide

Welke drie vormen
met eindrijm ken je?

Slide 2 - Mind map

Geef een voorbeeld van mannelijk eindrijm.

Slide 3 - Mind map

Geef een voorbeeld van vrouwelijk eindrijm.

Slide 4 - Mind map

Geef een voorbeeld van glijdend eindrijm.

Slide 5 - Mind map

Noteer de namen van tenminste drie rijmschema`s.

Slide 6 - Mind map

Valentijn is fijn
maar elke dag
bij het zien van je glimlach
is gelukkig zijn
Valentijn is fijn
ik wil elke dag
gelukkig zijn
bij het zien van je glimlach

Valentijn is fijn
is gelukkig zijn
bij het zien van je glimlach
elke dag
abba
aabb
abab
gekruist rijm
omarmend rijm
gepaard rijm

Slide 7 - Drag question

Welke term gebruiken we als we de zin afbreken met bijv. als doel het rijm kloppend te maken?

Slide 8 - Mind map

Noteer een zin met een alliteratie (let op: enkel op de beklemtoonde lettergrepen).

Slide 9 - Open question

Noteer een zin met een assonantie (let op: enkel op de beklemtoonde lettergrepen).

Slide 10 - Open question

alliteratie
“Ik heb m'n handen op je heupen
Maar m'n hoofd is bij de deur”
(Harder dan ik hebben kan, Bløf)

Slide 11 - Slide

assonantie
“Ik voel me rot ik ga kapot
Ik lijk wel zot tot over mijn oren smoorverliefd op jou”
(Smoorverliefd, Doe Maar)
https://www.youtube.com/watch?v=fp91XsnTNXQ 
1:06-1:10

Slide 12 - Slide

Wat bij een lied een couplet heet, heet bij een gedicht een .....?

Slide 13 - Mind map

Welk rijmschema herken je in dit gedicht?

Wilhelmus van Nassouwe
Ben ick van Duytschen bloet,
Het vaderlandt getrouwe
Blijf ick tot inden doet.
A
Gekruist rijm
B
Omarmend rijm
C
Vader rijm
D
Gebroken rijm

Slide 14 - Quiz

de ergste aller dagen: 1 april
ik weiger om vandaag uit bed te stappen
uit angst voor flauwekul en dito grappen
de dekens bieden dekking, ik lig stil

A
gekruist rijm
B
gepaard rijm
C
omarmend rijm

Slide 15 - Quiz

Natuur is voor tevredenen of legen.
En dan: wat is natuur nog in dit land?
Een stukje bos, ter grootte van een krant,
Een heuvel met wat villaatjes ertegen.
A
gepaard rijm
B
gekruist rijm
C
omarmend rijm

Slide 16 - Quiz

Het rijmschema van omarmend rijm is?
A
aabb
B
abcb
C
abba
D
abca

Slide 17 - Quiz

Wat voor soort rijm herken je?
"Mensen lijken te kijken
Maar ik wil ze ontwijken."
A
Alliteratie
B
Assonantie
C
Eindrijm

Slide 18 - Quiz

Het rijmschema abab - cdcd noemen we ook wel:
A
gepaard rijm
B
gekruist rijm
C
omarmend rijm
D
slagrijm

Slide 19 - Quiz

* Versregels (zijn dus niet hetzelfde als zinnen)
- enjambement  = het afbreken van zinnen aan het eind van de versregel. 

- distichon = strofe bestaande uit 2 versregels
- terzet = strofe bestaande uit 3 versregels
- kwatrijn = strofe bestaande uit 4 versregels
- quintet = 
- sextet = 

Slide 20 - Slide

Strofebouw
Een strofe van twee regels noemen we een:

Slide 21 - Open question

Strofebouw
Een strofe van drie regels noemen we een:

Slide 22 - Open question

Strofebouw
Een strofe van vier regels noemen we een:

Slide 23 - Open question

Strofebouw
Een strofe van vijf regels noemen we een:

Slide 24 - Open question

Strofebouw
Een strofe van zes regels noemen we een:

Slide 25 - Open question

Strofebouw
Een strofe van zeven regels noemen we een:

Slide 26 - Open question

Strofebouw
Een strofe van acht regels noemen we een:

Slide 27 - Open question

Hoe noemen we de gebruikte strofebouw van strofe 1 - 4
A
terzet
B
distichon
C
kwatrijn
D
sextet

Slide 28 - Quiz