§6.3 Duurzame landbouw

§7.3 Duurzame landbouw

§7.4 Energie

1 / 18
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

This lesson contains 18 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

§7.3 Duurzame landbouw

§7.4 Energie

Slide 1 - Slide

Leerdoelen 7.3 en 7.4
1. Je kunt de kenmerken van bestrijdingsmiddelen en biologische bestrijding noemen.
2. Je kunt vormen van landbouw beschrijven die beter zijn voor het milieu
3. Je kunt de belangrijkste energiebronnen noemen met hun voordelen en nadelen.

Slide 2 - Slide

7.3 Duurzame landbouw
Vroeger bestonden veel landbouwbedrijven uit zowel akkerbouw als veeteelt. Tegenwoordig zijn veel bedrijven gespecialiseerd. Veel bedrijven proberen voedsel te produceren op een duurzame manier.

Slide 3 - Slide

Gangbare landbouw
intensieve veehouderij

monocultuur

ziekten/plagen

milieu

Slide 4 - Slide

Pesticiden
Selectief & niet -selectief

Accumulatie (giftige stof doorgegeven)

resistentie (niet gevoelig worden)

Slide 5 - Slide

Biologische bestrijding
Vruchtwisseling

Natuurlijke vijanden

Lokken

Slide 6 - Slide

Biologische landbouw
• Er worden geen chemische bestrijdingsmiddelen of kunstmest gebruikt.
• Dieren lopen los.
• Ziekten en plagen worden bestreden met biologische bestrijdingsmethoden.
• De gewassen worden verbouwd op kleine stukken grond waar vruchtwisseling wordt toegepast.
• Er wordt gebruikgemaakt van groenbemesting.

Slide 7 - Slide

Precisielandbouw
Verticale landbouw

Slide 8 - Slide

Kringloop
landbouw

Weinig afval en stoffen



Slide 9 - Slide

7.4 Energie

Slide 10 - Slide

De belangrijkste energiebronnen

Slide 11 - Slide

Fossiele brandstof
Fossiele brandstoffen: brandstof die miljoenen jaren geleden is ontstaan uit resten van dode planten en dieren. 

Voorbeelden: aardgas, aardolie en steenkool. 
Voordelen: het winnen ervan is goedkoop. Ze zijn gemakkelijk te gebruiken en te vervoeren.
Nadelen: Ontstaan koolstofdioxide en andere afvalstoffen, uitputting. 

Slide 12 - Slide

Kernenergie 
Kernenergie: energie die vrijkomt bij het splitsen van atoomkernen. 

Voordelen: geen luchtverontreiniging, kan energie mee worden opgewekt. 
Nadelen: er ontstaat radioactief afval, kans op straling, voorraad uranium kan uitgeput raken. 


Slide 13 - Slide

Duurzame energiebronnen
Duurzame energiebronnen: energie uit energiebronnen die niet opraken en die geen vervuiling veroorzaken.

Voorbeelden: Windenergie, zonne-energie, aardwarmte en waterkracht.
Voordelen: deze energiebronnen raken niet op en ze veroorzaken geen milieuvervuiling.
Nadelen: er is niet altijd genoeg zon en wind om voldoende energie op te wekken, geen mooi aanzicht. 


Slide 14 - Slide

Duurzame energiebronnen
zonne-energie: energie door zonnestraling.
windenergie: energie door de wind.
waterkracht: energie van stromend water in een rivier.
getijdenenergie: energie van stromend water bij eb en vloed. 
aardwarmte: warmte van diep in de aarde wordt gebuikt om gebouwen te verwarmen. 

biobrandstof: brandstof die is gemaakt uit biomassa (energierijke stoffen in planten en dieren). 

Slide 15 - Slide

Zonnepanelen en windmolens in Zutphen

Slide 16 - Slide

Stuwdam in de Rijn

Slide 17 - Slide

Maken 7.3 en 7.4
7.3: opdracht 1 t/m 6
7.4: opdracht 1 t/m 6
+ begrippen

timer
20:00

Slide 18 - Slide