3 ag-grammatica-zinsdelen-zelfstandig herhalen.

• Nederlands
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 2,3

Je kunt deze LessonUp zelfstandig doornemen als je nog wat extra oefening nodig hebt.

Herhaling van zinsdelen in LessonUp.

Eerst even inkomen. Kijken wat we nog weten.

Ik start direct met een paar vragen.

1.
2.
3.
4.
5.
6.

Stappenplan zinsontleding

Persoonsvorm

Lijdend voorwerp

Onderwerp

Bijwoordelijke bepaling

Meewerkend voorwerp

Gezegde

Hoe vinden we deze zinsdelen in een zin? Welke vragen stellen we?

Welk lijdend voorwerp hoort bij dit plaatje?

De jongen geeft het boek aan het meisje.

In eigen woorden: wat is een meewerkend voorwerp?

Geeft aan ‘voor’ of ‘aan’ wie iets bestemd is. Het meewerkend voorwerp is vaak iemand die iets ontvangt.

Maak een zin met
drie bijwoordelijke bepalingen.

Gisteren ben ik met mijn hond gaan wandelen in het bos.

Wat weet je van
'het gezegde'?

Meerdere antwoorden geven:

alle werkwoorden
werkwoordelijk

naamwoordelijk

niet-ww. rest

gemengde rest

naamwoordelijk deel

iemand doet iets

iemand is of wordt iets

ontleed nu zelf de volgende zinnen volledig

Het naamwoordelijk gezegde  kan  een lastig onderdeel  zijn.

naamwoordelijk vs. 

werkwoordelijk gezegde

hoe zat het ook alweer?

Ik start een videofragment

02:19

Dat "gekke rijtje" is een handig hulpmiddel. Ik zou ze dus toch maar gewoon onthouden. Welke koppelwerkwoorden zijn er ook alweer?

Eens even testen..

Zou Donald Trump over vier jaar opnieuw president zijn?

1. werkwoordelijk
2. naamwoordelijk

De politie wil een vuurwerkverbod tijdens oud en nieuw.

1. werkwoordelijk
2. naamwoordelijk

Noa heeft altijd al dokter willen worden.

1. werkwoordelijk
2. naamwoordelijk

Mijn zus is vervelend.

1. werkwoordelijk
2. naamwoordelijk

Sinds vorige week kunnen we niet meer naar de bioscoop.

1. werkwoordelijk
2. naamwoordelijk

Mette is momenteel in Afrika.

1. werkwoordelijk
2. naamwoordelijk

naamwoordelijk gezegde ontleden

Het naamwoordelijk gezegde  kan  een lastig onderdeel  zijn.

ontleed nu zelf de volgende zinnen volledig

Het naamwoordelijk gezegde  kan  een lastig onderdeel  zijn.

ontleed de volgende zinnen volledig

• Door de coronacrisis  zijn  Johans broeken  hem  te klein  geworden.

• Bas  schijnt  al jaren  een beetje  verliefd  te zijn  op de zus van Cas.

• Het kabinet  trekt  1,5 miljard euro  uit  voor de versterking van huizen in Groningen.

ontleed nu zelf de volgende zinnen volledig

Het naamwoordelijk gezegde  kan  een lastig onderdeel  zijn.

verplicht vs. toevallig

wederkerende werkwoorden

hoe zat het ook alweer?

Maak een zin met een verplicht wederkerend werkwoord.

ik vergis me (niet iemand anders vergissen)

Maak een zin met een toevallig wederkerend werkwoord.

Ik scheer me / ik scheer de hond

Ik verdedig me met mijn vuisten!

TIP!

Kun je zeggen 'ik verdedig de buurman met mijn vuisten'?

1. verplicht
2. toevallig

Zij hebben zich zeer correct gedragen.

1. verplicht
2. toevallig

Ik heb me gesneden bij het bereiden van de maaltijd.

1. verplicht
2. toevallig

Waarbij hoort het wederkerend voornaamwoord?

Verplicht wederkerend werkwoord:

Toevallig wederkerend werkwoord:

niet-ww. rest

lijdend voorwerp

wederkerende werkwoorden ontleden

Velen van jullie  vergissen  zich  regelmatig  met  de wederkerende werkwoorden.

Ondertussen  vermaakt  de leraar  zich  kostelijk  met deze opdrachten.

ontleed nu zelf de volgende zinnen volledig

Het naamwoordelijk gezegde  kan  een lastig onderdeel  zijn.

ontleed de volgende zinnen volledig

• Kun  je  je  deze leerstof  nog  herinneren?

• Dankzij de huidige technologie  kunnen  jullie  je  nu  ook  met LessonUp vermaken.

• De leraren verheugen zich al op de goede toetsresultaten.