This lesson contains 37 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.
Lesson duration is: 60 min
Items in this lesson
Hart- en vaatstelsel
Slide 1 - Slide
Functie van hart en bloedsomloop
Bloed moet stromen!!!!
Aan stilstaand bloed heb je NIETS!
Hart en bloedvaten hebben tot doel om stoffen op te nemen uit de weefsels, te transporteren naar andere weefsels en daar weer af te geven.
Slide 2 - Slide
Linker ventrikel
Rechter ventrikel
Linker atrium
Rechter atrium
Slide 3 - Drag question
Rechter longslagader
Linker longsagader
Rechter longader
Linker longader
Onderste holle ader
Bovenste holle ader
Aorta
Slide 4 - Drag question
Rechter arteria pulmonalis
Linker arteria pulmonalis
Rechter venae pulmonalis
Linker venae pulmonalis
Vena cava inferior
Vena cava superior
Aorta
Slide 5 - Drag question
Wat is de functie van hartkleppen?
A
Verder duwen van het bloed
B
Scheiden van zuurstofrijk en zuurstofarm bloed
C
Zorgen dat bloed niet terug kan stromen
D
Regelen van de stroomsnelheid van het bloed
Slide 6 - Quiz
Slide 7 - Slide
Wanneer je bij iemand de pols voelt, wat voel je dan precies?
A
Het uitrekken van de slagaderwand
B
Het uitrekken van de aderwand
C
Het sluiten van de hartkleppen
D
Het sluiten van de kleppen in de aders
Slide 8 - Quiz
Welke vaten zijn er?
Slide 9 - Slide
Slide 10 - Slide
Slide 11 - Slide
Slide 12 - Slide
Wanneer je onder narcose gaat, wordt je beademd. Je hart blijft echter zelf doorkloppen. Hoe komt dit?
A
Ademhaling wordt aangestuurd door de hersenen; de hartslag niet.
B
Het deel van de hersenen dat hartslag regelt is niet gevoelig voor de narcose.
C
Ademhaling wordt niet aangestuurd door de hersenen; de hartslag wel.
D
In de narcose zit een medicijn dat je hartslag gaat regelen.
Slide 13 - Quiz
Electrische activatie hartspier
Slide 14 - Slide
Wat zijn de kransslagaders?
A
Bloedvaten met zuurstofrijk bloed in de huid.
B
Bloedvaten met zuurstofrijk bloed op het hart.
C
Bloedvaten met zuurstofarm bloed in de buikholte.
D
Bloedvaten met zuurstofarm bloed in de schedelholte.
Slide 15 - Quiz
Slide 16 - Slide
Bloeddruk en hypertensie
Slide 17 - Slide
Is de bloeddruk in alle bloedvaten even hoog?
A
Ja, in alle bloedvaten is de bloeddruk (bijna) hetzelfde
B
Nee, de bloeddruk in de hele grote bloedsomloop is hoger dan in de hele kleine bloedsomloop
C
Nee, de bloeddruk is hoger in de haarvaten dan in de aders en slagaders
D
Nee, de bloeddruk is hoger in de slagaders dan in de haarvaten en aders.
Slide 18 - Quiz
Een arteriële bloeddrukmeting levert 2 waarden op, bijv. 125 / 83.
Wat is de medische naam voor het eerste getal?
A
Diastolische bloeddruk
B
Systolische bloeddruk
C
Primaire bloeddruk
D
Secundaire bloeddruk
Slide 19 - Quiz
Wat is de 'systole'?
A
De fase waarin de hartkamers samentrekken.
B
De fase waarin de hartkamers ontspannen.
C
De fase waarin de slagaderwanden samentrekken.
D
De fase waarin de slagaderwanden ontspannen.
Slide 20 - Quiz
Slide 21 - Slide
Boven welke bloeddrukwaarden is er sprake van 'hoge bloeddruk' (hypertensie)? Noteer de systolische en diastolisch waarde.
Slide 22 - Open question
Oorzaken hypertensie
- Vaak niet één duidelijke oorzaak; combinatie van leeftijd, overgewicht, familiaire aanleg en/of leefstijl*, komt vaker voor bij mannen. (= essentiële hypertensie)
Secundaire hypertensie:
- nierziekte, te hoge productie van schildklierhormoon, cortisol of adrenaline.
- diabetes
- bijwerkingen medicatie
- overmatig gebruik van drop of zoethoutthee
*Leefstijl: roken, alcohol en/of andere drugs, ongezond eten, stress.
Slide 23 - Slide
Symptomen hypertensie
Alleen bij extreem hoge bloeddruk ontstaan er meestal klacht; misselijkheid; overgeven; wazig zien; hoofdpijn.
Meeste mensen merken niets van hypertensie tot het moment dat ze complicaties krijgen; bijv. ernstige atherosclerose, hart-/herseninfarct, hersenbloeding, hartfalen.
Slide 24 - Slide
Stelling 1: Atherosclerose (slagaderverkalking) is een oorzaak van hypertensie. Stelling 2: Hypertensie is een oorzaak van atherosclerose (slagaderverkalking).