Blok 3 Les 1

Welkom!
Dinsdag 11 januari 2022
1 / 14
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 3

This lesson contains 14 slides, with text slides.

Items in this lesson

Welkom!
Dinsdag 11 januari 2022

Slide 1 - Slide

Programma
  • Mededelingen 
  • Lezen
  • Bespreken opdracht 1 en 2 in de switch
  • Grammatica: zinsontleding en mv
  • Aan de slag!


Slide 2 - Slide

Mededelingen!
  • Toets
  • 25 januari
  • Presentaties
7,0

Slide 3 - Slide

Doelen
Je kan vragen beantwoorden bij een gegeven tekst.
Je benoemt zinsdelen met pv, ow, gez, lv en mv.

Slide 4 - Slide

Lezen van de tekst
We lezen de tekst voor een deel.
Daarna individueel.

Maken opdracht 1. Klaar? Maak opdracht 2.
We bespreken het na de 15 minuten.
Klaar? Kijk vast naar het maakwerk/huiswerk of kijk op internet naar een boek.
timer
15:00
  Maakwerk/huiswerk deze les:
  Kader: maken opdracht 1, 2, 3 en 4 op blz. 136 t/m 138.
  Basis: maken opdracht 1, 2, 3, 4 en 5 op blz. 137 t/m 139.

Slide 5 - Slide

Bespreken in de switch
Kader: luistert mee met de klassikale uitleg.
Basis: gaat aan de slag met opdracht 3 op blz. 134.
SWITCH
Basis: luistert mee met de klassikale uitleg.
Kader: gaat aan de slag met opdracht 3 op blz. 133.

Slide 6 - Slide

Grammatica
  1. Herhaling zinsontleding
  2. Meewerkend voorwerp met voor

Slide 7 - Slide

Herhaling zinsontleding
De moeder geeft haar zoontje op het schoolplein een knuffel.

Welke benoemingen kennen wij tot nu toe?

Slide 8 - Slide

Zinsontleding
PV = persoonsvorm: het ww dat verandert als je de zin in een andere tijd zet of het ww dat vooraan komt te staan als je de zin vragend maakt.

WWG = alle werkwoorden in de zin inclusief de pv.

OND = wie doet het in de zin? Stel jezelf de vraag: wie of wat + wwg.

LV = wie of wat + wwg + ond. 

MV = ontvangt iemand iets? Kun je er aan tussen zetten? Begint nooit met een voorzetsel!

Slide 9 - Slide

De moeder geeft haar zoontje een 
knuffel op het schoolplein.
PV = vraagzin/andere tijd
WWG = alle ww + pv
OND = wie doet het?
LV = wie/wat + pv + ond 
MV =  aan wie + wwg + ond + lv.

Blijft er nog iets over = 

Slide 10 - Slide

De directeur beloofde zijn personeel een flinke loonsverhoging.
PV = 
WWG = 
OND =
LV = 
MV = 

Blijft er nog iets over = 

Slide 11 - Slide

Meewerkend voorwerp met voor
  • Denk aan: iemand ontvangt iets. 
  • Dat kan ook met voor.

Vraag: voor wie + wwg + ond + lv.
Antwoord: de ontvanger.

Slide 12 - Slide

Mijn moeder heeft een lekker gebakje gekocht voor mijn oma.
PV = 
WWG = 
OND = 
LV = 
MV = 

Blijft er nog iets over?

Slide 13 - Slide

Aan de slag!
Kader: maken opdracht 1, 2, 3 en 4 op blz. 136 t/m 138.
Basis: maken opdracht 1, 2, 3, 4 en 5 op blz. 137 t/m 139.

Slide 14 - Slide