Eerst theorie. aantekeningen maken. vraag? hand opsteken
Checkvragen.
Opdrachten maken. Werkvorm.
Controle & afsluiting
Slide 6 - Slide
Waarom versnelling?
versnelling <<-->> krachten!
Slide 7 - Slide
Theorie - eenparige versnelling
Als de snelheid verandert, is er sprake van een versnelling (of vertraging)
een eenparige versnelling betekent dat:
de snelheid verandert telkens met dezelfde hoeveelheid
de snelheidsgrafiek (v,t)-diagram is een rechte lijn!
Slide 8 - Slide
een auto begint op 0 km/u. Na 10 seconden gaat de auto 20 km/u, en na 20 seconden 50 km/u. Is dit een eenparige versnelling?
A
ja
B
nee
C
kun je niet weten
Slide 9 - Quiz
Voorbeeld: versnelling
Bij een grote versnelling, verandert de snelheid veel. bij een kleine versnelling, verandert de snelheid weinig. als de versnelling 0 is, blijft de snelheid constant
grafieken op bord
Slide 10 - Slide
Versnelling - berekenen
Formule voor versnelling:
a = Δv / Δt (eenheden)!
Δv = veind - vbegin
Δt = teind - tbegin (of: hoelang duurde de versnelling)
Voorbeeld: een auto versnelt vanuit stilstand naar 30 m/s in 10 seconden. Hoe groot is de versnelling van de auto?
Slide 11 - Slide
Een auto versnelt met 5 m/s per seconde ( 5m/s^2) vanaf stilstand. hoe hard gaat de auto na 3 seconden?
A
3 m/s
B
10 m/s
C
8 m/s
D
15 m/s
Slide 12 - Quiz
Opdracht
Maak: opdrachten 4a, 5a, 5c van 4.1
Werkvorm: mag in tweetallen!
Klaar of wil je wat uitdaging? probeer 4b en 5b. de theorie hiervoor staat ook in 4.1