This lesson contains 10 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Lesson duration is: 60 min
Items in this lesson
Luisteren betogende teksten
Slide 1 - Slide
Leerdoelen
Je begrijpt een informatieve kijk-/luistertekst.
Je kunt informatie halen uit kijk-luisterfragmenten.
Je herkent de standpunten en argumenten in een betogende kijk-/luistertekst.
Slide 2 - Slide
Bedenk een vraag over dit luisterfragment. Gebruik hiervoor je aantekeningen.
Slide 3 - Open question
Objectieve en subjectieve argumenten
Objectieve argumenten (feitelijk argument): gebaseerd op feiten : controleer betrouwbaarheid van schrijver en bron.
Subjectieve argumenten (waarderend argument): inhoud niet controleerbaar. Vaak mening of overtuiging gebaseerd op algemene normen en waarden of op een enkele ervaring: ga na waarop het argument gebaseerd is. Niet duidelijk dan subjectief.
Slide 4 - Slide
Voorbeeld
‘Werklozen moeten elke aangeboden baan aannemen, want ze moeten hun bijdrage leveren aan de samenleving.’
Standpunt= werklozen moeten elke aangeboden baan aannemen.
Argument = ze moeten hun bijdrage leveren aan de samenleving.
subjectief want gebaseerd op algemene normen en waarden.
Slide 5 - Slide
Slide 6 - Video
Drogredenen
Slide 7 - Mind map
Hoe herken je een drogreden?
Slide 8 - Open question
Wat is het verschil tussen een objectief en een subjectief argument?
Slide 9 - Open question
Wat vind jij: moet iemand die ongezond leeft, meer betalen voor zijn ziektekostenverzekering?