H3 Gesprekken opschrijven - directe / indirecte rede

Welkom havo 3B
timer
2:30
  • Ga zitten volgens de plattegrond
  • Telefoon in het zakkie, jas uit, tas van tafel
  • Op tafel: map, pen, KERN, laptop, werkbladen
  • Start met opdracht 1 van het werkblad
1 / 22
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Welkom havo 3B
timer
2:30
  • Ga zitten volgens de plattegrond
  • Telefoon in het zakkie, jas uit, tas van tafel
  • Op tafel: map, pen, KERN, laptop, werkbladen
  • Start met opdracht 1 van het werkblad

Slide 1 - Slide

Begin van de les
Lees de eerste twee pagina's van één van onderstaande verhalen:

Maak de opdracht 1 en 2 op het werkblad.

Slide 2 - Slide

Agenda 
  • Wat is een dialoog?
  • 3 manieren om op te schrijven wat iemand zegt.
  • Zelf aan de slag: strip herschrijven
Agenda

Slide 3 - Slide



  • Wat is een dialoog?
  • 3 manieren om op te schrijven wat iemand zegt.
  • Zelf aan de slag: strip herschrijven
Lesdoel
Agenda
Na deze les 

… weet je wat een dialoog is
... kun je zelf gesproken woorden weergeven

Slide 4 - Slide

Weet je hoe je een gesprek moet opschrijven?
A
Ja, makkelijk!
B
Ja.
C
Ik denk het wel.
D
Nee.

Slide 5 - Quiz

Gesprekken weergeven
We kijken samen naar hoe je gesprekken opschrijft.
Pak KERN erbij, hoofdstuk 40.
Ben je eerder klaar met een opdracht? Werk dan verder aan het werkblad.

Slide 6 - Slide

Wat heb je opgeschreven bij
opdracht 1 van het werkblad?
timer
2:00

Slide 7 - Open question

Directe rede
  • 2 hoofdzinnen
  • werkwoord op de 2e plek
  • Let goed op de aanhalingstekens en de komma's.
  • De zin in de directe rede krijgt een hoofdletter.
  • De docent legde uit: "De volgorde van de zin verandert niet in de directe rede."
  • "De volgorde van de zin verandert niet in de directe rede.", legde de docent uit.
  • "De volgorde van de zin," legde de docent uit, "verandert niet in de directe rede."

Slide 8 - Slide

Schrijf onderstaande zin op,
met de juiste leestekens en hoofdletters:
casper vraagt hikkend help me om van
die hik af te komen
timer
1:00

Slide 9 - Open question

Wat vraagt Hobbes?
..... vraagt Hobbes.
timer
1:00

Slide 10 - Open question

Wat verzoekt Casper?
Casper verzoekt...

timer
1:00

Slide 11 - Open question

Indirecte rede
  • Niet letterlijk
  • Werkwoord achteraan
  • Voegwoord is 'dat' en bij ontkenningen / vragen 'of'.
  • De werkwoordstijd van hoofdzin en bijzin zijn hetzelfde.
  • De leerling vraagt of de volgorde van de zin in de indirecte rede verandert.
  • De docent bevestigt dat de volgorde van de zin in de indirecte rede verandert.

Slide 12 - Slide

Zet deze zin in een indirecte rede
(gebruik een bijzin met 'dat' of 'of'):
Ineke fluistert: "Ik snap dit al."
timer
1:00

Slide 13 - Open question

Zet deze zin in een indirecte rede
(gebruik een bijzin met 'dat' of 'of'):
Ineke fluisterde: "Ik snap dit al."
timer
1:00

Slide 14 - Open question

Parafraseren
  • In eigen woorden zeggen wat er gebeurt
  • Eén zin, geen bijzin
  • De leerling vroeg naar de volgorde van de zin in de indirecte rede.
  • De volgorde van de zin in de indirecte rede verandert volgens de docent.

Slide 15 - Slide

Parafraseer de volgende zin:
Sophia vroeg: "Djawitrie, mag ik je pen lenen?"
timer
1:00

Slide 16 - Open question

Parafraseer de volgende zin:
"Ja!", antwoorde Djawitrie.
timer
1:00

Slide 17 - Open question

Samenvatting
1. Directe rede:  De docent zei: "Doe je telefoon weg en ga fatsoenlijk zitten."
2. Indirecte rede: De docent zei dat Sara haar telefoon weg moest doen en moest gaan zitten. 
3. Parafraseren: Sarah moest van de docent haar telefoon wegdoen en fatsoenlijk gaan zitten. 
(KERN hoofdstuk 40, p.162)

Slide 18 - Slide

Zelfstandig oefenen
Wat?
Maak de opdrachten op het werkblad.
Hulp?
Zie: KERN 40, p.162 en 164. Of overleg zachtjes met een klasgenoot.
Tijd?
10 minuten
Klaar?
Controleer je tekst op spelfouten.
Lees daarna KERN 40, p. 164 en kijk nog eens naar je tekst.
timer
10:00

Slide 19 - Slide

Vraag van mevrouw Tomson: welke onderwerpen van afgelopen weken zou je nog willen herhalen?

Slide 20 - Open question

Weet je hoe je een gesprek moet opschrijven?
A
Ja, makkelijk!
B
Ja.
C
Ik denk het wel.
D
Nee.

Slide 21 - Quiz

Bedankt!

Slide 22 - Slide