What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
6 juni: les 40
Welkom klas!
1 / 31
next
Slide 1:
Slide
Nederlands
Middelbare school
mavo, havo, vwo
Leerjaar 1
This lesson contains
31 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
1 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Welkom klas!
Slide 1 - Slide
Op tafel:
laptop (dicht op tafel)
map
pen
Welkom havo 3B
timer
2:30
Telefoon in het zakkie en rechtsboven op je tafel óf in je tas en daar blijft 'ie dan ook.
Jas uit en over je stoel.
Tas van tafel.
Slide 2 - Slide
Op tafel:
laptop (dicht op tafel)
map
pen
Welkom havo 3B
timer
2:30
Telefoon in het zakkie en rechtsboven op je tafel óf in je tas en daar blijft 'ie dan ook.
Jas uit en over je stoel.
Tas van tafel.
Slide 3 - Slide
Vandaag donderdag 6 juni:
Herhaling les 40
Huiswerk bespreken
Oefenen
Slide 4 - Slide
Les 40: dialoog
Je leert hoe je een dialoog schrijft op
drie
verschillende manieren
Slide 5 - Slide
T2: Interessant schrijven:
afwisseling in taalgebruik.
R: Dit door directe en indirect rede te gebruiken.
I: Je kunt zelf een aantrekkelijke dialoog schrijven.
Slide 6 - Slide
3 manieren van een dialoog:
Directe rede > Letterlijk + aanhalingstekens
Indirecte rede > Niet letterlijk, bijzin
Parafraseren > Eigen en andere woorden
Maak zo aantekeningen!
Slide 7 - Slide
1. Directe rede
Petra zei:
"M
orgen wil ik eigenlijk uitslapen
."
Alex zei:
"W
il je met me naar de film
?"
Let op: aanhalingstekens staan om de zin heen.
Gaat de zin erna verder, dan
geen
hoofdletter:
"Ik
zei toch dat ik niet wilde fietsen
!"
r
iep Theo.
Letterlijk + aanhalingstekens
Slide 8 - Slide
2. Indirecte rede
Petra zei
dat
ze eigenlijk wel wilde uitslapen.
Alex vroeg
of
ik mee wilde naar de film.
Let op: dus
geen
aanhalingstekens.
Gebruik een bijzin.
Niet letterlijk, bijzin
Slide 9 - Slide
3. Parafraseren
Petra wilde morgen eens uitslapen.
Alex wilde met mij naar de film, maar ik had geen zin.
Eigen én andere woorden
Slide 10 - Slide
Tip!
Gebruik alternatieven in werkwoorden, bijvoorbeeld voor 'zeggen':
- mompelen
- hinniken
- gillen
- fluisteren
- lachen
- uitroepen
- stamelen
- beloven
- smeken
- grinniken
Afwisseling maakt de tekst leuker om te lezen.
Slide 11 - Slide
Wat doe je
niet
?
Spreektaal: stopwoorden, halve zinnen, herhalingen, eh.
Herhalingen/eentonig taalgebruik -> wissel de drie manieren af en gebruik verschillende soorten (werk)woorden.
Slide 12 - Slide
Oefenen!
>>> Open je laptop
Houd je aantekeningen erbij.
Slide 13 - Slide
1. "Ik moet frisse lucht hebben, ik moet naar buiten," zei Puck terwijl ze duizelig door het lokaal liep.
A
Directe rede
B
Indirecte rede
C
Parafraseren
Slide 14 - Quiz
1. "Ik moet frisse lucht hebben, ik moet naar buiten," zei Puck terwijl ze duizelig door het lokaal liep.
Zet deze zin in de indirecte rede.
Slide 15 - Open question
1. "Ik moet frisse lucht hebben, ik moet naar buiten," zei Puck terwijl ze duizelig door het lokaal liep.
Indirecte rede:
Puck zei
dat
ze frisse lucht nodig had en ging naar buiten.
Niet letterlijk, bijzin
Slide 16 - Slide
1. "Ik moet frisse lucht hebben, ik moet naar buiten," zei Puck terwijl ze duizelig door het lokaal liep.
Parafraseer deze zin.
Slide 17 - Open question
1. "Ik moet frisse lucht hebben, ik moet naar buiten," zei Puck terwijl ze duizelig door het lokaal liep.
Parafraseren:
Puck ging naar buiten omdat ze duizelig was.
Eigen én andere woorden
Slide 18 - Slide
2. Helen vertelde de leerling dat ze haar mond moest houden.
A
Directe rede
B
Indirecte rede
C
Parafraseren
Slide 19 - Quiz
2. Helen vertelde de leerling dat ze haar mond moest houden.
Zet deze zin in de directe rede.
Slide 20 - Open question
2. Helen vertelde de leerling dat ze haar mond moest houden.
Zet deze zin in de directe rede.
Directe rede:
Helen vertelde: "Houd je mond!"
Letterlijk + aanhalingstekens
Slide 21 - Slide
2. Helen vertelde de leerling dat ze haar mond moest houden.
Parafraseer deze zin.
Slide 22 - Open question
2. Helen vertelde de leerling dat ze haar mond moest houden.
Zet deze zin in de directe rede.
Parafraseren:
De leerling kreeg te horen dat zij haar mond moest houden van Helen.
Eigen én andere woorden
Slide 23 - Slide
3. Kars is een ontzettend dapper persoon!
Zet deze zin in de indirecte én directe rede.
Slide 24 - Open question
Huiswerk nakijken
>>> Pak je huiswerk erbij.
Geef antwoord op LessonUp.
Slide 25 - Slide
Plaats hoofdletters en leestekens
Zin 1: hij zei: ik ga met de trein naar de stad.
Slide 26 - Open question
Plaats hoofdletters en leestekens
Zin 2: zal ik je naar huis brengen? vroeg hij verlegen.
Slide 27 - Open question
Plaats hoofdletters en leestekens
Zin 3: kom me maar om zeven uur afhalen zei hij
Slide 28 - Open question
Plaats hoofdletters en leestekens
Zin 4: hé, riep ik, die man rijdt met mijn auto weg!
Slide 29 - Open question
Plaats hoofdletters en leestekens
Zin 5: hij vroeg zich af: wat zullen jullie er van vinden?
Slide 30 - Open question
Antwoorden zin 1-5:
Slide 31 - Slide
More lessons like this
31 mei: les 40, boekopdr
May 2024
- Lesson with
22 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
Fictie (schrijven) les 39
June 2023
- Lesson with
19 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3
Week 21 - les 1 - spelling H5 - hoofdletters en aanhalingstekens
May 2022
- Lesson with
14 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
h2b blok 5 indirecte en directe rede
June 2022
- Lesson with
16 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
H3 Gesprekken opschrijven - directe / indirecte rede
June 2024
- Lesson with
22 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
Leestekens
September 2024
- Lesson with
32 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 2
IEP directe en indirecte rede
May 2024
- Lesson with
35 slides
Taal
Basisschool
Groep 7,8
H.5 Hoofdletters en aanhalingstekens
February 2021
- Lesson with
32 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2