What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Taalblokken les 4 Samenhang
Taalblokken Hoofdstuk 4
Agenda:
Onderwerp: samenhang, verbanden en signaalwoorden
1 / 18
next
Slide 1:
Slide
Nederlands
MBO
Studiejaar 2
This lesson contains
18 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Taalblokken Hoofdstuk 4
Agenda:
Onderwerp: samenhang, verbanden en signaalwoorden
Slide 1 - Slide
Terugblik.
Uit welke drie onderdelen bestaat een goede tekst?
Slide 2 - Open question
Samenhang
Een tekst is geordend met behulp van verbanden en signaalwoorden. Daardoor begrijp je een tekst makkelijker.
Slide 3 - Slide
Signaalwoorden
Signaalwoorden geven verbanden aan in een tekst, alinea en/of zin.
Slide 4 - Slide
Verbanden en signaalwoorden
In de slides hierna zie je de belangrijkste signaalwoorden en het verband dat ze aangeven.
Slide 5 - Slide
Welke signaalwoorden ken je?
Slide 6 - Open question
Verband
Tijd
Signaalwoorden
als, daarna, eerst, later, nadat, nu, sinds, terwijl, tijdens, toen, totdat,
uiteindelijk, vervolgens, voordat, vroeger, zodra, zolang
Slide 7 - Slide
Verband
Opsomming
Tegenstelling
Signaalwoorden
bovendien, daarnaast, en, ook, ten eerste ... ten tweede, tevens, verder,
ten slotte
maar, hoewel, toch, echter, aan de ene kant ... aan de andere kant, daarentegen
Slide 8 - Slide
Welk signaalwoord hoort niet bij het verband: tijd
A
terwijl,
B
nu
C
nadat
D
hoewel
Slide 9 - Quiz
Welk signaalwoord hoort niet bij het verband: opsomming
A
bovendien
B
verder
C
als gevolg daarvan
D
ten tweede
Slide 10 - Quiz
Verband
Vergelijking
Oorzaak-gevolg
Signaalwoorden
evenals, in vergelijking met, soortgelijk(e), zo, net als
als gevolg daarvan, daardoor, door, doordat, dus, het gevolg is,
het komt door, hierdoor, waardoor, zodat, vanwege, te danken aan
Slide 11 - Slide
Verband
Doel-middel
Signaalwoorden
daarvoor, door middel van, om, met de bedoeling, om dat te bereiken, zodat, opdat, waarvoor
Slide 12 - Slide
Verband
Probleem-oplossing
Signaalwoorden
probleem, oplossing, manier, door, overlast, lastig, knelpunt, moeilijkheid, dilemma, vraagstuk, uitkomst, antwoord, helpen, handreiking, steun, maatregelen, maar, daarom, als ... dan, dus, om ... te
Slide 13 - Slide
Welk signaalwoord hoort niet bij het verband: tegenstelling
A
uiteindelijk
B
echter
C
aan de ene kant
D
daarentegen
Slide 14 - Quiz
Verband
Reden/verklaring/argument
Voorbeeld/toelichting
Signaalwoorden
daarom, omdat, want, namelijk, dus, aangezien, dat blijkt uit, vanwege, immers
bijvoorbeeld, zo, zoals, onder andere
Slide 15 - Slide
Verband
Voorwaarde
Samenvatting/conclusie
Signaalwoorden
als, indien, mits, tenzij, in (/voor) het geval dat
samengevat, kortom, dus, al met al, vandaar, dat
Slide 16 - Slide
Welk signaalwoord hoort niet bij het verband: reden/verklaring/argument
A
dat blijkt uit
B
vanwege
C
kortom
D
omdat
Slide 17 - Quiz
Opdracht
Taalblokken: bouwstenen-samenhang-lezen en luisteren.
hoofdstuk 4 starten Theorie en lezen en luisteren.
Succes!
Slide 18 - Slide
More lessons like this
Tekstverbanden en Signaalwoorden
June 2023
- Lesson with
22 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 3
Tekstverbanden en Signaalwoorden
May 2022
- Lesson with
23 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 3
Tekstverbanden en Signaalwoorden
June 2022
- Lesson with
21 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 3
Les 4. Samenhang - Schrijven
November 2022
- Lesson with
29 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 3
H4 Samenhang les 5 VP
January 2023
- Lesson with
36 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 3
Week 39 tekstverbanden en signaalwoorden
October 2023
- Lesson with
37 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
Het beschrijvend verband
March 2021
- Lesson with
11 slides
Nederlands
Secundair onderwijs
Signaalwoorden
December 2021
- Lesson with
19 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1