Economisch beleid H3 De onderdelen van het IS-MB-GA model. Het Keynesiaanse kruis
Economisch beleid
H3 De onderdelen van het IS-MB-GA model
Vraag:
Wat hebben bestedingen en productie met elkaar te maken
1 / 17
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6
This lesson contains 17 slides, with text slides.
Lesson duration is: 60 min
Items in this lesson
Economisch beleid
H3 De onderdelen van het IS-MB-GA model
Vraag:
Wat hebben bestedingen en productie met elkaar te maken
Slide 1 - Slide
We gaan werken met een model
Analyse economische situatie en richt zich op 3 variabelen van de economie:
- Y (inkomen, productie)
- rente
- inflatie
Beleid maken
Gesloten economie (zonder buitenland/wisselkoersen/import en export)
Onderdelen IS-MB-GA model
Slide 2 - Slide
Bestedingen
Op korte termijn bepalen de bestedingen wat de omvang is van de economische activiteit - Y productie
De bestedingen worden gedaan door :
- huishoudens
- ondernemingen
- overheid
Slide 3 - Slide
Effectieve vraag (EV)
C (consumptie) + I (inversteringen) + O (overheidsbestedingen
Deze 3 bijelkaar vormen de vraag van de economie
Keynes zegt dat de economie in evenwicht is dan is Y = EV
In werkelijkheid is de EV nooit gelijk aan Y
EV = C + I + O
Slide 4 - Slide
Slide 5 - Slide
Model
Gesloten economie zonder buitenland/wisselkoers
Y (EV) = C + I + O (inkomensidentiteit/effectieve vraag)
Y = C + B + S (bestedingsidentiteit)
S = I + (O - B) (spaaridentiteit)
Slide 6 - Slide
Keynesiaans kruis
(Korte termijn) evenwicht goederenmarkt
(Reële) rente en inflatie constant
Y = EV
EV = C + I + O
Slide 7 - Slide
Slide 8 - Slide
Slide 9 - Slide
De productie > vraag
Voorraden stijgen
Slide 10 - Slide
De productie > vraag
Voorraden stijgen
Productie verlagen
Inkomen daalt
Bestedingen dalen
Slide 11 - Slide
vraag > productie
besteding >inkomen
Voorraden dalen
Slide 12 - Slide
Dus EV komt niet altijd in evenwicht
Bij over of onderbesteding worden voorraden aangelegd daardoor schuift het weer naar het evenwicht.
Wanneer er minder wordt gevraagd dan de productie, gaan bedrijven minder maken en zo schuift het weer naar het evenwicht.
Door schokken wordt het evenwicht hersteld.
Slide 13 - Slide
Multiplier
Als autonome bestedingen of de belastingen stijgen of dalen, heeft dit gevolgen voor de bestedingen (EV) en dus voor het evenwicht op de goederenmarkt.
Het effect op het inkomen (Y*) is echter groter dan de oorspronkelijke stijging of daling van C0, I0, O0 of B.
Dit komt door de multiplier:
Slide 14 - Slide
Slide 15 - Slide
Spaarlek/belastinglek
Iedere bestedingsronde 'lekt geld weg'
Een deel van het inkomen wordt gespaard => spaarlek
Over een deel van het inkomen wordt belasting betaald => belastinglek