H1 - Herhaling voor eindtoets

• Frans
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

Répétition des unités 1 à 5

Unité 1 | Premiers contacts

Les objectifs d'apprentissage

.... ik kan mezelf voorstellen en iemand anders begrijpen die zich voorstelt.

... ik heb geoefend met voorbeeldzinnen zoals op de toets.

• Révision: les objectifs d'apprentissage Unité 1 | 5'
• Jeu du pendu | 7'
• Faites: Exemple du test| 10' 

• Lisez: "La rencontre" | 15'
  

Unité 1 | Objectifs d'apprentissage

• Ik kan zeggen hoe ik heet, en vragen hoe iemand anders heet.
• Ik kan vragen hoe het met iemand gaat.
• Ik kan zeggen hoe het met mij gaat.
• Ik kan groeten en afscheid nemen.
• Ik kan iemand bedanken. 

Jeu du pendu

• Travaillez à deux
• Uniquement mots d'unité 1
• Woord gevonden? Wie van jullie 2 weet het snelste de vertaling?
• Houd voor jezelf de score bij:
  > hoeveel woorden gevonden?
  > van hoeveel woorden de vertaling goed? 

Jeu du pendu - Unité 1

lien

Woordselectie Unité 1 t/m 5

link HBL ELO

Testez vos camarades!

• Prenez un stylo + un papier (en ligne: type in een document)
• Schrijf minimaal 5 zinnen op, met vocabulaire uit Unité 3.
• Elke zin heeft minimaal 1 dikgedrukt/onderstreept woord uit Unité 3. Voorbeeld: "Aujourd'hui c'est mercredi, demain c'est jeudi"
• Geef het blaadje aan een klasgenoot (die niet naast je/aan jouw tafel zit!) En vraag van die persoon zijn/haar blaadje.
• Maak het toetsje (zonder hulpmiddel) en bespreek het met elkaar na of het goed is.

1. Le football, c'est le sport préféré aux Pays-Bas.
2. Aujourd'hui c'est mercredi, demain c’est jeudi.
3. Voilà, j' ai un cadeau pour toi.
4. Nicolas n'est pas méchant, il est gentil.
5. Je suis content avec ma note pour le test.
6. D'abord on fait l'exercice, après on corrige le test.
7. Il est 11h10, c'est l'heure, on rentre à la maison.
8. Tu es dans la cuisine?
9. Elle habite dans une ville.
10. Il y a deux garçons dans la classe.

1. (Hoe) tu t’appelles?
   
2. Elle s'appelle Violette, elle est la (nieuwe) fille dans la classe.
3. Tu vas (al) à l’école?
   
4. Je voudrais (naar binnen gaan) la classe.
   
5. Je veux (wonen) à Baarn.
   
6. (Iedereen) est présent.
   
7. (Daar is, hier is), cinq euros.
   
8. C'est (de docent) de français.
9. On est (in) la voiture.
10. Tu as (een tas).

Les réponses

1. (Hoe) tu t’appelles?
   
2. Elle s'appelle Violette, elle est la (nieuwe) fille dans la classe.
3. Tu vas (al) à l’école?
   
4. Je voudrais (naar binnen gaan) la classe.
   
5. Je veux (wonen) à Baarn.
   
6. (Iedereen) est présent.
   
7. (Daar is, hier is), cinq euros.
   
8. C'est (de docent) de français.
9. On est (in) la voiture.
10. Tu as (een tas).

Lisez "La rencontre" / Memrise

• Lees eerst de leestekst bij Unité 1.
• Daarnaast oefen je verder met Memrise / vul je de evaluatie van de taaltaak in (als je dat nog niet gedaan hebt).
• Let op: zonder evaluatie kan ik geen cijfer in SOM invoeren.

Evaluatie taaltaak H1

lien

Lisez Unité 1

lien

Memrise classe H1f

lien

Unité 2 | Tu habites où?

Les objectifs d'apprentissage

.... ik weet wat ik een volgende keer anders/hetzelfde doe voor een taaltaak.

... ik kan beschrijven waar ik woon.

... ik kan begrijpen hoe anderen naar school gaan.

• Révision: Tâche | 5'
• Objectifs d'Unité 2 + photo-vocabulaire | 10'
• Regardez et écoutez: en chemin | 25'

Révision tâche: conseils

• Lees de opdrachten, vooral de vereisten. Zorg dat je eindtaak compleet is.
  > schrijf voor jezelf uit wat erin moet zitten.
  > Tel het aantal zinnen.
• Maak eenvoudige zinnen. Gebruik je boek en de zinnen/woorden die je daar geleerd hebt.
• Elk woord opzoeken voor je zin? Dan is je zin te moeilijk. Probeer het anders te verwoorden of bedenk een andere zin. 
• Oefen je uitspraak, er staat niet voor niets een website bij.

Unité 2 | Objectifs d'apprentissage

• Ik kan zeggen hoe ik ergens naartoe ga (met welk vervoersmiddel).
• Ik kan zeggen waar ik woon.
• Ik kan zeggen in wat voor huis ik woon / wat er in mijn huis is.
• Ik kan zeggen in wat voor buurt ik woon en wat daar te vinden is.

Regardez et écoutez: En chemin

• En ligne: copiez le document et répondez à activité 1.
• En classe; écrivez la réponse à activité 1. 

Exercices "En chemin"

lien

La vidéo "En chemin"

lien

Unité 3 | Emploi du temps

Les objectifs d'apprentissage

...kan ik zeggen welke dag het is, welke vakken ik heb en wat ik wel/niet leuk vind.

...kan ik vertellen hoe de schooldag van Hugo en Steffie eruit ziet.

...Heb ik de woordenschat van mijn klasgenoten getest.

• Objectifs d'Unité 3 |5'
• Vocabulaire, Unité 3 | 10'
• Regardez et écoutez: école et collège | 15'

Testez vos camarades de classe! | 10'

Unité 3 | Objectifs d'apprentissage

• Ik kan zeggen wat mijn hobby's zijn.
• Ik kan zeggen wat ik wel/niet leuk vind.
• Ik kan zeggen welke dag het is.
• Ik kan vragen/zeggen hoe laat het is.

Sleep de juiste vraag naar het juiste antwoord.

Moi, ma matière préférée, c'est l'anglais.

Non, elle est sympa.

C'est madame Jongerius

Je suis en cinquième.

Tu es en quelle classe?

Qui est ton prof de maths?

Tu aimes quelle matière?

Le prof de néerlandais, elle est sévère?

Tu as quelle matière le 

le jeudi, j'ai 

Il est 

mercredi

histoire et géographie

deux heures et demie 

Wat hoort bij elkaar?

sympa/sévère

facile

les maths

la réponse

difficile

le prof

la matière

la question

00:15

Waar staat de school van deze leerlingen?

1. à Paris
2. à Grenoble
3. à Bordeaux
4. à Marseille

00:21

Kijk terug, zet het filmpje op pauze. Wat valt je op aan het rooster?

00:43

À quelle heure part le bus?
(hoe laat vertrekt de bus)

1. à 8 heures
2. à 7 heures
3. à 7 heures trente
4. à 10 heures

01:03

Parfois (soms) ils vont à l'école à / en

1. voiture
2. pied
3. bus
4. vélo

01:13

Houd oud zijn de oudste leerlingen op deze school?

1. 14 ans
2. 18 ans
3. 20 ans
4. 25 ans

02:03

Wat denk je dat "légumes" zijn?

1. frietjes
2. aardappels
3. groenten
4. fruit

02:07

Hoe zegt Hugo dat hij van toetjes houdt?

02:19

Wat is het lievelingsvak van Steffie?

1. Engels
2. Wiskunde
3. Geschiedenis
4. Aardrijkskunde

02:35

Wat zegt Steffie over Wiskunde?

1. Ze vindt het leuk
2. Ze haat het.
3. Ze heeft een verschrikkelijke docent.
4. Ze vindt het makkelijk.

02:47

Op welke dag is de wiskundetoets?

1. Maandag
2. Dinsdag
3. Woensdag
4. Zaterdag

02:57

Welk vak is "EPS" ?

1. Mentorles
2. LO
3. Muziek
4. Biologie

03:13

Wat zegt Steffie over de gym docent?

1. Hij is streng
2. Hij is jong en mooi
3. Hij is jaloers
4. Hij is gespierd

03:28

Wat is "la récré?"

1. Gym
2. Vrije tijd
3. De pauze
4. mentorles

Unité 4 | Histoire d'animaux

Les objectifs d'apprentissage

...ik ken minimaal 10 dieren in het Frans.

...ik begrijp de hoofdlijnen van een eenvoudige documentaire over een dierentuin.

...ik heb mijn docent tip(s) en top(s) gegeven over de lessen Frans.

• Objectifs d'Unité 4 |5'
• Vocabulaire-photo + jeu de mémoire  'Animaux' | 15'
• Regardez et écoutez: Au zoo de Beauval | 10'

• Questions pour le test ? | 5'
• Évaluation: tips & tops | 5'

Unité 4 | Objectifs d'apprentissage

• Ik kan een dier beschrijven.
• Ik kan zeggen dat het me spijt.
• Ik kan zeggen hoe oud ik ben.
• Ik kan vragen hoe oud iemand anders is.
• Ik kan ontkennend antwoorden op een vraag.

Jeu de mémoire "Animaux"

Combien et quels animaux sont sur cet image?

https://www.letribunaldunet.fr/enigme/sens-observation-agent-secret-animaux-images.html?fbclid=IwAR1oh0lpQZGY8c-8RHDWF2Tdgs-71DqQF7ERqNg4H8bNEktx1XxkQ-Kl-ac

Antwoord 13 dieren. Welke staan hier: https://www.letribunaldunet.fr/enigme/sens-observation-agent-secret-animaux-images.html/2

enseigner.tv5monde.com

Qu'est-ce que tu as vu?
(denk aan: dieren, activiteiten, voorwerpen, mensen)

Qui sont ces personnes?

Retrouve leur lien familial et leur nom.

la fille

la belle-fille

le fils

la mère

Delord

Delphine

Rodolphe

Françoise

Sophie

Fin d'année.....

Donnez-moi vos 'Tips' & 'Tops' (mag anoniem, mag met naam)

• En ligne: op de volgende pagina LessonUp.
• En classe: op een post-it, bij weggaan op de deur plakken.

Graag Tip & Top op 2 verschillende blaadjes

Merci!

Tips & Tops
Graag ontvang ik jouw tips/tops over de lessen Frans van afgelopen jaar. Waar moet ik mee doorgaan? Wat heb je gemist/zie je liever anders?

Bonne chance et au revoir!

Planning, Toetsstof, Memrise

• Woordselectie staat op HBL ELO 
  
  
• Vocabulaire oefenen met Memrise
  (lezen, luisteren, schrijven, kijken)
  
  
• Leesteksten oefenen uit je tekstboek + werkboek. En/of via
  Lingua.  (Niveau A1) 
  
  

Woordselectie

link HBL ELO

Memrise classe

lien

Toets

1. Vocabulaire

(NL>FR & FR>NL)

2. Leesteksten

Lingua - leesteksten

lien