4.7 Grammatica

4.7 Grammatica
1 / 10
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

This lesson contains 10 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

4.7 Grammatica

Slide 1 - Slide

Terugblik
Weet jij nog:
  • Het persoonlijk voornaamwoord te benoemen;
  • Wat het bezittelijk voornaamwoord is;
  • Onderscheid te maken tussen als/dan. 

Slide 2 - Slide

Jou, u en mij zijn persoonlijk voornaamwoorden
A
Juist
B
Onjuist

Slide 3 - Quiz

Jouw, uw en mijn noem je

Slide 4 - Open question

Wat staat er vaak achter een bezittelijk voornaamwoord?
A
Zelfstandig naamwoord
B
Bijvoeglijk naamwoord
C
Werkwoord
D
Lidwoord

Slide 5 - Quiz

'Als' gebruik je bij vergelijkingen
A
Juist
B
Onjuist

Slide 6 - Quiz

Na de vergrotende trap gebruik je?

(Hij is groter ... ik)
A
Als
B
Dan

Slide 7 - Quiz

Was dat ... fiets, dat gestolen is?
A
u
B
uw

Slide 8 - Quiz

Ik vind dat niet tof, want dat was ... fiets.
A
mij
B
mijn

Slide 9 - Quiz

Hij verdient net zoveel ... ik
A
als
B
dan

Slide 10 - Quiz