Les H3.3 + H3.4 (deel 1 van 2)

Profielwerkstuk
29 november lever je de eerste versie in van je PWS. 

Je stuurt deze via its learning of mail naar je begeleider. 
1 / 28
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Profielwerkstuk
29 november lever je de eerste versie in van je PWS. 

Je stuurt deze via its learning of mail naar je begeleider. 

Slide 1 - Slide

Programma 
  • Terugblik vorige les 
  • Doelen van deze les 
  • Uitleg paragraaf 3.3 en 3.4
  • 10 minuten in stilte aan het werk
  • Bespreken vraag van de week
  • Aan het werk (keuze) 
  • Afronding van deze les 

Slide 2 - Slide

De brutowinstmarge is de toeslag die een bedrijf rekent op een product onder andere om winst te kunnen maken.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 3 - Quiz

De verkoopprijs is de prijs zonder btw.
De verkoopprijs bestaat uit de inkoopprijs + brutowinstmarge 
De consumentenprijs bestaat uit de verkoopprijs + btw 
A
Juist
B
Onjuist

Slide 4 - Quiz

De btw is altijd 21%
A
Juist
B
Onjuist

Slide 5 - Quiz

De prijs van een pak koffie is 4,50 inclusief 9% btw. Hoeveel is de btw in euro's (afgerond op twee decimalen)
A
€4,50
B
€0,41
C
€0,37
D
€4,13

Slide 6 - Quiz

Doelen van deze les 
  • Je weet wat we bedoelen met een concrete, abstracte en transparante markt
  • Je weet het verschil tussen homogene en heterogene producten
  • Je kent de economische marktvormen.
  • Je weet het verschil tussen een fusie en een overname
  • Je weet wat een marktaandeel is en kunt hiermee rekenen.
  • Je weet hoe de overheid de markt kan beïnvloeden.
  • Je weet wat kartel is en waarom kartelafspraken bij wet verboden zijn.

Slide 7 - Slide

Soorten markten
  • Concrete markt 
    Is een markt zoals in de binnenstad met groenten, fruit, kaas en vis. 
  • Abstracte markt 
    Is de markt van vraag- en aanbod. 
  • Transparante markt 
    Een markt waarin je de prijzen goed met elkaar kunt vergelijken. 

Slide 8 - Slide

Abstracte markt

Huizenmarkt?
Je kunt deze afbeelding ook zien als de huizenmarkt. De worm is het huis wat te koop staat, de vissen zijn de mogelijke kopers. Je dient een bod in om het huis te kopen, maar je weet niet wat de andere mogelijke kopers voor het huis bieden. De markt van vraag en aanbod is in dit geval niet transparant. Dit zie je vaak bij een abstracte markt. Bij een concrete markt komt dit minder snel voor, omdat de prijs vantevoren bekend is en de kwaliteit door jouzelf kan worden gecheckt (denk aan een viskraam waar prijzen staan en je de kwaliteit kunt zien). 

Slide 9 - Slide

Homogene producten
Heterogene producten

Slide 10 - Slide

Marktvormen 
Relatief weinig aanbieders 


één bedrijf beheerst de markt                                    monopolie 
toetreden tot deze markt is vrijwel onmogelijk

een paar bedrijven beheersen de markt               oligopolie 
kost veel geld om tot de markt toe te treden 
de producten zijn homogeen en heterogeen

Slide 11 - Slide

Marktvormen 
Relatief veel aanbieders 

ook relatief veel vragers (klanten)
het maakt niet uit wie het levert: homogeen        volkomen
komt weinig voor. Toetreden is niet lastig.             concurrentie 

het maakt uit wie het levert: heterogeen              monopolistische 
komt veel voor. Toetreden is niet lastig.                 concurrentie

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Prijzenoorlog

Slide 14 - Slide

Fusie
twee bedrijven worden één
Overname 
één bedrijf koopt de ander op

Slide 15 - Slide

Marktaandeel: hoeveelheid van de markt die je als bedrijf bezit. 

Slide 16 - Slide

Hoe kan de overheid deze markt beïnvloeden? 

Slide 17 - Slide

1: Consumenten beschermen door 
een maximumprijs in te stellen. 

Slide 18 - Slide

2. Consumenten steunen door 
het geven van subsidies.

Slide 19 - Slide

3. Consumenten steunen door 
het geven van toeslagen.

Slide 20 - Slide

4. Producenten beschermen om 
een minimumprijs in te stellen. 

Slide 21 - Slide

Kartel
Bedrijven kunnen onderling (stiekem) afspraken maken om een minimumprijs in te stellen voor bepaalde producten. Deze kartelafspraken zijn bij wet verboden, omdat de overheid, andere bedrijven of de consument dan teveel moet betalen voor een goed of dienst. 

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Video

Aan het werk 

De komende 10 minuten gaat iedereen aan het werk met deze opdrachten. Je kunt nu geen vragen stellen of overleggen. 

Begin met het maken van vraag 36. Deze gaan we zo klassikaal bespreken. 
Deze week verplicht maken: 26 t/m 32, 35 en 36


timer
10:00

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

Keuzewerk


Je kunt aan de slag met de volgende keuzes: 

  • Huiswerk maken verplicht: 26 t/m 32, 35
  • Oefenen Quizlet
  • Maken eigen samenvatting + rekenopdrachten 
  • Eigen keuze: in overleg met Tobias
timer
10:00

Slide 26 - Slide

Afronding van deze les 
  • Je weet wat we bedoelen met een concrete, abstracte en transparante markt
  • Je weet het verschil tussen homogene en heterogene producten
  • Je weet wat kartel is en waarom kartelafspraken bij wet verboden zijn.
  • Je kent de economische marktvormen
  • Je weet het verschil tussen een fusie en een overname
  • Je weet wat een marktaandeel is en kunt hiermee rekenen.  

Slide 27 - Slide

Slide 28 - Slide