This lesson contains 30 slides, with text slides and 4 videos.
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Slide
Slide 3 - Slide
Slide 4 - Slide
Slide 5 - Slide
Slide 6 - Slide
Les 2 Verlichting en Romantiek
Verlichte denkers
Slide 7 - Slide
Inhoud van deze les:
We bespreken vandaag vijf filosofen (belangrijke 'verlichte denkers'). Voor iedere filosoof maak je een aantekening in je schrift of een woordspin.
Maak goede aantekeningen, zodat je hiermee kan leren voor je toets.
Slide 8 - Slide
René Descartes
1596 - 1650
Slide 9 - Slide
Descartes
Cogito ergo sum
De man die twijfelde aan alles
Slide 10 - Slide
Slide 11 - Video
Benedictus (Bento) Spinoza
1632 - 1677
Slide 12 - Slide
Slide 13 - Video
npokennis.nl
Slide 14 - Link
John Locke
1632 - 1704
Slide 15 - Slide
Slide 16 - Video
John Locke
aandacht voor: gelijkheid van geloof
belang van opvoeding: kind is een tabula rasa
sociaal contract: koning is niet door God aangewezen, maar regeert op basis van contract met het volk
Slide 17 - Slide
Immanuel Kant
1724 - 1804
Slide 18 - Slide
Slide 19 - Video
Denkopdracht
Bespreek wat Immanuel kant bedoelt met onderstaande uitspraak. Probeer dit eens uit te leggen met een voorbeeld. Handel jij hiernaar? Wanneer wel/niet?
"Men moet altijd handelen volgens een regel waarvan men zou willen dat het een algemene wet is."
Slide 20 - Slide
Uitspraak Kant:
"Verlichting is het uittreden van de mens uit de onmondigheid die hij aan zichzelf te wijten heeft. Onmondigheid is het onvermogen zich van zijn verstand te bedienen zonder de leiding van de ander"
Slide 21 - Slide
Montesquieu
Belangrijkste wat hij zei was
De macht in een staat moet in drie delen worden gemaakt
Uitvoerende macht
Controlerende macht
wetgevende macht
Slide 22 - Slide
Macht!
-De machten moeten gescheiden zijn om machtsmisbruik te voorkomen.
- Vrijheid best gewaarborgd door tussenmachten.
-Instanties zoals vakbonden zijn belangrijk om samen je stem te laten horen. Je hebt ze nodig! Tussenmachten niet zomaar aan de kant schuiven.
Slide 23 - Slide
De drie machten in Nederland zijn:
Uitvoerende macht (voeren wetten uit)
(controle door regering)
Slide 24 - Slide
wetgevende macht
rechtsprekende macht
Slide 25 - Slide
God
Over god zei hij:
Het is belangrijk om stabiliteit Het volk heeft het nodig!
Mensen zouden er namelijk liever door worden.
Slide 26 - Slide
In de bijbel stond
In de bijbel stond namelijk dat je elkaar moest lief hebben.
Hij geloofde ook in de onsterfelijkheid van de ziel.
Slide 27 - Slide
Normen en waarden
Hij zei dat vrijheid en gezag 50/50 moest blijven. Vrijheid moest er zijn maar mensen moesten wel weten wat wel en niet kon.
-Iedereen heeft gezag... en dus vrijheid
Slide 28 - Slide
Opdracht: Aantekening vijf filosofen
Je werkt jouw aantekeningen over de vijf filosofen (Descartes, Spinoza, Locke, Kant en Montesquieu) in het net uit of je maakt voor iedere filosoof een woordspin.
Werk netjes en denk aan spelling en formulering!
Slide 29 - Slide
Krantenartikel
Schrijf een kort krantenartikel (200 woorden) waarbij jij als filosoof uit de verlichting, de bevolking wijst op het feit dat ze hun verstand moeten gebruiken en niet bang hoeven zijn voor zogenaamde goddelijke gebeurtenissen.