Les 6 - Brood en banket

Les 6 - Brood en banket
1 / 22
next
Slide 1: Slide
VoedingMBOStudiejaar 1

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Les 6 - Brood en banket

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Weekplanning
Week 1 - 15/01: Inleiding + grond- en hulpstoffen brood
Week 2 - 22/01: Grond- en hulpstoffen van brood
Week 3 - 29/01: Afronding grond- en hulpstoffen, start productieproces brood
Week 4 - 05/02: Productieproces brood
Week 5 - 12/02: Inleiding banket + grond- en hulpstoffen banket
Week 6 - 26/02: Grond- en hulpstoffen banket + bakproces    
Week 7 - 04/03: Uitloop en herhaling
Week 20 - 11/03: Toets

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Leerdoelen

Jij:

  • Kent veel voorkomende grondstoffen in banket en kunt hun functie benoemen 
  • Kan 3 hulpstoffen van banket en de functies hiervan benoemen;
  • Kan uitleggen waarvan de gewenste baktemperatuur en tijd afhankelijk is;
  • Kan 2 gebeurtenissen benoemen en toelichten die tijdens het bakproces plaatsvinden.

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Opdracht
Maak een mindmap per banketsoort
  • Geef voorbeelden van deze banketsoort
  • Grond- en hulpstoffen + functies
  • Productieproces

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Vaak voorkomende
grondstoffen banket

Slide 5 - Mind map

This item has no instructions

Vaak voorkomende grondstoffen

  • Bloem/meel
  • Suiker of glucosestroop
  • Vet

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Bloem en meel
  • Verschil bloem en meel
  • Functies
  • Gewenste eigenschap
  • Glutenvorming

Slide 7 - Slide

Meel is de hele gemalen graankorrel zonder de kiem. Bloem is de gehele gemalen graankorrel zonder zemel en kiem.

Functies:
  • Samenhang in het deeg
  • Bindt vloeiende bestanddelen
  • Geeft stevigheid (verstijfseling zetmeel, denaturatie eiwit)
Gewenste eigenschappen bloem en/of meel afhankelijk van het product dat je wilt maken.
  • Hoeveelheid zetmeel en eiwitten kunnen variëren per bloem en/of meelsoort
  • Vochtopname kan verschillen per bloem en/of meelsoort

Gluten:
  • Elastische eiwitketens die zijn ontstaan door het mengen van bloemeiwitten en water.
  • Eiwitketels koppelen zich aan elkaar waardoor lange ketens ontstaan.
  • Door het kneden ontstaat er een netwerk, netwerk houdt gassen vast, product neemt tijdens bakken in volume toe.

Functies suiker
en glucosestroop

Slide 8 - Mind map

  • Bakaard: Tijdens bakken smelt de suiker. Het product zal bij die temperatuur uitvloeien.
  • Smaak: Suiker geeft een zoete smaak aan het product.
  • Kleur: Hoge temperatuur caramelliseert de suiker --> bruine kleur
  • Krokantheid: Hoe meer suiker, hoe harder het product zal worden. Die hardheid noemen we krokantheid
Suiker

  • Suikerbiet;
  • Wassen en snijden;
  • Suiker oplossen;
  • Water verdampen;
  • Resultaat: suiker kristallen;
Glucosestroop

  • Graan of aardappelen;
  • Zetmeel afscheiden;
  • Afbraak door enzymen;
  • Glucosemoleculen.

Slide 9 - Slide

Suiker:
  • Bieten in dunne reepjes snijden (opp. vergroten)
  • Suiker extraheren in diffusieapparaat met warm water (70 graden Celsius)
  • Diffusieapparaat: Lange tank waarin bietenschijfjes langzaam van het ene naar het andere uiteinde worden gedreven, water stroomt hier tegenin = tegenstroom
  • Water gaat na verloop van tijd steeds meer suiker bevatten = suikeroplossing
  • Vervolgens water verdampen
Glucosestroop:
  • Zetmeel winnen uit graan of aardappelen
  • Zetmeel afbreken met behulp van enzymen
  • Hieruit ontstaan glucosemoleculen

Slide 10 - Video

This item has no instructions

Hulpstoffen banket

Slide 11 - Mind map

This item has no instructions

Voorbeelden van hulpstoffen
  • Rijsmiddelen;
  • Water;
  • Eieren;
  • Aroma’s;
  • Kleurstoffen;
  • Melkpoeder;
  • Sojabloem;
  • Decoratie;
  • Vetten.

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Rijsmiddelen
Zelfrijzend bakmeel -> bloem met bakpoeder. In een vaste verhouding. 500 gram bloem : 15 gram bakpoeder

  • Chemisch middel
  • Bestaat uit een carbonaat en een zuur. 
  • Er ontstaat koolstofdioxide

Slide 13 - Slide

Chemische middelen zijn scheikundige stoffen die geselecteerd zijn op hun specifieke werking zoals natriumbicarbonaat dat we kennen als baking soda.

Bakpoeder 
  • natriumbicarbonaat met een zuur en (alkalisch) mineraalzout. 
  • in contact komt met water of vocht en warm wordt, vormt het koolzuurgas (CO2; koolstofdioxide; kooldioxide) --> rijzen van deeg.
  • Deeg met bakpoeder dient na contact met vocht meteen te worden gebakken omdat het anders zijn werking verliest. 
  • Te veel bakpoeder kan ervoor zorgen dat het deeg na het bakken meteen in elkaar zakt. 
Wat is waar over rijsmiddel?
A
Chemisch middel
B
Produceert koolstofdioxide van de suikers in het deeg
C
Micro-organisme
D
De smaak wordt beïnvloed bij het bakken

Slide 14 - Quiz

This item has no instructions

Water
  • Kneedbaar en vormbaar

  • Verdampt -> deeg luchtig 

Slide 15 - Slide

  • Zorgt voor een kneedbaar en vormbaar deeg
  • Verdampt in de oven, zorgt voor een luchtig deeg
Eieren
  • Vasthouden van lucht
  • Volume van het beslag
  • Smaak
  • Structuur
  • Kleur

Slide 16 - Slide

  • Houden lucht vast --> volume vermeerdering
  • Geven smaak en kleur (Maillard reactie)
  • Structuur (denaturatie van eiwitten, kan werken als emulgator)
Aroma's

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Melkpoeder
  • Droge bestanddelen uit de melk
  • Buiten de koelkast lang houdbaar

Uit welke stoffen bestaat het?

Slide 18 - Slide

Droge bestanddelen uit melk:
  • Melk eiwitten
  • Melkvetten
  • Melksuikers
  • Melkzouten (kleine hoeveelheid)
Zorgt voor smaak, kleur, structuur etc.

Lang houdbaar door lage wateractiviteit
Decoratie

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Vetstof

Verzamelnaam voor olie, vet, margarine en boter

  • Samenhang van het deeg
  • Smaak
  • Kleur
  • Brosheid
  • Voedingswaarde

Slide 20 - Slide

  • Samenhang in het deeg (suiker en bloem hechten aan elkaar, omdat boter kleverig is)
  • Bakaard (boter en suiker smelten)
  • Smaak: Meer smaakstoffen --> Maillard reactie
  • Kleur: Meer kleur --> Maillard reactie
  • Brosheid: Tijdens bakken smelt boter, vormt dunne film tussen overige grondstoffen. Structuur van het product wordt losser en brosser
  • Hogere voedingswaarde --> meer voedingswaarde
Veranderingen tijdens
het bakproces:

Slide 21 - Mind map

  • Eiwit denaturatie (Gaarheid product)
  • Verstijfseling van het zetmeel (Gaarheid product)
  • Vorming kleur- en smaakstoffen (Maillard reactie, carmellisatie)
  • Volume vermeerdering (Water wordt gasvormig, CO2 ontsnapt)
Leerdoelen

Jij:

  • Kent veel voorkomende grondstoffen in banket en kunt hun functie benoemen 
  • Kan 3 hulpstoffen van banket en de functies hiervan benoemen;
  • Kan uitleggen waarvan de gewenste baktemperatuur en tijd afhankelijk is;
  • Kan 2 gebeurtenissen benoemen en toelichten die tijdens het bakproces plaatsvinden.

Slide 22 - Slide

This item has no instructions