les 5 - Brood en banket

Les 5 - Brood en Banket
1 / 24
next
Slide 1: Slide
VoedingMBOStudiejaar 1

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Les 5 - Brood en Banket

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Lesplanning:
  • Doornemen weekplanning
  • Terugblik naar huiswerk
  • Start Banket 
       1. Verschillende soorten banket - grond - en hulpstoffen
       2. Grond- en hulpstoffen en hun functie - OPDRACHT

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Weekplanning
Week 1 - Inleiding + grond- en hulpstoffen brood
Week 2 - Grond- en hulpstoffen van brood
Week 3 - Start productieproces brood - Deegbereiding
Week 4 - Productieproces brood - Rijzen en bakken
Week 5 - Grond- en hulpstoffen banket
Week 6 - Bakproces
Week 7 - Herhaling
Week 8 - Toets

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Huiswerk vorige les: Vul onderstaande tabel in. Geef aan welke veranderingen er op treden tijdens het bakken. Leg uit waardoor deze verandering is ontstaan.

Slide 4 - Slide

Verandering tijdens het bakken Waardoor is deze verandering ontstaan?
Volume toename Water verdampt en koolstofdioxide ontsnapt
Kleur van het brood
Smaak van het brood
Geur van het brood Kleur, geur en smaak ontstaan door Maillard reactie
Let op allemaal apart is ook goed!
Stevigheid van het brood Eiwitten denatureren, zetmeel verstijfseld.

Banket
Banket

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Leerdoelen


Jij:

  • Kent verschillende soorten banket
  • Kent veel voorkomende grondstoffen in banket en kunt hun functie benoemen

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Banket
  • Biscuitdegen (biscuit)
  • Boterdegen (speculaas, sprits)
  • Koekdegen (ontbijtkoek)
  • Beslagen (cake en kapsel)
  • Bladerdegen (korstdeeg)
  • Schuimen (kransen)

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Opdracht
Maak een mindmap per banketsoort  https://bubbl.us/
  • Geef voorbeelden van deze banketsoort
  • Grond- en hulpstoffen
timer
5:00

Slide 8 - Slide

groepjes per 2 personen maken in breakout rooms
Vaak voorkomende grondstoffen

  • Bloem/meel
  • Suiker of glucosestroop
  • Vet

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Hulpstoffen banket

Slide 10 - Mind map

This item has no instructions

Voorbeelden van hulpstoffen
  • Rijsmiddelen;
  • Water;
  • Eieren;
  • Aroma’s;
  • Kleurstoffen;
  • Melkpoeder;
  • Sojabloem;
  • Decoratie;
  • Vetten.

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Opdracht grond- en hulpstoffen
Zoals we net gezien hebben, komen de grond- en hulpstoffen van banket gedeeltelijk overeen met de grond- en hulpstoffen van brood

Hoeveel weet jij nog van de afgelopen lessen?
  • Ga naar de ELO en download opdracht grondstoffen en hulpstoffen banket
  • Vul in samen met je groep en je krijgt een mooie samenvatting voor de toets!

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Bloem en meel
  • Verschil bloem en meel
  • Functies
  • Gewenste eigenschap
  • Glutenvorming

Slide 13 - Slide

Meel is de hele gemalen graankorrel zonder de kiem. Bloem is de gehele gemalen graankorrel zonder zemel en kiem.

Functies:
  • Samenhang in het deeg
  • Bindt vloeiende bestanddelen
  • Geeft stevigheid (verstijfseling zetmeel, denaturatie eiwit)
Gewenste eigenschappen bloem en/of meel afhankelijk van het product dat je wilt maken.
  • Hoeveelheid zetmeel en eiwitten kunnen variëren per bloem en/of meelsoort
  • Vochtopname kan verschillen per bloem en/of meelsoort

Gluten:
  • Elastische eiwitketens die zijn ontstaan door het mengen van bloemeiwitten en water.
  • Eiwitketels koppelen zich aan elkaar waardoor lange ketens ontstaan.
  • Door het kneden ontstaat er een netwerk, netwerk houdt gassen vast, product neemt tijdens bakken in volume toe.

Functies suiker
en glucosestroop

Slide 14 - Mind map

  • Bakaard: Tijdens bakken smelt de suiker. Het product zal bij die temperatuur uitvloeien.
  • Smaak: Suiker geeft een zoete smaak aan het product.
  • Kleur: Hoge temperatuur caramelliseert de suiker --> bruine kleur
  • Krokantheid: Hoe meer suiker, hoe harder het product zal worden. Die hardheid noemen we krokantheid
Suiker

  • Suikerbiet;
  • Wassen en snijden;
  • Suiker oplossen;
  • Water verdampen;
  • Resultaat: suiker kristallen;
Glucosestroop

  • Graan of aardappelen;
  • Zetmeel afscheiden;
  • Afbraak door enzymen;
  • Glucosemoleculen.

Slide 15 - Slide

Suiker:
  • Bieten in dunne reepjes snijden (opp. vergroten)
  • Suiker extraheren in diffusieapparaat met warm water (70 graden Celsius)
  • Diffusieapparaat: Lange tank waarin bietenschijfjes langzaam van het ene naar het andere uiteinde worden gedreven, water stroomt hier tegenin = tegenstroom
  • Water gaat na verloop van tijd steeds meer suiker bevatten = suikeroplossing
  • Vervolgens water verdampen
Glucosestroop:
  • Zetmeel winnen uit graan of aardappelen
  • Zetmeel afbreken met behulp van enzymen
  • Hieruit ontstaan glucosemoleculen
Vetstof

Verzamelnaam voor olie, vet, margarine en boter

  • Samenhang van het deeg
  • Smaak
  • Kleur
  • Brosheid
  • Voedingswaarde

Slide 16 - Slide

  • Samenhang in het deeg (suiker en bloem hechten aan elkaar, omdat boter kleverig is)
  • Bakaard (boter en suiker smelten)
  • Smaak: Meer smaakstoffen --> Maillard reactie
  • Kleur: Meer kleur --> Maillard reactie
  • Brosheid: Tijdens bakken smelt boter, vormt dunne film tussen overige grondstoffen. Structuur van het product wordt losser en brosser
  • Hogere voedingswaarde --> meer voedingswaarde
Rijsmiddelen
Zelfrijzend bakmeel -> bloem met bakpoeder. In een vaste verhouding. 500 gram bloem : 15 gram bakpoeder

  • Chemisch middel
  • Bestaat uit een carbonaat en een zuur. 
  • Er ontstaat koolstofdioxide

Slide 17 - Slide

Chemische middelen zijn scheikundige stoffen die geselecteerd zijn op hun specifieke werking zoals natriumbicarbonaat dat we kennen als baking soda.

Bakpoeder 
  • natriumbicarbonaat met een zuur en (alkalisch) mineraalzout. 
  • in contact komt met water of vocht en warm wordt, vormt het koolzuurgas (CO2; koolstofdioxide; kooldioxide) --> rijzen van deeg.
  • Deeg met bakpoeder dient na contact met vocht meteen te worden gebakken omdat het anders zijn werking verliest. 
  • Te veel bakpoeder kan ervoor zorgen dat het deeg na het bakken meteen in elkaar zakt. 
Wat is waar over rijsmiddel?
A
Chemisch middel
B
Produceert koolstofdioxide van de suikers in het deeg
C
Micro-organisme
D
De smaak wordt beïnvloed bij het bakken

Slide 18 - Quiz

This item has no instructions

Water
  • Kneedbaar en vormbaar

  • Verdampt -> deeg luchtig 

Slide 19 - Slide

  • Zorgt voor een kneedbaar en vormbaar deeg
  • Verdampt in de oven, zorgt voor een luchtig deeg
Eieren
  • Vasthouden van lucht
  • Volume van het beslag
  • Smaak
  • Structuur
  • Kleur

Slide 20 - Slide

  • Houden lucht vast --> volume vermeerdering
  • Geven smaak en kleur (Maillard reactie)
  • Structuur (denaturatie van eiwitten, kan werken als emulgator)
Aroma's

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Melkpoeder
  • Droge bestanddelen uit de melk
  • Buiten de koelkast lang houdbaar

Uit welke stoffen bestaat het?

Slide 22 - Slide

Droge bestanddelen uit melk:
  • Melk eiwitten
  • Melkvetten
  • Melksuikers
  • Melkzouten (kleine hoeveelheid)
Zorgt voor smaak, kleur, structuur etc.

Lang houdbaar door lage wateractiviteit
Decoratie

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Leerdoelen


Jij:

  • Kent verschillende soorten banket
  • Kent veel voorkomende grondstoffen in banket en kunt hun functie benoemen

Slide 24 - Slide

This item has no instructions