Je te présente

Je te présente...
1 / 32
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

This lesson contains 32 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Je te présente...

Slide 1 - Slide

Je te présente
  • In de week na de herfstvakantie (maandag of dinsdag)
  • Online met gastdocenten
  • Jij presenteert de ander
  • Telt 2x mee
  • Eigen cijfer

Slide 2 - Slide

Weektaak:
  • Zorg dat jij de informatie hebt van de ander
  • Maak een powerpoint of poster*
  • 10 stappen
  • Oefen je uitspraak

Slide 3 - Slide

Doel
  • Alle stappen samen doorlopen
  • Meeschrijven op je laptop, open je powerpoint of schrijf op papier
  • Presentatie qua inhoud af

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

1) Wie presenteer je? 2) Welke informatie heb je nog nodig van de ander?

Slide 6 - Open question

Hoe begin je je presentatie? In het Frans?

Slide 7 - Open question

Slide 8 - Slide

Vertel de naam en woonplaats (en français)

Slide 9 - Open question

Nom et lieu de résidence

Il/elle s'appelle...
Il/elle habite à...

Slide 10 - Slide

Vertel waar hij of zij geboren is...

Slide 11 - Open question

Lieu de naissance 
Naître = geboren zijn 

Il est né à ...
Elle est née à ...

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Famille 
Il/elle a....
une mère * un père * un frère * une soeur * une belle-mère * un beau-père * un beau-frère * une belle-soeur

Deux, trois, quatre...

Slide 14 - Slide

Vertel hoe de familie eruit ziet...

Slide 15 - Open question

Animaux domestiques
Il/elle a....
Deux, trois, quatre...

Pas d'animaux?
Il/elle n'a pas d'animaux domestiques. Ou il/elle avait...

Slide 16 - Slide

Vertel over de huisdieren...

Slide 17 - Open question

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide

Beschrijf het uiterlijk (gebruik steekwoorden voor nu)

Slide 25 - Open question

Les préférences
Il/elle aime/déteste...
  • la nourriture
  • les boissons
  • les films
  • la musique

Slide 26 - Slide

Vertel waar hij/zij van houdt

Slide 27 - Open question

Les hobbies 
Il/elle fait du/de la

  • foot, tennis, danse...

il/elle aime
  • jouer au piano, chanter...

Slide 28 - Slide

Vertel de hobbies zijn

Slide 29 - Open question

Les vacances 
Il/elle aime aller EN/AUX/AU...
  • en France, au Maroc, aux Pays-bas ...

Il/elle a été EN/AUX/AU...
  • en Espagne, aux États-Unis, au Canada

Slide 30 - Slide

Waar hij of zij op vakantie is geweest of waar hij of zij graag naar toe gaat.

Slide 31 - Open question

Rest van de week
  • Online samenwerken
  • Tijdens uren Frans
  • Werkgroepjes oproepen

Slide 32 - Slide