This lesson contains 38 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Lesson duration is: 30 min
Items in this lesson
Hoofdstuk 21
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Video
Marketing mix
Je kunt :
de definitie van marketing geven
de marketingmix beschrijven
Marketing: omvat alle activiteiten v.e. onderneming die gericht zijn op maximale behoeftebevrediging van de klant.
Slide 3 - Slide
Onderdelen van het marketingbeleid zijn:
Productbeleid wat voor soort product?
Prijsbeleid hoge/lage prijs? Kortingen?
Plaatsbeleid hoe komt het product bij de klant?
Promotiebeleid wel/geen reclame, welke media etc.?
Dit zijn de marketinginstrumenten. De vier onderdelen moeten altijd op elkaar zijn afgestemd ---> marketingmix
Slide 4 - Slide
Marktonderzoek
Dit is systematisch onderzoek naar de afzetmogelijkheden v.e. bepaald product in een gebied (tijdens een bepaalde periode)
Deskresearch: onderzoeker gebruikt materiaal dat al eerder voor andere doeleinden is verzameld.
Fieldresearch: onderzoeker gaat op zoek naar informatie die nog niet aanwezig is. Een enquete is een voorbeeld hiervan.
Slide 5 - Slide
Ga nu maken:
Opgave 21.3
timer
5:00
Slide 6 - Slide
Aankoopgedrag
Je kunt :
De soorten aankoopgedrag onderscheiden (RAG/BPO/UPO)
Producten indelen in convenience, shopping, specialty en unsought goods.
RAG (routinematig aankoopgedrag): producten die de consument vaak koopt en al vaak heeft gekocht. Interesse voor informatie is beperkt. Bijv.dagelijkse boodschappen --> convenience goods en daarnaast unsought goods (impulsaankopen). Aankoop gaat op dezelfde manier.
Slide 7 - Slide
BPO(beperkt probleemoplossend aankoopgedrag): het is niet nieuw maar consument koopt het minder vaak.
Hij weet nog niet precies welke kwaliteit/kleur/merk. Hij is bereid om meer informatie in te winnen.
De prijs is hoger dan bij convenience goods -->
shopping goods
Bijv. kleding of apparatuur die regelmatig wordt vervangen.
Slide 8 - Slide
UPO (uitgebreid probleemoplossend aankoopgedrag): een belangrijke aankoop voor de consument met een hoge prijs
Weinig ervaring met het product of koopt het voor de eerste keer. Veel moeite en tijd aan besteden, veel informatie in-winnen --> specialty goods
Indeling is niet hard: wat voor de één een convenience good is, is voor de ander een shopping good.
Slide 9 - Slide
Slide 10 - Slide
Ga nu maken:
Opgave 21.6
timer
5:00
Slide 11 - Slide
Verschillende soorten marketing
B2C = business to consumer Bedrijven verkopen producten aan consumenten. Bijvoorbeeld: jullie chips van de vorige twee lessen.
B2B = business to business
Bedrijven verkopen producten aan andere bedrijven. Bijvoorbeeld: het leveren van grondstoffen, het bouwen van een website, het verzorgen van de financiële administratie.
Slide 12 - Slide
Verschillende soorten marketing
C2B = consumer to business
Een consument verkoopt diensten aan een bedrijf. Bijvoorbeeld: een vlogger verkoopt advertentieruimte aan een bedrijf.
C2C = consumer to consumer
Een consument verkoopt een product aan een andere consument. Bijvoorbeeld: Marktplaats, B&B.
Slide 13 - Slide
Ga nu maken:
Opgave 21.8
timer
10:00
Slide 14 - Slide
Marktsegmentatie
Onderneming splitst de totale markt op in kleine en homogene deelmarkten (groepen klanten).
Slide 15 - Slide
Slide 16 - Slide
Bij de bepaling van de doelgroepen zijn er 3 mogelijkheden:
Ongedifferentieerde marketing
Gedifferentieerde marketing
Geconcentreerde marketing
Slide 17 - Slide
Ongedifferentieerde marktstrategie
Een strategie waarbij de markt als 1 geheel wordt beschouwd.
Bijvoorbeeld Zeeman of Wibra.
Slide 18 - Slide
Gedifferentieerde marktstrategie
Markt wordt opgesplitst in segmenten die elk via een eigen marketingprogramma wordt benaderd.
H&M formule gericht op heren, dames en kinderen
Slide 19 - Slide
Geconcentreerde marketing strategie
Markt is opgesplitst in delen, waarvan er maar 1 wordt benaderd.
Bijvoorbeeld kleding winkel die zich richt op dameskleding in het hogere prijs- segment.
Slide 20 - Slide
De aankoop van een nieuwe mobiele telefoon is:
A
Beperkt probleemoplossend aankoopgedrag
B
Unsought good
C
Routematig aankoopgedrag
D
Uitgebreid probleemoplossend aankoopgedrag
Slide 21 - Quiz
Zara richt zich met hun kleding op jongeren, volwassen vrouwen en mannen. Er is sprake van:
A
ongedifferentieerde marketing
B
gedifferentieerde marketing
C
consumptieve marketing
D
geconcentreerde marketing
Slide 22 - Quiz
Marketingmix
A
de 4 p's
B
kosten/productie/
klantenpartnerschap
C
Fysiek/uitgebreid/totaal product
Slide 23 - Quiz
Convenience goods zijn:
A
B
C
Slide 24 - Quiz
Het kopen van een Iphone 14 omdat de Iphone 11 te traag wordt
A
UPO
B
BPO
C
RAG
Slide 25 - Quiz
Een kledingzaak maakt en verkoopt luxe gala- en feestkleding in het hoge segment. Welk koopgedrag hebben nieuwe klanten van deze kledingzaak?
A
BPO
B
RAG
C
UPO
Slide 26 - Quiz
6 - Een consument koopt altijd de zelfde boterhammen.
Van welk koopgedrag is hier sprake?
A
BPO
B
RAG
C
UPO
Slide 27 - Quiz
BPO (beperkt probleemoplossend gedrag) is te koppelen aan
A
Convenience goods
B
Shopping goods
C
Specialty goods
D
Unsought goods
Slide 28 - Quiz
Wat hoort er NIET bij convenience goods
A
hoge koopfrequentie
B
lage prijs
C
Veel koopinspanning
Slide 29 - Quiz
Hier is sprake van ...
A
Unsought goods
B
Convenience goods
C
Shopping goods
D
Specialty goods
Slide 30 - Quiz
Wat voor producten verkoopt een schoenenwinkel vooral?
A
Convenience goods
B
Shopping goods
C
Speciality goods
Slide 31 - Quiz
Tandpasta is een voorbeeld van
A
Shopping goods
B
Convenience goods
C
Specialty goods
Slide 32 - Quiz
Jezelf onderscheiden van je concurrent noem je:
A
Positioneren
B
Marktsegmentatie
C
Ongedifferentieerde marketing
Slide 33 - Quiz
Hoe wordt het verdelen van klanten in verschillende doelgroepen genoemd?
A
Marktpositionering
B
Marktsegmentatie
C
Marktstrategie
D
Marktverkoop
Slide 34 - Quiz
Rolex (exclusief horlogemerk) is een voorbeeld van
A
Gedifferentieerde marketing
B
Ongedifferentieerde marketing
C
Geconcentreerde marketing
Slide 35 - Quiz
Autofabrikant Volkswagen is een voorbeeld van
A
Ongedifferentieerde marketing
B
Gedifferentieerde marketing
C
Geconcentreerde marketing
Slide 36 - Quiz
Een autobedrijf verhuurt bedrijfsauto’s aan grote bedrijven en eenmanszaken. Voor elke doelgroep hanteert het autobedrijf een andere marketingstrategie.