5H - Eindexamensyllabus

Welkom 5H!
Deze les: Eindexamensyllabus




1 / 28
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 150 min

Items in this lesson

Welkom 5H!
Deze les: Eindexamensyllabus




Slide 1 - Slide

Hoe kijk je nu aan tegen de eindexamens?
😒🙁😐🙂😃

Slide 2 - Poll

De vraag is je beste vriend!
Analyseer de vraag goed. Markeer, omcirkel, onderstreep.
Alle informatie die jij nodig hebt, staat in de vraag. (Ja, echt!)

Leesvaardigheid = meters maken!

Slide 3 - Slide

vraag 1 (2pt): 'Voor grote...te wonen."23-28
                (1pt): "Dit is...is genoemd."(18-23) 

Vraag 2 (1pt): "De correlaties...met oorzaak-gevolg." (r. 99-104)
                            "Correlaties zeggen...verband aangeeft."(r. 114-118)

Slide 4 - Slide

Opdracht 3
Examen 2010-2, vraag 2 (3p)
• De zelfstandig werkende leerling / de leerling in het studiehuis greep niet meer naar het boek (1p)
maar koos voor het gemak van het (snel opkomende) internet (1p)
• een volledig goed antwoord, niet langer dan 25 woorden (1p)


Slide 5 - Slide

Hoeveel punten heb je gehaald? 0/1/2/3?

Slide 6 - Mind map

Iets uitleggen / iets met eigen woorden zeggen
een stukje tekst uitleggen / een genoemd begrip toelichten / een verklaring die de schrijver geeft in eenvoudige taal weergeven / een vraag formuleren

  • Blijf dicht bij de formulering van de tekst
  • Neem deze niet letterlijk over: voeg in ieder geval enkele eigen woorden toe. 
  • Vaak moet je deze antwoorden in correcte zinnen formuleren en hebben deze vragen een woordengrens. Let op je taalverzorging! 



Slide 7 - Slide

Opdracht 4
1 Het is verstandig als het preventieve beleid berust op (harde) wetenschappelijke kennis (ter voorkoming van ziekten of onheil) (2p)

gedeeltelijk goed: Als de mensen weten dat het beleid echt werkt (zie regels 31-34) (1p)

2 Het is onverstandig als het beleid berust op een statistisch verband/correlatie van mogelijk te verwachten ziekten of onheil (2p)
of:
Het is onverstandig als het beleid niet berust op harde kennis over reële problemen (2p)

gedeeltelijk goed: Het is onverstandig ter bestrijding van misstanden die er nog niet zijn / (of) misschien niet zullen komen (zie regels 59-65) (1p)

Slide 8 - Slide

Hoeveel punten heb je gehaald? 0-4?

Slide 9 - Mind map

Vragen over argumentatie beantwoorden

  • Een standpunt vaststellen
  • Een subjectief of objectief argument herkennen/vinden in de tekst
  • Soorten argumentatieschema's herkennen
  • De aanvaardbaarheid van de argumentatie beoordelen 
  • Drogredenen (argumentatiefouten) herkennen en benoemen
  
Zie de theorie in je reader voor een precies overzicht! 

Slide 10 - Slide

Opdracht 5
Examen 2007-1, vr.21 (3p)
De kern van een goed antwoord luidt:
• Hij zou het niet erg vinden als het Nederlands verdwijnt (1p) = stap 1, zijn mening
• want hij beschouwt het slechts als het uitsterven van een nostalgisch gebruik (1p) = stap 2, zijn argument 
• een volledig goed antwoord, niet langer dan 25 woorden (1p)

Slide 11 - Slide

Hoeveel punten heb je gehaald? 0-3?

Slide 12 - Mind map

Opdracht 6
Examen 2008-1, vr.5 (20) en 6 (3p)
1 De kern van een goed antwoord is:
• dat mensen niet in de natuur horen / dat de natuur ongerept moet
blijven / dat de natuur met rust moet worden gelaten (1p)
• een volledig goed antwoord, niet langer dan 10 woorden (1p)
2 De kern van een goed antwoord is:
• Als een roofdier wild mag vangen, mag een jager dat ook (2p)
• een volledig goed antwoord, niet langer dan 15 woorden (1p)
Indien: Er is een overvloed aan wild (1p)
Indien: Het onderbuikgevoel van de jager (0p) = alleen visie van ecologen
Of: De natuur is meer met de tijd meegegaan dan de dierenbeschermers (0p)

Slide 13 - Slide

Hoeveel punten heb je gehaald? 0-5?

Slide 14 - Mind map

De auteur baseert zich op feiten over hoe de maatschappij veranderd is. Je krijgt voor deze vraag 1p. 

Slide 15 - Slide

Had je de vraag goed?
Ja
Nee

Slide 16 - Poll

Aan de slag!
Maak opdr. 8 t/m 14 (hw)

(Doorwerken mag) 
Laat je camera aan/blijf online :)
timer
20:00

Slide 17 - Slide

Opdracht 8
Examen 2010-1, vr.10 (1p)
A autoriteit (1p); namelijk het (gezaghebbende) VROM-rapport


Slide 18 - Slide

Had je de vraag goed?
Ja
Nee

Slide 19 - Poll

Opdracht 9
Examen 2008-1, vr.7 (1p)
A feiten en voorbeelden (1p); de feiten staan in regel 147-150, de voorbeelden in de regels daarna.

Slide 20 - Slide

Had je de vraag goed?
Ja
Nee

Slide 21 - Poll

Slide 22 - Slide

Had je de vraag goed?
Ja
Nee

Slide 23 - Poll

De auteur vergelijkt het verdwijnen van een taal met het verdwijnen van de gebruiken en verschijnselen uit regel 234-238. Maar is die vergelijking wel terecht?


Slide 24 - Slide

Had je de vraag goed?
Ja
Nee

Slide 25 - Poll

Slide 26 - Slide

Had je de vraag goed?
Ja
Nee

Slide 27 - Poll

Welk onderdeel/welke theorie moet jij duidelijk nog bestuderen/oefenen?

Slide 28 - Open question