12 havo2 chap1 herh en Extra French

le programme

Présence 5'

On parle français 5'

Révision 15'

Extra French+questions 15'

Bingo: les nombres (?) 10'

Évalution/volgende les 5'

Je m'appelle

Madame Stegenga

1 / 23

Slide 1: Slide

FransMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

This lesson contains 23 slides, with text slides and 1 video.

Lesson duration is: 60 min

Items in this lesson

le programme

Présence 5'

On parle français 5'

Révision 15'

Extra French+questions 15'

Bingo: les nombres (?) 10'

Évalution/volgende les 5'

Je m'appelle

Madame Stegenga

Slide 1 - Slide

l'objectif / lesdoel

Je kunt je vriend(in) beschrijven

Je hebt de regelmatige werkwoorden op -er herhaald,

en de onregelmatige être, avoir en faire

Slide 2 - Slide

Ton ami(e),

il / elle est comment?

il / elle a .... ans.
il / elle a les cheveux blonds/ bruns / noirs
il / elle a les yeux bleus / marron / verts
il / elle aime danser / le sport / lire / ...?

Slide 3 - Slide

wie-o-wie?

Slide 4 - Slide

les devoirs

la dernière fois: nous avons parlé du contrôle

aujourd'hui: révision des verbes

être, avoir, faire

regarder, parler, donner, travailler etc.

Slide 5 - Slide

des verbes irréguliers

onregelmatige werkwoorden

bijvoorbeeld: être, avoir, faire

WAT IS DAT EIGENLIJK, EEN ONREGELMATIG WERKWOORD?

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

être

Je ............... hollandais.

Ma petite amie* ................... belle.

Nous ................ en classe.

Vous .............. en retard!

Mila et Isa?* Elles ........... en vacances.

(*een naam of zelfst. nw kun je (in je hoofd) altijd vervangen door il / elle, meerdere namen vervang je door ils / elles
)

Slide 8 - Slide

AVOIR ( = hebben)

Slide 9 - Slide

avoir

vous ............. un beau vélo!

j'...................... une maman sympa.

tu ............ un sac à dos lourd?

Eric* .............. un grand problème.

(*een naam kun je (in je hoofd) altijd vervangen door il / elle

meerdere namen vervang je door ils / elles )

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

faire

tu ............. du sport?

oui, je ................ du tennis.

Sarah et Yvette* .............. du foot.

Vous .............. du sport aussi?

(een naam kun je (in je hoofd) altijd vervangen door il / elle

meerdere namen vervang je door ils / elles

TENZIJ erachter staat 'et moi'...)

Slide 12 - Slide

les verbes réguliers

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

des verbes réguliers

je (regarder) ............ le film

Vous (travailler) ........................ à Velp?

Tu (parler) ..................... français?

Le prof (donner) ........................ beaucoup de devoirs.

Nous (arriver) ................. à trois heures.

Slide 15 - Slide

La roue de révision

aujourd'hui: faire!

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Extra French

Episode 1, part 2

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Video

bingo?

Slide 20 - Slide

les devoirs

CHAPITRE 1

Faire:

werkbladen maken

Slide 21 - Slide

évaluation

Wat heb je geleerd in deze les?

Qu'est-ce que tu as aimé?

Qu'est-ce que tu n'as pas aimé?

Volgende keer: passé composé en : hoe leer je de zinnen?

Slide 22 - Slide

au revoir!

Slide 23 - Slide