Woorden

Woorden
1 / 22
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Woorden

Slide 1 - Slide

Wat ga je leren?
25 nieuwe woorden gebruiken
Wat achtervoegsels zijn.

Slide 2 - Slide

We beginnen met
De woorden lijst op blz.116
  • Samen lezen we de woorden
  • Jullie krijgen 10 minuten om de woorden en hun betekenissen over te schrijvenschrijven.
  • Niet af = HUISWERK
  • QUIZZZZZ

Slide 3 - Slide

De manier die ervoor zorgt dat iemand veilig is
A
camouflage
B
in verkeerde handen vallen
C
in goede handen zijn
D
de bescherming

Slide 4 - Quiz

niet te herkennen
A
hooguit
B
het gezichtsbedrog
C
onherkenbaar
D
de camouflage

Slide 5 - Quiz

dreigend aanwezig zijn
A
op je hoede zijn
B
op de loer liggen
C
opzadelen met
D
overleven

Slide 6 - Quiz

Werkplaats waar proeven voor onderzoek worden gedaan
A
vermoeden
B
massaal
C
de dierproef
D
laboratorium

Slide 7 - Quiz

manier waarop iemand doet en denkt, het karakter
A
de persoonlijkheid
B
onherkenbaar
C
de omgeving
D
overleven

Slide 8 - Quiz

denken dat iets zo is omdat je daar een aanwijzing voor hebt
A
stamelen
B
overleven
C
op je hoede zijn
D
vermoeden

Slide 9 - Quiz

Een advies geven over iets

Slide 10 - Open question

Bij mensen teercht komen die je kwaad doen

Slide 11 - Open question

Nier meer dan

Slide 12 - Open question

Heel erg (veel/ groot)
Niet te geloven

Slide 13 - Open question

Voorzichtig zijn omdat je iets niet vertrouwd

Slide 14 - Open question

dier dat door ander dier wordt gevangen en opgegeten

Slide 15 - Open question

kleur die ervoor zorgt dat je niet opvalt in je omgeving.

Slide 16 - Open question

Dier dat andere dieren vangt, doodt en opeet
A
prooidier
B
roofdier

Slide 17 - Quiz

Met moeite iets kunnen zeggen

Slide 18 - Open question

Iemand iets vervelends laten doen of voelen

Slide 19 - Open question

Met moeite in leven blijven

Slide 20 - Open question

Huiswerk voor vrijdag 8-11
Blz. 116 paragraaf 2.5 woorden
Schrijf de woorden uit de lijst én hun betekenissen over.


Slide 21 - Slide

les 2
  • Welke woorden uit  de lijst kan je zo nog benoemen?
  • Is je huiswerk af?
  • Zelfstandig werken.
  • Maak opdracht 3,  4 en 5

Slide 22 - Slide