This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slides.
Items in this lesson
Les 5: inleiding - middenstuk - slot
Slide 1 - Slide
Leerdoel
Je leert over de inleiding, het middenstuk en het slot.
- Je leert ze herkennen in een tekst.
Slide 2 - Slide
Tekstopbouw
Om een tekst goed te begrijpen is het handig om te weten hoe een goede tekst in elkaar zit.
Slide 3 - Slide
Tekstopbouw
Een goede tekst bestaat uit 3 delen.
Een inleiding, een middenstuk en een slot.
Slide 4 - Slide
de inleiding
De inleiding is het eerst deel van een tekst. Hierin maak je kennis met het onderwerp van een tekst. Vaak gebeurt dat met een voorbeeld of een grappig verhaaltje.
Slide 5 - Slide
de inleiding
De inleiding bestaat meestal uit 1 alinea.
Maar, een schrijver kan ervoor kiezen om 2 alinea's te gebruiken voor de inleiding.
Slide 6 - Slide
Het middenstuk
Het middenstuk is het grootste gedeelte van de tekst. Daarin staat de meeste informatie.
Het middenstuk bestaat meestal uit meerdere alinea's.
Slide 7 - Slide
Het slot
Het slot is de laatste alinea van een tekst. Hierin wordt het belangrijkste uit de tekst vaak kort herhaald.
Slide 8 - Slide
Even oefenen
- inleiding
- middenstuk
- slot
Slide 9 - Slide
Een goede tekstopbouw heeft:
A
een inleiding en een slot
B
een titel
C
inleiding, middenstuk en slot
D
deelonderwerpen
Slide 10 - Quiz
De tekstopbouw bestaat uit een driedeling. De laatste alinea bestaat vaak uit een herhaling van de tekst. Deze uitspraak is:
A
waar
B
niet waar
C
geen idee
Slide 11 - Quiz
Boven een inleiding lees ik de titel 'inleiding'.
A
Ja
B
Nee
Slide 12 - Quiz
Wat is de functie van de inleiding? (welk doel heeft een inleiding)
A
Onderwerp duidelijk maken (en aandacht trekken bij de lezer)
B
Samenvatting geven van de tekst.
C
Deelonderwerpen bespreken.
D
Een conclusie geven
Slide 13 - Quiz
Het middenstuk van een tekst is...
A
altijd aan het einde van een tekst
B
het kleinste gedeelte van een tekst
C
het grootste gedeelte van een tekst
D
bestaat altijd uit één klein stukje
Slide 14 - Quiz
In het middenstuk
A
wordt het belangrijkste uit een tekst herhaald
B
staat de meeste informatie
C
maak je kennis met het onderwerp van een tekst
Slide 15 - Quiz
In het slot wordt......
A
het belangrijkste uit de tekst wordt herhaald
B
kennis gemaakt met het onderwerp van de tekst
Slide 16 - Quiz
Wat is het nut van de slotalinea?
A
Er is dan een einde aan de tekst.
B
De schrijver kan daar zijn mening kwijt.
C
Er wordt nog kort samengevat waar de tekst over gaat.
D
Een slotalinea heeft geen nut.
Slide 17 - Quiz
Maken
Maak opdracht 1-2-3-4-5
Snel klaar? Maak ook opdracht 6 en 7
Slide 18 - Slide
Leren voor de toets
Je kan de inleiding, het middenstuk en het slot van een tekst herkennen.